04 COMPONENTEN
Remsysteem
De muli Motor heeft twee onafhankelijke hydraulische schijfremmen
op het voor- en achterwiel.
WAARSCHUWING! Gevaar voor vallen en letsel
Bij onjuist gebruik van de rem bestaat valgevaar.
→
Gebruik bij het rijden in bochten nooit alleen de voorrem,
ook niet bij een geringe stuuruitslag. Hierdoor kan het
voorwiel wegglijden, wat kan leiden tot zware valpartijen.
→
Gebruik voor het remmen altijd tegelijkertijd beide
remmen.
→
De ingebouwde hydraulische schijfremmen hebben een
hoge remwerking. Doseer voorzichtig de remkracht.
→
Zware belasting en natte of gladde ondergrond kunnen
het remgedrag en de remweg beïnvloeden. Pas uw rij- en
remgedrag aan de betreffende rijsituatie aan.
VOORZICHTIG! Functie-uitval van de rem
Vette remvoeringen kunnen de werking van de rem belem-
meren tot het volledig uitvallen van de rem.
→
Let erop dat de remvoeringen niet in contact komen met
olie. Mocht dit toch gebeuren, vervang dan de remvoerin-
gen.
VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar
→
Hydraulische schijfremmen moeten vóór het eerste
gebruik worden ingeremd (zie punt 4.5.2 „Schijfremmen
inremmen").
VOORZICHTIG! Verbrandingsgevaar
De schijfremmen kunnen na zwaar gebruik worden
verwarmd, u kunt zich eraan verbranden.
81
82
4.5
→
Laat de remschijven voldoende afkoelen voordat u ze
vastpakt.
Rem bedienen
U bedient de rem via de beide remhendels op het stuur (afb. 39).
De linker remhendel V bedient de voorrem.
De rechter remhendel H bedient de achterrem.
Als u niet bekend bent met de remhendeltoewijzing of als
u tot nu toe wielen met terugtrap hebt gereden, moet u
voorzichtig wennen aan het remsysteem en het remgedrag
van het remsysteemmuli Motor.
V
AFB.39
04 COMPONENTEN
4.5.1
H
V
Voorrem
H
Achterrem