Inhoudsopgave
Advertenties
04 COMPONENTEN
Zithoogte instellen
MINIMALE EN MAXIMALE INSTEEKDIEPTE
VOORZICHTIG! Verwondingsgevaar
Een te ver uitgetrokken zadelpen kan breken, een te
ver ingeschoven zadelpen kan evt. niet goed gefixeerd
worden.
WAARSCHUWING! Gevaar voor vallen en letsel
Bij niet goed gesloten snelspanners kan het betreffende
onderdeel tijdens de rit losraken. Dit kan tot vallen en
ernstig letsel leiden.
→
Zorg er altijd voor dat alle snelspanners goed gesloten zijn
en dicht tegen het bijbehorende onderdeel liggen.
→
Let erop dat de zadelpen niet tot boven de MIN /
MAX-markering uit de zadelbuis wordt getrokken (afb. 33,
34).
→
Let erop dat de zadelpen niet te diep in de zadelbuis zit.
Bij sommige zadelpennen loopt de buis aan de bovenkant
taps toe en kan daardoor niet meer goed worden
vastgeklemd (afb. 35, 36).
CORRECT
AFB.33
77
4.4.3
INCORRECT
AFB.34
78
CORRECT
AFB.35
OPTIMALE ZITHOOGTE BEPALEN
→
Ga op het zadel zitten en plaats een been met de hiel op het
pedaal. Het pedaal bevindt zich in de laagste stand. In de
optionele zithoogte (afb. 37):
Het been moet gestrekt zijn.
U moet de grond met de tenen kunnen bereiken als u op het
zadel zit.
ZITHOOGTE INSTELLEN
1
Open de snelspanner en stel de gewenste zithoogte in (zie
„Optimale zithoogte bepalen").
2
Lijn het zadel zo uit dat het in lijn met de bovenbuis ligt.
3
Sluit de snelspanner weer.
4
Controleer of de snelspanner goed gesloten is en de
zadelpen stevig vastzet.
Het zadel mag bij gesloten snelspanner niet verdraaien of kantelen.
04 COMPONENTEN
INCORRECT
AFB.36
Advertenties
Inhoudsopgave
