04 COMPONENTEN
Meer informatie over de ondersteuningsniveaus kunt u
vinden in de handleiding van de componentenfabrikant.
Deze vindt u op ons downloadportaal (zie hoofdstuk 1.1.1
„Downloadportaal").
Accu opladen
Neem voor het gebruik van de accu en de lader absoluut
de bijbehorende handleiding van de componentenfabrikant
in acht. Deze vindt u op ons downloadportaal (zie hoofd-
stuk 1.1.1 „Downloadportaal").
WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en stroomschokken
Bij onzorgvuldig gebruik van de accu en de lader kunt
u brand veroorzaken en bestaat er gevaar voor een elek-
trische schok.
→
Voer het laadproces in een droge omgeving, bij voorkeur
in een droge ruimte uit.
→
Als u de accu voor het opladen uit de muli Motor haalt,
plaatst u de accu en de lader op een onbrandbaar
oppervlak. Dek de accu en de lader in geen geval af.
→
Laad de accu uitsluitend op met de originele meegele-
verde lader.
→
Gebruik de lader niet om andere accu's op te laden.
VOORZICHTIG! Beschadigingsgevaar
Door ondeskundig opladen kan de accu beschadigd
raken.
→
Laad de accu bij een omgevingstemperatuur van 15 tot
25 °C op.
→
Laat de accu in de winter en bij koude eerst op kamer-
temperatuur komen, voordat u deze oplaadt.
63
64
→
Als de accu tijdens het gebruik is opgewarmd, laat u deze
eerst afkoelen.
1
Steek de stekker van de lader in het stopcontact.
2
Plaats de accu op het laadstation (afb. 22).
De accu past alleen in een gedefinieerde positie op de lader. Het
oplichten van de LED-indicator signaleert dat het laadproces is
4.2.5
gestart.
De LED's van de accu branden in verschillende kleuren om de laad-
toestand aan te geven: rood = laagste lading; groen = volledig opgela-
den.
Bij volledige ontlading duurt een gemiddeld laadproces ongeveer drie
uur.
Een nauwkeurige weergave van de laadtoestanden en
verdere gedetailleerde informatie over het aandrijfsys-
teem vindt u in de systeemhandleiding van de fabrikant
in ons downloadportaal (zie hoofdstuk 1.1.1 "Downloadpor-
taal").
AFB.22
04 COMPONENTEN