U kunt de huidige bovengrens voor de pulsfrequentie bekijken
door tweemaal op de toets Bovengrens alarm te drukken.
Het getal in het pulsfrequentieveld geeft de huidige bovengrens
van het pulsfrequentiealarm aan. In het %SpO
reeks streepjes. Aangezien de weergegeven parameter een
bovengrens is, verschijnen deze streepjes in het bovenste gedeelte
van de SpO
-display zoals aangegeven:
2
U kunt de huidige ondergrens voor de pulsfrequentie bekijken
door tweemaal op de toets Ondergrens alarm te drukken.
Het getal in het pulsfrequentieveld geeft de huidige ondergrens
van het pulsfrequentiealarm aan. In het %SpO
reeks streepjes. Aangezien de weergegeven parameter een
ondergrens is, verschijnen deze streepjes in het onderste gedeelte
van de SpO
-display zoals aangegeven:
2
Alarmgrenzen aanpassen
U kunt een bestaande alarmgrens wijzigen door eerst deze waarde
te bekijken, zoals hierboven beschreven in "Huidige alarmgrenzen
bekijken ". Als de waarde die u wilt wijzigen eenmaal wordt
weergegeven, drukt u op de toets Aanpassen omhoog of
Aanpassen omlaag om de waarde naar wens aan te passen.
Inschakelen en bedienen
-veld verschijnt een
2
-veld verschijnt een
2
37