6
Gebruik de [←]/[→]-knoppen om [Nulpuntkalibratie LR],
[Links nulpuntkalibratie] of [rechts nulpuntkalibratie] te
selecteren en druk vervolgens op de [Bevestigen]-knop.
Kalibratie start.
Als u [Nulpuntkalibratie LR] selecteert, wordt kalibratie uitgevoerd voor
zowel de linker als rechter sensoren voor trapopvolging.
Kalibratie wordt uitgevoerd zelfs als slechts één van de linker- en rech-
terzijden is verbonden.
265