Item
EN 54
15
Sounder start/stop
20
Doormelding
vertraagd
21
Doormelding ON/ACK Doormelding ON/ACK
Bedieningsknoppen en indicatoren
In de volgende tabel ziet u een overzicht van de bedieningsknoppen en
indicatoren van het bedieningspaneel. Itemnummers verwijzen naar Afbeelding 1
op pagina 3 en Afbeelding 2 op pagina 4.
De bedieningsfuncties die hier beschreven worden zijn mogelijk niet beschikbaar
voor alle gebruikers. In het onderwerp "Bediening van het bedieningspaneel" op
pagina 14 vindt u meer informatie over de bediening van de centrale en de
toegangsbeperkingen.
Tabel 5: Bedieningsknoppen en LED-indicatoren
Item
Knop/LED
1
Zoneknoppen en
LED's
2
LED voeding
3
LED algemene fout
4
LED's algemeen
brandalarm
Knop en LED voor
5
evacuatie
Bedieningshandleiding voor de 1X-F-reeks
NEN 2535
Sounder start/stop
Doormelding vertraagd
LED-kleur Beschrijving
Rood/Geel Schakelt een zone uit of test deze (wanneer deze
tegelijkertijd met de knop Uitgeschakeld
(algemeen) of Test (algemeen) wordt ingedrukt).
Een rode LED wijst op een alarm in de
desbetreffende zone.
Een knipperend rode LED wijst erop dat het
brandalarm geactiveerd werd door een detector.
Een continu rode LED wijst erop dat het
brandalarm geactiveerd werd door een
handbrandmelder.
Een gele LED wijst op een fout, test of
uitschakeling in de desbetreffende zone.
Als de gele LED knippert, is er een fout. Een
continue, gele LED wijst erop dat de zone is
uitgeschakeld of getest wordt.
Groen
Wijst erop dat het systeem correct werd opgestart.
Geel
Wijst op een fout. De overeenkomstige zone-,
apparaat- of functiefout LED knippert ook.
Rood
Wijst op een brandalarm.
Knipperende rode LED's wijzen erop dat het
brandalarm geactiveerd werd door een detector.
Continue rode LED's wijzen erop dat het
brandalarm geactiveerd werd door een
handbrandmelder.
De overeenkomstige zone-alarm LED wijst op de
bron van het brandalarm.
Geel
Schakelt sounders uit of test deze (wanneer deze
NBN S 21-100
Evacuatie start/stop
Waarschuwingssirene
vertraagd
Waarschuwingssirenes
start/stop
5