Fieldbus-Communicatie
B.3 Extern activeringscontact, beheer via extern signaal
B.4 Modbus registerinformatie
Tag-naam
Register #
MEETWAARDE 1
LOCATION1
EENHEID 1
KUVETTEMP.
KAL. INTERVAL
114
Belangrijke opmerking: Probeer de lijsten met registeradressen niet te wijzigen, anders
werkt het instrument mogelijk niet goed of wordt het onbruikbaar.
Het fieldbusregister bevat FFFFh (65536dec) wanneer de functie wordt uitgeschakeld.
U start een meetserie door "1" in te voeren om 40111 te registreren (voer "2" in voor
tweekanaalsinstrumenten om metingen op kanaal 2 te starten). Het register keert terug
naar "0" als de meetserie voltooid is. U vindt de meetresultaten op 40001 (kanaal 1) en
40165 (kanaal 2).
Een waarde verschijnt bij elk GEMIDDELDE en aan het einde van een serie als er
herinneringsmetingen zijn. Voorbeeld: AANTAL METINGEN wordt ingesteld op 5 en
GEMIDDELDE op 2. Het resultaat is 3 waarden. De eerste is de gemiddelde meting van 1
en 2, de tweede is het gemiddelde van 3 en 4 en de laatste waarde is de
herinneringswaarde van de 5e meting.
Opmerking: Interne processen, zoals kalibratie en reiniging, worden verstoord door een meetserie.
Het verstoorde proces wordt weer gestart na het einde van de meetserie. Wanneer u de functie
START MET BUS wilt gebruiken, moet het monster beschikbaar zijn voor kalibratie-, reinigings- en
afspoeldoeleinden. Een lopende meetserie wordt niet verstoord door interne processen.
Als de controllerkaart is uitgerust met een externe ingangsklem (versie met optionele
kaart), kunnen de metingen worden gegeven door langer dan 3 seconden een externe
gelijkspanning van 15 t/m 30 V op de klem toe te passen. Wanneer het fieldbusbeheer
wordt geactiveerd, zal de invoer een geforceerde meting geven, zoals beschreven binnen
het fieldbusbeheer.
Wanneer de functie START MET BUS is geactiveerd, geeft de externe ingang een
meetserie zoals is beschreven binnen de paragraaf START MET BUS.
Opmerking: Alleen metingen op kanaal 1 kunnen worden gestart met het externe contact op
tweekanaalsinstrumenten.
Tabel 13 Sensor Modbus-registers
Gegeven
Lengte
stype
40001
Float
40005
String
Integer
40013
zonder
teken
40014
Float
Integer
40016
zonder
teken
Discreet
Min/max.
R/W
bereik
2
R
—
8
R/W
—
1
R/W
0/2
2
R
1
R/W
0/1/2/3/4
Beschrijving
bereik
Werkelijke meetwaarde van
—
kanaal 1
Naam van LOCATIE 1 (zie
—
menusysteem)
Meeteenheden voor kanaal 1;
—
0=mg/L, 2=ppm
-50/
Werkelijke kuvettemperatuur in °C
99,99
Kalibratie-interval; 0=UIT, 1=12uh,
2=24u, 3=36u, 4=48u