6.5.3.1 Pomp(en) aansluiten
1
3
5
13 A1
L1
L2
L3 NO
5
T1
T2
T3
2
4
6
14 A2
L1 L2 L3
M
3~
L
N
M
1~
Fig. 6: Pompaansluiting
6.5.3.2 Motorstroombewaking instellen
Current Pump 1 Current Pump 2
8
Fig. 7: Motorstroombewaking instellen
6.5.4
Aansluiting thermische motorbe-
waking
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Control EC-L • Ed.04/2022-09
GEVAAR
Er bestaat explosiegevaar bij een onjuiste aansluiting!
Als de pompen in een explosiegevaarlijke omgeving (Ex-zone) wordt ge-
bruikt, bestaat er explosiegevaar door verkeerde aansluiting:
• Ex-modus inschakelen (Menu 5.64)!
• Neem het Ex-hoofdstuk in de bijlage in acht.
• Laat de aansluiting door een elektromonteur uitvoeren.
3
Klemmenstrook: Aarde (PE)
5
Contactverbreker
Ter plaatse gelegde aansluitkabels door de kabelschroefverbindingen voeren en bevestigen.
3
Sluit de aders overeenkomstig het aansluitschema op de contactverbreker aan.
LET OP! Nadat alle pompen zijn aangesloten, stelt u de motorstroombewaking in!
Stel na het aansluiten van de pompen de toelaatbare nominale stroom in.
8
Potentiometer voor motorstroombewaking
Gebruik een schroevendraaier om de motorstroom af te stellen op de betreffende potentio-
meter:
•
Bij volledige belasting de nominale stroom volgens het typeplaatje instellen.
•
Bij deellast de nominale stroom 5% boven de gemeten stroom op het bedrijfspunt instel-
len.
Een exacte instelling van de motorstroombewaking gebeurt tijdens de inbedrijfname. Tijdens
de inbedrijfname kan de huidige motorstroom worden weergegeven:
•
Huidige ingestelde nominale stroom van de motorbewaking (menu 4.25 ... 4.27)
•
Huidige gemeten bedrijfsstroom van de pomp (menu 4.29 ... 4.31)
GEVAAR
Er bestaat explosiegevaar bij een onjuiste aansluiting!
Als de pompen in een explosiegevaarlijke omgeving (Ex-zone) wordt ge-
bruikt, bestaat er explosiegevaar door verkeerde aansluiting:
• Ex-modus inschakelen (Menu 5.64)!
• Neem het Ex-hoofdstuk in de bijlage in acht.
• Laat de aansluiting door een elektromonteur uitvoeren.
VOORZICHTIG
Koppel geen externe spanning!
Een aangebrachte externe spanning vernielt het onderdeel.
nl
17