6
Opstelling
6.1
Personeelskwalificatie
6.2
Opstellingswijzen
6.3
Plichten van de gebruiker
6.4
Installatie
6.4.1
Basisinstructies voor de bevesti-
ging van de schakelkast
6.4.2
Installatie van de schakelkast
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Control EC-L • Ed.04/2022-09
•
Schakelkast controleren op transportschade. Defecte schakelkasten niet installeren!
•
Neem de plaatselijke voorschriften voor de planning en het bedrijf van elektronische be-
sturingen in acht.
•
Elektrische werkzaamheden: opgeleide elektromonteur
Persoon met een geschikte vakopleiding, kennis en ervaring om de gevaren van elektri-
citeit te herkennen en te voorkomen.
•
Installatie-/demontagewerkzaamheden: opgeleide elektromonteur
Kennis van gereedschappen en bevestigingsmaterialen voor verschillende structuren
•
Wandmontage
•
De installatieplek is schoon, droog en trillingsvrij.
•
De installatieplek is overstromingsbestendig.
•
Geen direct zonlicht op de schakelkast.
•
Installatieplek buiten explosieve zones.
GEVAAR
Explosiegevaar bij installatie van de schakelkast in explosieve
zones!
De schakelkast heeft geen eigen Ex-beschermingsklasse en moet altijd
buiten explosieve zones worden geïnstalleerd! De aansluiting moet door
een elektricien gebeuren.
•
Niveaugevers en aansluitkabels ter plaatse ter beschikking stellen.
•
Let er bij het leggen van de kabels op dat de kabel niet wordt beschadigd door trekken,
knikken of knellen.
•
Controleer de kabeldoorsnede en -lengte voor het gekozen installatietype.
•
Niet gebruikte kabelschroefverbindingen afsluiten.
•
Houd rekening met de volgende omgevingsomstandigheden:
–
Omgevings-/bedrijfstemperatuur: -30 ... +50 °C
–
Relatieve luchtvochtigheid: 40 ... 50 %
–
Max. relatieve luchtvochtigheid: 90 %, niet-condenserend
De installatie kan op verschillende bouwconstructies (betonnen wand, montagerail enz.)
plaatsvinden. Daarom moet het bevestigingsmateriaal voor de betreffende constructie
passend ter plaatse worden klaargezet en moeten de volgende gegevens in acht worden
genomen:
•
Houd voldoende afstand tot de rand van de constructie om scheuren in de constructie
en afsplintering van het bouwmateriaal te voorkomen.
•
De diepte van het boorgat is afhankelijk van de schroeflengte. Boor het boorgat ca.
5 mm dieper dan de schroeflengte.
•
Boorstof heeft een nadelige invloed op de houdkracht. Boorgat altijd uitblazen of uitzui-
gen.
•
Beschadig het huis niet tijdens de installatie.
Schakelkast met vier schroeven en pluggen aan de wand bevestigen:
•
Max. schroefdiameter:
–
Control EC-L 1x.../EC-L 2x...: 4 mm
–
Control EC-L 3x...: 6 mm
•
Max. diameter schroefkop:
–
Control EC-L 1x.../EC-L 2x...: 7 mm
–
Control EC-L 3x...: 11 mm
✓
De schakelkast is spanningsvrij en van het stroomnet gescheiden.
1.
Boorsjabloon op de installatieplek uitlijnen en bevestigen.
2.
Boor en reinig de bevestigingsgaten volgens de aanwijzingen van het bevestigingsma-
teriaal.
3.
Boorsjabloon verwijderen.
4.
Draai de schroeven op de afdekking los en open de afdekking aan de zijkant.
nl
11