Inhoudsopgave
Advertenties
16. Hydrauliek
Opmerking over de hydrauliek
De tank voor hydraulische olie bevindt zich in de kloofkolom
van de houtklover. De olietank is in de fabriek gevuld
met hydraulische olie. Als de houtklover tijdens het
transport erg ver naar achteren wordt gekanteld, zorg
er dan voor dat er geen olie uit de vulopening kan
ontsnappen.
BELANGRIJKE NOTITIE!
Bij lage temperaturen is de olie in het hydraulisch
systeem nog erg stroperig. Onmiddellijk werken
(kloven) bij dergelijke temperaturen kan het hydraulisch
systeem beschadigen. Daarom moet de kloofmachine
bij lage temperaturen eerst een tijdje stationair draaien,
zodat de hydraulische olie kan opwarmen.
Om ervoor te zorgen dat er geen druk wordt opgebouwd in de hydraulische
olietank, moet het volgende in acht worden genomen:
De tankdop op de hydrauliekolietank moet een paar
slagen worden losgedraaid, zodat tijdens het gebruik
lucht kan ontsnappen.
Draai na het kloven de tankdop er weer stevig op zodat
er op dit punt geen olie uitlekt.
BELANGRIJKE NOTITIE!
Vergeet nooit de tank te ontluchten!
Anders wordt de lucht in het systeem steeds weer
samengedrukt en uitgezet, met als gevolg dat de
afdichtingen van het hydraulische circuit worden
vernietigd en de kloofmachine niet meer kan worden
gebruikt. In dit geval kan geen aanspraak worden
gemaakt op garantie.
17. Soorten aandrijving
17.1 Elektrische aandrijving (model HEZ-18N)
WAARSCHUWING!
Werkzaamheden aan de elektrische installatie en de
elektrische apparatuur mogen alleen worden uitgevoerd
door gekwalificeerde elektriciens.
Draaistroommotoren moeten bij nieuwe aansluiting of
verplaatsing op hun draairichting worden gecontroleerd.
Indien nodig moet de polariteit worden omgekeerd
(schakelaar-stekkercombinatie / fase-omkering).
WAARSCHUWING!
De hydraulische pomp raakt beschadigd als de motor
in de verkeerde richting draait!
Elektromotor in-/uitschakelen
AAN (I): Druk op de groene START-knop.
UIT(O): Druk op de rode UIT-knop.
Voor de inbedrijfstelling moet de draairichting van 400
motoren worden gecontroleerd door ze kort in en uit
V-
te schakelen. De draairichting moet overeenkomen met
de pijl op de ventilatorkap van de motor.
Als de draairichting niet overeenkomt met de pijl op de
ventilatorhuis overeenkomen, deze moet worden
gewijzigd met behulp van een fase-omvormer.
Draairichting controleren
1. Schakel de motor kort in en weer uit.
2. Controleer de draairichting als de motor uitloopt, zie
draairichtingspijl
Veranderen van de draairichting van
draaistroommotoren.
Draai beide polen van de fase- inverter, witte plaat -
van de connector 180° met een platte
schroevendraaier.
23
Advertenties
Inhoudsopgave
