9.1 Vleesthermometer
Er worden twee temperaturen ingesteld:
de oventemperatuur en de
kerntemperatuur.
De vleesthermometer meet de
kerntemperatuur van het vlees. Wanneer
het vlees de ingestelde temperatuur
heeft bereikt, wordt het apparaat
uitgeschakeld.
LET OP!
Gebruik alleen de
meegeleverde
vleesthermometer of
originele vervangende
onderdelen.
De vleesthermometer moet
gedurende de bereiding in
het vlees blijven en de
stekker moet in het
stopcontact blijven.
1. Schakel het apparaat in.
2. Steek de punt van de
vleesthermometer in het midden van
het vlees.
3. Steek de stekker van de
vleesthermometer in de aansluiting
op de voorkant van het apparaat.
Het display geeft het symbool van de
vleesthermometer weer
4. Stel de kerntemperatuur in.
5. Selecteer de verwarmfunctie en,
indien nodig, de temperatuur.
Raak de temperatuur op het display
aan om de kerntemperatuur te
wijzigen.
Menu
64°
Wanneer het vlees de ingestelde
kerntemperatuur heeft bereikt, hoort u
een geluidssignaal. Het apparaat wordt
automatisch uitgeschakeld.
6. Raak een tiptoets aan om het signaal
7. Haal de stekker van de
9.2 Accessoires plaatsen
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
.
A
B
C
220°
1h 14m
Stop
G
F
A) Naar het menu terugkeren
B) Hoe lang de functie actief is
C) Huidig ingestelde
verwarmingsfunctie
D) Huidig ingestelde temperatuur
E) Huidige oventemperatuur
F) Stoppen
G) Huidig ingestelde temperatuur
voor de vleesthermometer
te stoppen.
vleesthermometer uit het
stopcontact en haal het vlees uit de
oven.
WAARSCHUWING!
De vleesthermometer is
heet. Er bestaat gevaar voor
brandwonden. Wees
voorzichtig bij het
verwijderen van de punt en
de stekker van de
vleesthermometer.
NEDERLANDS
25
D
E
100°