4
Opties installeren en verwijderen
VOORZICHTIG:
Als u geheugenkaarten of optionele kaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt
gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen.
Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en haal de kabels
uit de printer.
U kunt de geheugencapaciteit van de printer aanpassen en de aansluitingsmogelijkheden vergroten door optionele kaarten
toe te voegen. U kunt deze instructies ook gebruiken om u te helpen bij het vinden van opties die moeten worden
verwijderd. De instructies in dit gedeelte beslaan de volgende opties:
Interne opties:
•
Geheugenkaarten
–
Printergeheugen
–
Flashgeheugen
–
Lettertypen
•
Firmwarekaarten
–
Streepjescode
–
ImageQuick™
–
IPDS en SCS/TNe
–
PrintCryption™
Opmerking: U hebt een kruiskopschroevendraaier nodig om de klep van de systeemkaart te verwijderen.
•
Andere interne opties
–
Vaste schijf van printer
–
RS-232 seriële interfacekaart
–
Parallelle 1284-B-interfacekaart
–
MarkNet N8000 Series interne printerservers (ook wel interne netwerkadapters of INA's genoemd)
Andere opties:
•
Duplexeenheid (alleen instructies voor het verwijderen)
•
Finisher
•
Hoge-capaciteitslader
•
Optionele lader (alleen instructies voor het verwijderen)
Opties installeren en verwijderen
26