Opmerkingen kunnen worden gestuurd naar Lexmark International, Inc., Department F95/032-2, 740 West New Circle Road, Lexington, Kentucky 40550, Verenigde Staten. Als u in het Verenigd Koninkrijk of Ierland woont, kunt u eventuele opmerkingen sturen naar Lexmark International Ltd., Marketing and Services Department, Westhorpe House, Westhorpe, Marlow Bucks SL7 3RQ. Lexmark behoudt zich het recht voor de door u verstrekte informatie naar eigen goeddunken te gebruiken en te verspreiden, zonder hiermee enige verplichting op zich te nemen tegenover u.
Inhoud Hoofdstuk 1: Algemene informatie ................... 6 Bedieningspaneel ............................8 Hoofdstuk 2: Stuurprogramma's voor lokaal afdrukken installeren ......11 Windows ................................ 11 Macintosh ..............................15 UNIX/Linux ..............................16 Hoofdstuk 3: Stuurprogramma's installeren voor afdrukken via het netwerk .... 17 Pagina met netwerkinstellingen afdrukken ....................17 IP-adres toewijzen aan de printer ........................
Pagina 4
Hoofdstuk 7: Printer onderhouden ................. 98 Status van supplies bepalen .......................... 99 Zuinig omgaan met supplies .......................... 99 Supplies bestellen ............................100 Recycling van Lexmark-producten ....................... 101 De LED's reinigen ............................102 De bovenklep sluiten ........................... 107 Hoofdstuk 8: Vastgelopen papier verwijderen ............. 109 Storingen identificeren ..........................
Pagina 5
Inhoud Hoofdstuk 10: Problemen oplossen ................156 On line klantenondersteuning ........................156 Bellen voor technische ondersteuning ......................156 Niet-reagerende printer controleren ......................156 Meertalige PDF's afdrukken ......................... 157 Problemen met afdrukken oplossen ......................158 Problemen met opties oplossen ........................160 Problemen met de papierinvoer oplossen ....................
Algemene informatie VOORZICHTIG: Schakel tijdens onweer dit product niet in en sluit geen elektrische kabels of stroomkabels aan, zoals het netsnoer of een telefoonkabel. Geconfigureerde modellen In de volgende afbeeldingen ziet u een standaardnetwerk en een volledig geconfigureerde printer. Als u verwerkingsopties voor afdrukmateriaal installeert, lijkt uw printer meer op het volledig geconfigureerde model.
Pagina 7
Algemene informatie Er is een aantal menu's beschikbaar waarmee u op eenvoudige wijze printerinstellingen kunt aanpassen. In het diagram worden het menuoverzicht op het bedieningspaneel, de menu's en de opties die onder elk menu beschikbaar zijn weergegeven. Raadpleeg de handleiding Menu's en berichten op de documentatie-cd voor meer informatie over menu's en menu-items.
Algemene informatie Bedieningspaneel Het bedieningspaneel van de printer is een 4-regelig display met achtergrondverlichting waarop zowel afbeeldingen als tekst kunnen worden weergegeven in grijstinten. De knoppen Terug (Back), Menu en Stop bevinden zich aan de linkerkant van het display, de navigatieknoppen onder het display en het numerieke toetsenblok aan de rechterkant van het display. Display van het bedieningspaneel Terug (Back)
Pagina 9
Algemene informatie Het gebruik van de knoppen en de indeling van het display van het bedieningspaneel worden in de volgende tabel beschreven. Knop Functie Druk op de knop Terug (Back) om terug te gaan naar het scherm dat als laatste is bekeken. Terug (Back) Opmerking: Wijzigingen die zijn aangebracht op een scherm worden niet toegepast als u op de knop Terug (Back) drukt.
Pagina 10
Algemene informatie Knop Functie Het numerieke toetsenblok bevat cijfers, een hekje (#) en een toets Backspace. De toets 5 Numeriek toetsenblok is voorzien van reliëf als hulpmiddel bij de oriëntatie. Zo kan de operator zonder op het toetsenblok te kijken zien of zijn of haar handen goed staan. De cijfers worden gebruikt voor het invoeren van numerieke waarden voor items zoals aantallen of pincodes.
Installeer het speciale printerstuurprogramma vanaf de cd met stuurprogramma's die is meegeleverd met de printer. Hierdoor krijgt u toegang tot de uitgebreide printeropties en -functies. Stuurprogramma's zijn ook als onderdeel van te downloaden softwarepakketten beschikbaar op de website van Lexmark, op www.lexmark.com.
Stuurprogramma's voor lokaal afdrukken installeren Windows Server 2003, Windows 2000, Windows XP, Windows 98 SE, Windows Me of Windows NT gebruiken Opmerking: Installeer de printersoftware voordat u de USB-kabel aansluit. Plaats de cd met stuurprogramma's. Als de cd niet wordt gestart, klikt u op Start Uitvoeren, en typt u D:\Setup.exe (waarbij D de letter van het cd- rom-station is) in het dialoogvenster Uitvoeren.
Stuurprogramma's voor lokaal afdrukken installeren Klik op OK. Het laden van de stuurprogramma's kan enige tijd duren. Sluit de cd met stuurprogramma's. Serieel afdrukken Bij serieel afdrukken worden gegevens met één bit tegelijk overgedragen. Hoewel serieel afdrukken over het algemeen trager is dan parallel afdrukken, verdient het de voorkeur wanneer er een grote afstand is tussen de printer en de computer of wanneer er geen parallelle interface beschikbaar is.
Stuurprogramma's voor lokaal afdrukken installeren Een printerstuurprogramma installeren Op de computer die is aangesloten op de printer, moet een printerstuurprogramma worden geïnstalleerd. Opmerking: Gebruikers van Windows 95 en Windows 98 (eerste editie) dienen de installatie-instructies in Windows 95 en Windows 98 (eerste editie) gebruiken uit te voeren. Plaats de cd met stuurprogramma's.
Open de Finder, klik op Programma's en vervolgens op Hulpprogramma's. Dubbelklik op Afdrukbeheer of Printerconfiguratie. Opmerking: U kunt het PPD-bestand voor de printer ook als onderdeel van een softwarepakket downloaden vanaf de website van Lexmark: www.lexmark.com. Voer de volgende stappen uit: •...
Alle pakketten met printerstuurprogramma's ondersteunen lokaal afdrukken via een parallelle aansluiting. Het pakket voor Sun Solaris ondersteunt bovendien USB-aansluitingen met Sun Ray-apparaten en Sun-werkstations. Op de website van Lexmark (www.lexmark.com) vindt u een compleet overzicht van ondersteunde UNIX- en Linux- platforms.
Stuurprogramma's installeren voor afdrukken via het netwerk Pagina met netwerkinstellingen afdrukken Als de printer is aangesloten op een netwerk, kunt u de netwerkaansluiting controleren door een pagina met netwerkinstellingen af te drukken. Deze pagina bevat ook informatie die van belang is bij het configureren van het afdrukken in een netwerk.
• LPR—Windows NT 4.0 • Lexmark verbeterde TCP/IP-netwerkpoort—Windows 98/Me, Windows NT 4.0, Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003 Voor de elementaire printerfuncties dient u een systeemstuurprogramma te installeren en een systeempoort te gebruiken, zoals een LPR-poort of een standaard TCP/IP-poort. Met het systeemstuurprogramma hebt u de beschikking over een consistente gebruikersinterface die kan worden gebruikt voor alle printers in het netwerk.
Pagina 19
Selecteer de printerpoort in de lijst en klik op Finish (Voltooien) om de installatie te voltooien. Als de printerpoort niet in de lijst staat: Klik op Add Port (Poort toevoegen). Selecteer Lexmark Enhanced TCP/IP Port (Lexmark verbeterde TCP/IP-netwerkpoort), en voer de informatie in die nodig is voor het maken van de poort. Windows...
Pagina 20
Stuurprogramma's installeren voor afdrukken via het netwerk Geef een poortnaam op. Dit kan elke willekeurige naam zijn waarmee u de printer associeert, bijvoorbeeld Kleur1-lab4. Nadat de poort is gemaakt, verschijnt deze naam in de lijst van beschikbare poorten. Geef het IP-adres op in het tekstvak. Opmerking: Als u het IP-adres niet weet, drukt u een pagina met netwerkinstellingen af en kijkt u in het gedeelte TCP/IP.
Pagina 21
Stuurprogramma's installeren voor afdrukken via het netwerk Klik op Bestand Delen. Schakel het selectievakje Gedeeld als in en typ een naam in het tekstvak. Selecteer in het gedeelte Alternatieve stuurprogramma's de besturingssystemen van alle netwerkclients die naar deze printer gaan afdrukken. Klik op OK.
Stuurprogramma's installeren voor afdrukken via het netwerk Selecteer de netwerkprinter in de lijst met gedeelde printers. Als de printer niet in de lijst staat, geeft u het pad naar de printer op. Het pad zou ongeveer als volgt moeten zijn: \\<serverhostnaam>\<naam gedeelde printer>...
Kies Afdrukken via IP in het pop-upmenu. Typ in het vak Printeradres het IP-adres of de DNS-naam van de printer. Kies Lexmark in het pop-upmenu Printermodel. Selecteer de nieuwe printer in de lijst en klik op Voeg toe. Printerinstallatie controleren: Open de Finder, klik op Programma's en vervolgens op Teksteditor.
Klik op Close (Sluit) wanneer de installatie is voltooid. Opmerking: U kunt het PPD-bestand voor de printer ook als onderdeel van een softwarepakket downloaden vanaf de website van Lexmark: www.lexmark.com. Stap 2: Bureaubladprinter maken Selecteer in de Kiezer het stuurprogramma voor de LaserWriter 8.
Stuurprogramma's installeren voor afdrukken via het netwerk UNIX/Linux De printer ondersteunt vele UNIX- en Linux-platforms, zoals Sun Solaris en Red Hat. Bezoek de website van Lexmark op www.lexmark.com voor een volledige lijst met ondersteunde UNIX- en Linux-platforms. Opmerking: De softwarepakketten voor Sun Solaris en Linux zijn beschikbaar op de cd met stuurprogramma's en op de website van Lexmark op www.lexmark.com.
Opties installeren en verwijderen VOORZICHTIG: Als u geheugenkaarten of optionele kaarten wilt installeren nadat u de printer gebruiksklaar hebt gemaakt, moet u eerst de printer uitzetten en de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen. Als u andere apparaten hebt aangesloten op de printer, schakel deze dan ook uit en haal de kabels uit de printer.
Opties installeren en verwijderen Klep van systeemkaart verwijderen U dient de klep van de systeemkaart te verwijderen om geheugenkaarten, een firmwarekaart, een vaste schijf of een optionele kaart te kunnen installeren. Achterklep Deze printer heeft een Kensington Security Slot, dat compatibel is met een vergrendeling van Kensington om de klep van de systeemkaart te beveiligen.
Pagina 28
Opties installeren en verwijderen U hebt een kruiskopschroevendraaier nummer 2 nodig om de klep van de systeemkaart te verwijderen. Schroeven Schroeven Draai de acht schroeven op de klep van de systeemkaart los. Verwijder de schroeven niet helemaal. Waarschuwing: De klep van de systeemkaart moet worden teruggeplaatst voordat u de printer gaat bedienen. Schuif de klep omhoog en weg van de printer.
Optionele kaartklep Geheugenkaart installeren Volg de onderstaande instructies voor het installeren van printergeheugenkaarten. Opmerking: Geheugenkaarten die zijn ontworpen voor andere Lexmark-printers, werken mogelijk niet met uw printer. Verwijder de klep van de systeemkaart. (Raadpleeg Klep van systeemkaart verwijderen.) Open de vergrendelingen aan beide uiteinden van de connector voor de geheugenkaart.
Zorg ervoor dat beide vergrendelingen in de uitsparingen aan beide zijden van de kaart passen. Een flashgeheugenkaart of firmwarekaart installeren Opmerking: Firmware- en flashgeheugenkaarten die zijn ontworpen voor andere Lexmark-printers werken mogelijk niet met uw printer. Verwijder de klep van de systeemkaart (zie Klep van systeemkaart verwijderen).
Opties installeren en verwijderen Druk de flashgeheugen- of firmwarekaart stevig op zijn plaats en laat de vergrendelingsklemmen los. De volledige lengte van de connector op de flashgeheugen- of firmwarekaart moet in aanraking zijn met de systeemkaart en hierin vastzitten. Let erop dat de connectoren niet beschadigd raken. Vaste schijf installeren Waarschuwing: Vaste schijven kunnen gemakkelijk beschadigd raken door statische elektriciteit en fysieke schokken...
Pagina 32
Opties installeren en verwijderen Als een optionele kaart is geïnstalleerd, moet u deze mogelijk verwijderen voordat u de vaste schijf installeert. Verwijder de klep van de systeemkaart (zie Klep van systeemkaart verwijderen). Breng de connector op de lintkabel op één lijn met de connector op de systeemkaart en druk ze in elkaar. Draai de vaste schijf om en druk de drie staafjes op de montageplaat in de gaatjes in de systeemkaart.
Opties installeren en verwijderen Optionele kaart installeren Uw printer heeft een uitbreidingskaartsleuf die geschikt is voor diverse optionele kaarten. In de volgende tabel wordt de functie van deze kaarten beschreven. Kaart Functie Interne MarkNet printerserver Hiermee voegt u een Ethernet-, Token-Ring- of glasvezelpoort toe voor het (N8000-serie) aansluiten van uw printer op een netwerk.
Pagina 34
Opties installeren en verwijderen Breng de connector op de optionele kaart op één lijn met de connector op de systeemkaart. De kabelconnectoren aan de zijkant van de optionele kaart moeten in de connectorsleuf passen. Druk de optionele kaart stevig in de connector. Draai de schroeven vast om de kaart aan de systeemkaart te bevestigen.
Opties installeren en verwijderen De klep van de systeemkaart aanbrengen Als u klaar bent met het installeren van kaarten op de systeemkaart van de printer, plaatst u de klep van de systeemkaart terug. Houd de gaten in de klep voor de schroeven op de printer. Plaats de klep tegen de printer en schuif de klep naar beneden.
Opties installeren en verwijderen De optionele hoge-capaciteitslader uitlijnen Opmerking: Als de hoge-capaciteitslader niet recht is geplaatst, kan het papier vastlopen. Opvulplaatjes voor het verstellen van de hoogte installeren Als de pinnen op de hoge-capaciteitslader zich niet op één lijn bevinden met de corresponderende gaten, pas dan de hoogte van de lader aan.
Opties installeren en verwijderen Breng de schroeven op één lijn met de schroefgaten op de hoge-capaciteitslader en steek ze erdoor. Het vooraf geïnstalleerde opvulplaatje verwijderen: Verwijder het opvulplaatje van de bovenkant van het zwenkwieltje. Steek de vier schroeven door het zwenkwieltje. Breng de schroeven op één lijn met de schroefgaten op de hoge-capaciteitslader en steek ze erdoor.
Pagina 38
Opties installeren en verwijderen Draai de schroeven los. Schuif de metalen plaat naar rechts om de bovenste marge kleiner te maken, of naar links om de bovenste marge groter te maken. Draai de schroeven weer vast. Plaats het papier terug in de hoge-capaciteitslader en bevestig deze weer op de printer. De marges op de optionele hoge-capaciteitslader aanpassen...
Opties installeren en verwijderen De optionele finisher uitlijnen Opmerking: Als de finisher niet recht is geplaatst, kan het papier vastlopen. De finisher uitlijnen met de printer De volgende drie onderdelen moeten recht zijn geplaatst om papierstoringen te voorkomen. Uitlijnmarkeringen Pin van de montageplaat Gat in finisher Ruimte (voor...
Opties installeren en verwijderen Schuif de finisher naar de printer totdat de finisher aan de pinnen van de montageplaat zit. Er is een klik te horen als de finisher stevig op zijn plaats zit. Raadpleeg De finisher in hoogte verstellen als de pinnen zich niet in de gaten van de finisher bevinden. Anders gaat u naar De zijkanten van de finisher uitlijnen.
Pagina 41
Opties installeren en verwijderen Draai de duimschroeven van de geleiderail los. Verdraai de verstelknoppen totdat de gaten in de finisher zich op dezelfde hoogte bevinden als de pinnen. Draai de verstelknoppen met de klok mee om de finisher omhoog te brengen. Draai de verstelknoppen tegen de wijzers van de klok in om de finisher omlaag te brengen.
Opties installeren en verwijderen De zijkanten van de finisher uitlijnen Ga als volgt te werk als de afstand tussen de finisher en de printer boven- en onderaan niet hetzelfde is. Draai de duimschroeven van de geleiderail los. De optionele finisher uitlijnen...
Pagina 43
Opties installeren en verwijderen Als u de plaat van de geleiderail al omhoog of omlaag hebt gebracht, zijn de duimschroeven al losgedraaid. Verdraai de verstelknoppen op de achterkant om de boven- en onderkant van de finisher op dezelfde hoogte te brengen als de printer.
Opties installeren en verwijderen De bovenkant van de finisher uitlijnen Ga als volgt te werk als de uitlijnmarkeringen bovenop de finisher zich niet op één lijn bevinden met de hoeken van de klep aan de zijkant van de printer. Opmerking: Controleer altijd de uitlijning van de printer en de bovenkant van de finisher als u de printer of finisher hebt verplaatst.
Opties installeren en verwijderen Draai de duimschroeven van de geleiderail vast. Schuif de finisher naar de printer totdat de finisher aan de pinnen van de montageplaat zit. Er is een klik te horen als de finisher stevig op zijn plaats zit. De wieltjes van de finisher verstellen Verstel de wieltjes van de finisher zodat de standaard blijft uitgelijnd als deze wordt verplaatst.
Opties installeren en verwijderen Draai de vergrendelingsknoppen tegen de wijzers van de klok in, tegen de basis van de finisher aan. De perforatiefunctie in de optionele finisher aanpassen U kunt de uitlijning van de perforatiegaten met ongeveer 4 mm aanpassen. Dit kan handig zijn wanneer u bijvoorbeeld de perforatiegaten op het papier wilt centreren of wanneer u een afdruktaak in verschillende finishers wilt perforeren.
Pagina 47
Opties installeren en verwijderen Neem een vel papier dat u in een vorige stap in de finisher hebt geperforeerd en vouw het papier zodanig dat het onderste perforatiegat zich precies op het bovenste perforatiegat bevindt. Onderkant bevindt Onderkant zich boven de bevindt zich onder bovenkant de bovenkant...
Pagina 48
Opties installeren en verwijderen Draai beide verstelknoppen rond zoals hieronder wordt aangegeven. Het aantal keren ronddraaien geldt voor zowel het omhoog als het omlaag brengen van de zijkant van de finisher. Wanneer u de knop een halve slag draait, verschuift de positie van het perforatiegat circa eenderde tot de helft van de afstand tot het perforatiegat.
Opties installeren en verwijderen De duplexeenheid verwijderen Zet de printer uit. Open de klep van de duplexeenheid. Draai de duimschroeven los waarmee de duplexeenheid is bevestigd. De duplexeenheid verwijderen...
Pagina 50
Opties installeren en verwijderen Schuif de duplexeenheid naar buiten. Sluit de klep van de duplexeenheid. De duplexeenheid verwijderen...
Opties installeren en verwijderen De hoge-capaciteitslader verwijderen Zet de printer uit. Haal het netsnoer van de hoge-capaciteitslader uit het stopcontact. Maak de interface-kabel aan de zijkant van de hoge-capaciteitslader los. Schuif de hoge-capaciteitslader weg van de printer. Verwijder de hoge-capaciteitslader van de geleiderail. De hoge-capaciteitslader verwijderen...
Pagina 52
Opties installeren en verwijderen Til de geleiderail omhoog en trek deze weg van de montageplaat. Verwijder de inbussleutel uit de houder in de hoge-capaciteitslader. De hoge-capaciteitslader verwijderen...
Pagina 53
Opties installeren en verwijderen Verwijder de vier schroeven waarmee de montageplaat is bevestigd. Plaats de twee zijkleppen in de schroefgaten in de optionele lader totdat de kleppen vastklikken. De hoge-capaciteitslader verwijderen...
Opties installeren en verwijderen Een optionele lader verwijderen Zet de printer uit. Haal het netsnoer uit het stopcontact. Opmerking: Voorkom overbelasting van het elektriciteitsnet door de printer aan te sluiten op een geaard stopcontact op een circuit met een aardlekschakelaar. Koppel de USB- of Ethernet-kabel los van de printer.
Pagina 55
Opties installeren en verwijderen Til de optionele lader op. Een optionele lader verwijderen...
Als u niet bekend bent met een van de opties in het venster van het printerstuurprogramma, opent u de on line Help voor meer informatie. Als u de meegeleverde speciale printerstuurprogramma's van Lexmark gebruikt, worden alle voorzieningen van de printer ondersteund. De meest recente versies van de stuurprogramma's en een volledige beschrijving van de stuurprogrammapakketten en stuurprogrammaondersteuning van Lexmark vindt u op de website van Lexmark.
PDF-documenten kunt afdrukken. Een document afdrukken vanaf een apparaat met USB-flashgeheugen lijkt op het afdrukken van een wachttaak. Raadpleeg de website van Lexmark op www.lexmark.com voor informatie over geteste en goedgekeurde apparaten met USB-flashgeheugen. Houd rekening met het volgende als u een apparaat met USB-flashgeheugen op de USB-aansluiting van uw printer aansluit: •...
Afdrukken Druk op totdat verschijnt naast het document dat u wilt afdrukken en druk vervolgens op Er verschijnt een scherm met de vraag hoeveel exemplaren u wilt afdrukken. USB-station Exemplaren Mijn_document_01 Mijn_document_02 Druk op om één exemplaar af te drukken of voer het aantal exemplaren handmatig in via het numerieke toetsenblok.
Afdrukken Afdruktaken annuleren via een Windows-computer Afdruktaken annuleren via de taakbalk Voor elke afdruktaak die u naar de printer stuurt, wordt rechts in de taakbalk een klein pictogram in de vorm van een printer weergegeven. Dubbelklik op dit pictogram. In het printervenster wordt een lijst met afdruktaken weergegeven. Selecteer de taak die u wilt annuleren.
Afdrukken Pagina met menu-instellingen afdrukken U kunt een pagina met menu-instellingen afdrukken om de standaardinstellingen van de printer te bekijken en te controleren of de printeropties correct zijn geïnstalleerd. Zorg ervoor dat de printer is ingeschakeld en dat het bericht Gereed wordt weergegeven. Druk op op het bedieningspaneel.
Afdrukken Directorylijst afdrukken Een directorylijst bevat de bronnen die zijn opgeslagen in het flashgeheugen of op de vaste schijf. U drukt als volgt deze lijst af: Controleer of de printer is ingeschakeld en of het bericht Gereed op het display verschijnt. Druk op op het bedieningspaneel.
Afdrukken Voer een gebruikersnaam en een PIN-code in. Verstuur uw afdruktaak naar de printer. Ga naar de printer als u klaar bent om de afgedrukte beveiligde taak op te halen en voer de stappen “Bij de printer” op pagina 62 uit. Macintosh Selecteer in een tekstverwerker, spreadsheet, browser of andere toepassing Bestand Afdrukken.
Afdrukken PIN-code (persoonlijk identificatienummer) invoeren Als u in het menu Wachttaak het menu-item Beveiligde taak selecteert en vervolgens uw gebruikersnaam selecteert, verschijnt de volgende prompt op het display: Voer PIN in Gebruik het numerieke toetsenblok om de viercijferige PIN-code in te voeren die is gekoppeld aan uw beveiligde afdruktaak.
Afdrukken Herhaalde afdruktaken Als u een herhaalde afdruktaak naar de printer stuurt, worden alle door u opgegeven exemplaren afgedrukt en wordt de afdruktaak in het printergeheugen opgeslagen, zodat u later nog meer exemplaren kunt afdrukken. U kunt exemplaren blijven afdrukken zolang de afdruktaak zich in het printergeheugen bevindt. Opmerking: Herhaalde afdruktaken worden automatisch uit het printergeheugen verwijderd op het moment dat de printer extra geheugen nodig heeft voor de verwerking van andere afdruktaken.
Afdrukken Druk op Druk op totdat verschijnt naast de taak die u zoekt, en druk vervolgens op Afhankelijk van de soort afdruktaak en de opdracht die u hebt geselecteerd zal de taak worden afgedrukt of verwijderd. Standaardladen en optionele laden vullen Uw printer heeft een standaardlade voor 550 vel.
Afdrukken Plaats het afdrukmateriaal met de te bedrukken zijde naar beneden in de lade. Voor dubbelzijdig afdrukken met briefhoofdpapier plaatst u het afdrukmateriaal met de voorbedrukte zijde naar boven in de lade. Opmerking: De stapel afdrukmateriaal mag niet boven de stapelhoogte-indicator uitkomen. Bij een te volle lade kunnen papierstoringen optreden.
Pagina 67
Afdrukken De pictogrammen op de universeellader geven aan hoe u papier van verschillende formaten in de universeellader plaatst en hoe u een envelop waarop u wilt afdrukken moet draaien. Plaats briefhoofdpapier met de voorbedrukte zijde naar boven als u enkelzijdig wilt afdrukken en met de voorbedrukte zijde naar beneden als u dubbelzijdig wilt afdrukken. 12 x 18 U kunt als volgt afdrukmateriaal plaatsen: Opmerking: Voeg geen afdrukmateriaal toe en verwijder geen afdrukmateriaal terwijl de printer bezig is met...
Pagina 68
Afdrukken Druk de bodemplaat naar beneden totdat deze vastklikt. Opmerking: Plaats geen voorwerpen op de universeellader. Oefen ook geen kracht uit op de universeellader. Buig de vellen of enveloppen enkele malen om ze los te maken en waaier ze vervolgens uit. Vouw of kreuk het afdrukmateriaal niet.
Pagina 69
Afdrukken Plaats het materiaal in de lade en druk op de knop set om het materiaal voor de invoer omhoog te laten komen. Bepaal de hoogte van de stapel die u plaatst aan de hand van het etiket voor de stapelhoogte. Papier, transparanten of enveloppen plaatsen Opmerking: De manier waarop papier met een briefhoofd of ander voorbedrukt materiaal in de lade moet worden geplaatst, is afhankelijk van de opties die u hebt geïnstalleerd.
Afdrukken Druk op Druk op totdat de wordt weergegeven naast het papiersoort dat u wilt gebruiken. Druk op De printer keert terug in de werkstand Gereed. Universeellader sluiten Verwijder het afdrukmateriaal uit de universeellader. Duw het verlengstuk van de lade terug naar binnen. Druk de universeellader bij de rollen van de printer omlaag om deze vast te klikken voordat u de printer sluit.
Pagina 71
Afdrukken Draai de duimschroeven van de papiergeleider links en rechts los. Schuif de geleiders links en rechts naar de juiste positie voor het papierformaat dat u wilt gebruiken (A4 of Letter). Draai de duimschroeven van de papiergeleider links en rechts vast. Buig de vellen enkele malen om de vellen los te maken.
Pagina 72
Afdrukken Plaats het papier tegen de papiergeleiders met de te bedrukken zijde naar boven. Opmerking: Zorg dat de stapel niet hoger is dan de aangegeven maximale hoogte. Bij een te volle lade kan het papier in de printer vastlopen. Druk op de knop van de papierlade. De papierlade gaat naar beneden zodat u nog 500 vel papier kunt plaatsen.
Afdrukken Sluit de bovenklep. Schuif de hoge-capaciteitslader volledig tegen de printer. Afdruktips Afdrukmateriaal bewaren Als u het materiaal op de juiste wijze bewaart, kunt u zonder problemen afdrukken. Houd de volgende richtlijnen aan: ° • U kunt het afdrukmateriaal het beste bewaren in een omgeving met een temperatuur van rond de 21 C en een relatieve vochtigheid van 40%.
Afdrukken • Gebruik geen papier van verschillende soorten of formaten in één lade. • Gebruik alleen aanbevolen afdrukmateriaal Raadpleeg Richtlijnen voor afdrukmateriaal. • Zorg ervoor dat de aanbevolen afdrukzijde omhoog ligt als u de universeellader of hoge-capaciteitslader vult. • Zorg ervoor dat de aanbevolen afdrukzijde omlaag ligt als u laden 1 tot 4 vult. •...
Afdrukken Afdruktaken gesorteerd afleveren Elke afdruktaak of kopie van een afdruktaak kan verschoven worden afgeleverd, zodat het voor u eenvoudiger is om de stapel documenten in de uitvoerlade te sorteren. De finisher kan alle verschoven afdruktaken in uitvoerlade 2 stapelen. De hoogte van deze stapel is maximaal 23 mm. In het printerstuurprogramma of via het bedieningspaneel van de printer kunt u de volgende waarden voor Pagina's verschuiven in het menu Afwerking selecteren: Waarde...
Pagina 76
Afdrukken Het maximumaantal vellen dat u kunt nieten is: Papiergewicht Maximum 75 g/m² papier 30 vellen 90 g/m² papier 25 vellen 105 g/m² papier 20 vellen Als u meer dan het maximumaantal vellen niet, kan het nietapparaat vastlopen. In het printerstuurprogramma of via het bedieningspaneel van de printer kunt u de volgende waarden voor Taak nieten in het menu Afwerking selecteren: Waarde Uitvoer...
Pagina 77
Afdrukken Open de klep van het nietapparaat. Nietapparaat Duw de vergrendelingshendel van het nietapparaat omhoog. Draai het nietapparaat naar boven. Nietapparaat Vergrendelingshendel van nietapparaat Functies van de optionele finisher...
Pagina 78
Afdrukken Trek de nietjeshouder uit het nietapparaat. Trek de lege nietcassette uit de nietjeshouder. Gooi de cassette weg. Neem de nieuwe nietcassette uit de verpakking Artikelnummer Beschrijving 11K3188 C9xx/T6xx Nietcassette Opmerking: Verwijder de tape pas van de nietcassette als deze in de nietjeshouder is geplaatst. Functies van de optionele finisher...
Pagina 79
Afdrukken Plaats de nieuwe cassette. Verwijder de tape van de cassette. Plaats de nietjeshouder in het nietapparaat. Druk de nietjeshouder naar beneden tot deze goed vastzit. Functies van de optionele finisher...
Pagina 80
Afdrukken Draai de nietjeshouder tot deze zich in de gesloten positie bevindt. Sluit de klep van het nietapparaat. Functies van de optionele finisher...
Afdrukken Schuif de finisher naar de printer totdat de finisher aan de pinnen van de montageplaat zit. Er is een klik te horen als de finisher stevig op zijn plaats zit. Perforeren U kunt uw afdruktaken met drie of met vier gaten perforeren, afhankelijk van het type finisher dat u hebt. De finisher kan geperforeerde afdruktaken in lade 1 of lade 2 uitvoeren.
Pagina 82
Afdrukken Maak de perforatiebak volgens de aangegeven stappen leeg: Vergrendeling Druk de vergrendeling in en houd deze ingedrukt. Schuif de finisher van de printer vandaan. Laat de vergrendeling los. Handgreep Til de handgreep van de ingang van de finisher omhoog. Til de perforatiebak op, draai de onderkant naar buiten en verwijder de bak.
Pagina 83
Afdrukken Maak de bak leeg. Til de handgreep op. Plaats de bovenkant van de bak in de finisher en draai vervolgens de onderkant van de bak in de finisher. Laat de handgreep los. Schuif de finisher naar de printer totdat de finisher aan de pinnen van de montageplaat zit. Er is een klik te horen als de finisher stevig op zijn plaats zit.
De volgende papiereigenschappen zijn van invloed op de afdrukkwaliteit en de betrouwbaarheid van de papierinvoer. Wij bevelen u aan deze richtlijnen te volgen wanneer u een nieuw type papier overweegt. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide voor meer informatie. U vindt deze publicatie op de website van Lexmark op www.lexmark.com/publications.
Pagina 85
Specificaties voor afdrukmateriaal Gewicht De printer kan automatisch papier met een gewicht van 60 tot 176 g/m met de vezel in lengterichting invoeren. Papier van minder dan 60 g/m is mogelijk niet stevig genoeg om correct te worden ingevoerd, waardoor papierstoringen kunnen optreden.
Specificaties voor afdrukmateriaal Ongeschikt papier Het gebruik van de volgende papiersoorten in de printer wordt afgeraden: • Chemisch behandelde papiersoorten waarmee kopieën kunnen worden gemaakt zonder carbonpapier, ook wel "carbonless copy paper" (CCP) of "no carbon required paper" (NCR) genoemd. •...
Specificaties voor afdrukmateriaal Papier bewaren Houd de volgende richtlijnen aan om een regelmatige afdrukkwaliteit te garanderen en te voorkomen dat er problemen met papierinvoer ontstaan. • Sla papier op in een ruimte waar de temperatuur ongeveer 21 °C is en waar de relatieve vochtigheid 40% bedraagt.
Gebruik alleen transparanten die tegen deze temperaturen kunnen zonder te smelten, verkleuren, verschuiven of schadelijke stoffen af te geven. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide voor meer informatie. U vindt deze publicatie op de website van Lexmark op www.lexmark.com/ publications.
Probeer eerst enkele etiketten uit voordat u een grote hoeveelheid aanschaft. Raadpleeg de Card Stock & Label Guide voor meer informatie over het afdrukken, de kenmerken en het ontwerp van etiketten. U vindt deze publicatie op de website van Lexmark, op www.lexmark.com/publications. U drukt als volgt af op etiketten: •...
Specificaties voor afdrukmateriaal Karton Karton bestaat uit één laag en heeft een groot aantal eigenschappen. De vochtigheidsgraad, dikte en structuur kunnen grote invloed hebben op de afdrukkwaliteit. Zie Bronnen en specificaties voor afdrukmateriaal identificeren voor informatie over de geschiktste combinatie van gewicht en vezelrichting voor afdrukmateriaal. Maak altijd eerst enkele proefafdrukken voordat u een grote hoeveelheid karton aanschaft.
Specificaties voor afdrukmateriaal Bronnen en specificaties voor afdrukmateriaal identificeren In de volgende tabellen vindt u informatie over standaard en optionele bronnen, waaronder informatie over de beschikbare formaten afdrukmateriaal in het menu Papierformaat en informatie over ondersteunende gewichten. Opmerking: Als u een papierformaat wilt gebruiken dat niet in de lijst staat, selecteert u het daaropvolgende grotere formaat.
Pagina 92
Specificaties voor afdrukmateriaal Formaten en ondersteuning van afdrukmateriaal(vervolg) Legenda — ondersteund — niet ondersteund Optionele Laden hoge- Optionele voor duplex- Optionele Formaat afdrukmateriaal capaciteits- Afmetingen 550 vel Universeellader lader eenheid finisher**** Universal 69,85 x 127 mm tot 297 x 1219,2 mm 7 3/4-envelop 98,4 x 190,5 mm (Monarch)
Pagina 93
Specificaties voor afdrukmateriaal Ondersteuning van afdrukmateriaal per soort voor optionele functies Legenda — ondersteund — niet ondersteund Laden voor Optionele hoge- Optionele Optionele Afdrukmateriaal 550 vel Universeellader capaciteitslader duplexeenheid finisher Papier Karton Transparanten Bannerpapier Papieren etiketten Enveloppen Glossy papier Uitvoer van bannerpapier alleen in de finisherlade 1. Soort en gewicht van afdrukmateriaal Legenda Gewicht afdrukmateriaal...
Pagina 94
Specificaties voor afdrukmateriaal Soort en gewicht van afdrukmateriaal(vervolg) Legenda Gewicht afdrukmateriaal — ondersteund — niet ondersteund Afdrukmateriaal Soort Laden voor 550 vel Universeellader Glossy papier Book 88 tot 176 g/m2 88 tot 176 g/m2 vezel in lengterichting vezel in lengterichting Cover 162 tot 176 g/m2 162 tot 176 g/m2...
Specificaties voor afdrukmateriaal Capaciteiten afdrukmateriaal Legenda — ondersteund — niet ondersteund lade voor 550 Optionele hoge- Optionele Optionele Soort afdrukmateriaal Universeellader capaciteitslader finisherlade 1 finisherlade 2 Papier 550 vel* 100 vel* 3000 1000 Karton 150–200 vel** 45–55*** Papieren etiketten Vinyletiketten Transparanten Enveloppen 10 stuks Com 10...
Pagina 96
Specificaties voor afdrukmateriaal Dubbelzijdig afdrukken op briefhoofdpapier Als u de laden gebruikt om dubbelzijdig af te drukken op briefhoofdpapier, moet u het papier met het briefhoofd omhoog in de invoerlade plaatsen, waarbij u het zo legt dat de zijde met het briefhoofd als eerste de printer ingaat. Inbindzijde voor dubbelzijdig afgedrukte pagina's Als u Bindzijde dubbelzijdig afdrukken selecteert in het printerstuurprogramma of in het menu Afwerking, dient u inbinding aan de lange zijde of inbinding aan de korte zijde als waarden op te geven voor deze instelling.
Specificaties voor afdrukmateriaal Papierstoringen voorkomen Gebruik geschikt afdrukmateriaal (papier, transparanten, etiketten en karton) zodat u probleemloos kunt afdrukken. Raadpleeg Bronnen en specificaties voor afdrukmateriaal identificeren voor meer informatie. Opmerking: Probeer altijd eerst het afdrukmateriaal uit dat u wilt gaan gebruiken, voordat u grote hoeveelheden aanschaft.
In de VS belt u 1-800-539-6275 voor informatie over geautoriseerde dealers van Lexmark-supplies in uw omgeving. In andere landen of regio's bezoekt u de website van Lexmark op www.lexmark.com of neemt u contact op met de leverancier van de printer.
Printer onderhouden Status van supplies bepalen U wordt via het bedieningspaneel van de printer gewaarschuwd als supplies moeten worden vervangen of als onderhoud nodig is. Op het bedieningspaneel kunt u tevens de status van supplies in de printer bekijken, tenzij de printer bezig is met afdrukken of in de werkstand Bezig staat.
Bezoek de website van Lexmark op www.lexmark.nl (Zoek een dealer/verkooppunt) voor informatie over geautoriseerde dealers van Lexmark-supplies in uw omgeving, of bel met Lexmark (035 699 46 99). In andere landen of regio's bezoekt u de website van Lexmark op www.lexmark.com of neemt u contact op met de leverancier van de printer.
Opmerking: Wanneer u photodevelopers voor kleur vervangt, is het belangrijk de photodevelopers voor kleur alle drie tegelijk te vervangen. Bestel artikelnummer C92030X voor zwart of C92034X voor photodevelopers voor kleur van Lexmark. Finisher Raadpleeg de Installatie- en gebruikershandleiding voor de finisher die bij uw finisher is geleverd voor informatie over het onderhoud van de finisher en het bestellen van finishersupplies.
Printer onderhouden De LED's reinigen Als u problemen ondervindt met de afdrukkwaliteit, zoals ontbrekende tekens, lichte strepen, of lichte afdrukken, dient u mogelijk de LED's in de bovenplaat te reinigen. Open de bovenklep. Open de voorklep. Draai de vergrendelingshendel van de bovenklep naar links. De LED's reinigen...
Pagina 103
Printer onderhouden Druk op de vergrendelingsknop rechts op de bovenklep en op de tilpunten (zie afbeelding). Til de bovenklep zo ver mogelijk op. Verwijder elke photodeveloper en plaats deze opnieuw. Waarschuwing: De photodevelopers kunnen beschadigd raken als deze lange tijd aan licht worden blootgesteld. De photodevelopers mogen niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht.
Pagina 104
Printer onderhouden Trek de arm van de toneroverloop naar voren. Verwijder de photodeveloper volledig en plaats deze opnieuw. De LED's reinigen...
Pagina 105
Printer onderhouden Druk de arm van de toneroverloop terug. Herhaal de stappen a tot en met c voor elke photodeveloper. In de meeste gevallen is het verwijderen en opnieuw plaatsen van de photodevelopers voldoende om de LED's te reinigen. Als het probleem zich blijft voordoen, gaat u verder met stap 3. De LED's reinigen...
Pagina 106
Printer onderhouden Verwijder alle photodevelopers en tonercartridges. Waarschuwing: De photodevelopers kunnen beschadigd raken als deze lange tijd aan licht worden blootgesteld. De photodevelopers mogen niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht. Vingerafdrukken kunnen een negatief effect op de prestaties van de photodevelopers hebben. Raak de photodevelopers alleen aan op de handgrepen.
Printer onderhouden Plaats alle tonercartridges opnieuw. VOORZICHTIG: Zorg ervoor dat als u de bovenklep van de printer sluit, er geen handen, kleding of andere voorwerpen tussen kunnen komen. Sluit de boven- en de voorklep. De bovenklep sluiten VOORZICHTIG: Zorg ervoor dat als u de bovenklep van de printer sluit, er geen handen, kleding of andere voorwerpen tussen kunnen komen.
Pagina 108
Printer onderhouden Draai de vergrendelingshendel van de bovenklep naar rechts. Opmerking: Als u de vergrendelingshendel niet kunt draaien, is de bovenklep niet goed gesloten. Open de bovenklep en druk deze stevig naar beneden totdat de klep vastklikt. Sluit de voorklep. VOORZICHTIG: Een optionele lader weegt 18,5 kg.
Vastgelopen papier verwijderen De meeste papierstoringen kunt u vermijden door zorgvuldig het afdrukmateriaal waarop u afdrukt te kiezen en dit afdrukmateriaal op de juiste wijze te plaatsen. Raadpleeg Papierstoringen voorkomen voor meer informatie over het vermijden van papierstoringen. Als er toch papier vastloopt, voert u de stappen uit die in dit gedeelte worden beschreven. Als het foutbericht Papier vast wordt weergegeven, verwijdert u eerst alle vastgelopen papier uit de gehele papierbaan en drukt u vervolgens op om het bericht te verwijderen en het afdrukken te hervatten.
Vastgelopen papier verwijderen Gebieden met storingen identificeren In de volgende afbeelding ziet u hoe het afdrukmateriaal door de printer wordt gevoerd. De loop van de papierbaan varieert afhankelijk van de invoerbronnen die u gebruikt. 200 Papier vast 200 Papier vast Controleer gebieden A, B Controleer gebied I 200 Papier vast...
Vastgelopen papier verwijderen Informatie over storingsberichten In de onderstaande tabel wordt een lijst weergegeven met de storingsberichten die kunnen optreden en de actie die nodig is om het bericht te verwijderen. Het storingsbericht geeft het gebied aan waar het papier is vastgelopen. Het verdient echter aanbeveling de gehele papierbaan vrij te maken om er zeker van te zijn dat alle storingen zijn verholpen.
Pagina 112
Vastgelopen papier verwijderen Controleer gebied A Dit bericht geeft aan dat er een papierstoring is opgetreden in het gebied rond de overdrachtband. U maakt gebied A als volgt vrij: Volg de stappen om de bovenklep te openen. Opmerking: Zie Open de bovenklep. voor instructies voor het openen van de bovenklep. Photodeveloper Waarschuwing: Raak de fotoconductortrommel aan de onderzijde van de tonercartridge niet aan.
Pagina 113
Vastgelopen papier verwijderen Opmerking: Ga door met stap 2 van het onderwerp Controleer gebied B , als er bannerpapier is vastgelopen in het verhittingsgedeelte. Als er bannerpapier is vastgelopen in het gebied rond de overdrachtband, maar niet in het verhittingsstation, lost u de storing op door het papier vanuit de printer op te rollen totdat u het hele vel hebt verwijderd.
Pagina 114
Vastgelopen papier verwijderen Controleer gebied B Dit bericht geeft aan dat er een papierstoring is opgetreden in het verhittings- of uitvoerrolgedeelte. U maakt gebied B als volgt vrij: Volg de stappen om de bovenklep te openen. Opmerking: Zie Open de bovenklep. voor instructies voor het openen van de bovenklep. Photodeveloper Waarschuwing: Raak de fotoconductortrommel aan de onderzijde van de tonercartridge niet aan.
Pagina 115
Vastgelopen papier verwijderen Til de ontgrendelingshendel van het verhittingsstation op, als er bannerpapier is vastgelopen in het verhittingsgedeelte. VOORZICHTIG: Het verhittingsstation kan heet zijn. Laat het verhittingsstation afkoelen voordat u het aanraakt. Trek het papier richting de binnenkant van de printer totdat het niet meer vastzit in het verhittingsgedeelte, en los vervolgens de storing op door het papier vanuit de printer op te rollen totdat u het hele vel hebt verwijderd.
Pagina 116
Vastgelopen papier verwijderen Pak de handgrepen van het verhittingsstation, en druk vervolgens met uw duimen op de ontgrendelingsknoppen. VOORZICHTIG: Het verhittingsstation kan heet zijn. Laat het verhittingsstation afkoelen voordat u het aanraakt. Til het verhittingsstation op en uit de printer. Leg het op een schoon en vlak oppervlak. 200 Papier vast <x>...
Pagina 117
Vastgelopen papier verwijderen Open de standaardlade en verwijder de groene schroevendraaier voor het verhittingsstation. Draai de 2 rode schroeven los. 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 118
Vastgelopen papier verwijderen Pak het groene nokje en open de toegangsklep tot het verhittingsstation. Verwijder het vastgelopen papier. Plaats het verhittingsstation terug. Plaats de schroevendraaier terug en sluit de lade. Controleer de bovenklep op nog meer vastgelopen papier. Indien er geen papier is vastgelopen in de bovenklep, sluit u de boven- en de voorklep. Als er wel papier vastzit, gaat u door met stap 12.
Pagina 119
Vastgelopen papier verwijderen Controleer gebied C Bij het storingsbericht Controleer gebied C dient u de toegangsklep voor dubbele papierstoringen te openen. Als u op een klein formaat papier afdrukt, kunnen de volgende stappen mogelijk de papierstoring niet oplossen. Raadpleeg Klein formaat papier verwijderen van de duplexeenheid.
Pagina 120
Vastgelopen papier verwijderen Controleer gebied D Dit bericht geeft aan dat er een papierstoring is opgetreden in het gebied rond de duplexeenheid. U maakt gebied D als volgt vrij: Open de toegangsklep voor dubbele papierstoringen aan de rechterkant van de printer. Trek de duplexeenheid voorzichtig uit de printer.
Pagina 121
Vastgelopen papier verwijderen Draai de papierdoorvoer-knop tegen de wijzers van de klok in. Zodra het papier uit de duplexeenheid komt, verwijdert u het en gaat u verder met stap 7. Als het papier niet naar buiten komt, gaat u verder met stap 4. Open de kleppen van de duplexeenheid.
Pagina 122
Vastgelopen papier verwijderen Sluit de kleppen van de duplexeenheid. Duw de duplexeenheid zo ver mogelijk naar binnen. Sluit de toegangsklep. Druk op Als het storingsbericht niet verdwijnt, dient u de papierbaan te controleren en volledig vrij te maken van papier. 200 Papier vast <x>...
Vastgelopen papier verwijderen Klein formaat papier verwijderen van de duplexeenheid Als u op beide zijden afdrukt van A5-papier of een ander klein formaat papier, moet u de duplexeenheid mogelijk gedeeltelijk verwijderen om de papierstoring te verhelpen. Zet de printer uit. Open de klep van de duplexeenheid.
Pagina 124
Vastgelopen papier verwijderen Draai de twee schroeven los zoals hieronder afgebeeld. Trek de duplexeenheid zover naar buiten dat u het inlegsel van de duplexeenheid kunt zien. 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 125
Vastgelopen papier verwijderen Verwijder het vastgelopen papier uit het inlegsel van de duplexeenheid. Schuif de duplexeenheid naar binnen. 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 126
Vastgelopen papier verwijderen Plaats de duimschroeven op de duplexeenheid op één lijn met de gaten in de printer. Draai de duplexeenheid vast met de duimschroeven. Sluit de klep van de duplexeenheid. Druk op 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 127
Vastgelopen papier verwijderen Contoleer gebied E Dit bericht geeft aan dat er een papierstoring is opgetreden in de bovenste, middelste of onderste optionele lader van de papierbaan. Opmerking: Als u een hoge-capaciteitslader hebt, trekt u de lader weg van de printer. Open de toegangsklep voor papierstoring op de bovenste optionele lader.
Pagina 128
Vastgelopen papier verwijderen Controleer gebied F Trek de hoge-capaciteitslader weg van de printer. Open de toegangsklep voor papierstoring op de bovenste optionele lader. 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 129
Vastgelopen papier verwijderen Verwijder vastgelopen papier. Sluit de toegangsklep voor papierstoring. Schuif de hoge-capaciteitslader terug totdat de lader aan de montageplaat vastklikt. Als de lader zich op de juiste positie bevindt, hoort u een klik. Druk op Als het storingsbericht niet verdwijnt, dient u de papierbaan te controleren en volledig vrij te maken van papier. 200 Papier vast <x>...
Pagina 130
Vastgelopen papier verwijderen Controleer gebied G Dit bericht geeft aan dat er een papierstoring is opgetreden in het invoergedeelte van de finisher. U maakt gebied G als volgt vrij: Open de bovenklep van de finisher en verwijder vastgelopen papier. Sluit de bovenklep. Druk op Controleer gebied H Dit bericht geeft aan dat er een papierstoring is opgetreden in de finisher.
Pagina 131
Vastgelopen papier verwijderen Verwijder vastgelopen papier uit de ingang van de finisher. Ingang Bovenste toegangsgedeelte Til de handgreep van de ingang van de finisher omhoog. Handgreep Til de perforatiebak op, draai de onderkant naar buiten en verwijder de bak. Laat de handgreep los. 200 Papier vast <x>...
Pagina 132
Vastgelopen papier verwijderen Til de toegangsklep voor papierstoring op. Toegangsklep voor papierstoring Verwijder vastgelopen papier uit de finisher. Knop Verdraai de knop om het papier in het gedeelte van de toegangsklep te leiden. Laat de toegangsklep voor papierstoring los. Til de handgreep van de ingang van de finisher omhoog. 200 Papier vast <x>...
Pagina 133
Vastgelopen papier verwijderen Plaats de bovenkant van de bak in de finisher en draai vervolgens de onderkant van de bak in de finisher. Laat de handgreep los. 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 134
Vastgelopen papier verwijderen Accumulatorgedeelte Open de klep van het nietapparaat. Verwijder vastgelopen papier uit de accumulator. Accumulatorknop Draai de accumulatorknop tegen de wijzers van de klok in om het papier naar beneden te leiden. 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 135
Vastgelopen papier verwijderen Sluit de klep van het nietapparaat. Schuif de finisher naar de printer totdat de finisher aan de pinnen van de montageplaat zit. Er is een klik te horen als de finisher stevig op zijn plaats zit. Druk op 200 Papier vast <x>...
Pagina 136
Vastgelopen papier verwijderen Controleer gebied I Dit bericht geeft aan dat er een papierstoring is opgetreden in een van de uitvoergedeelten van de finisher. U maakt gebied I als volgt vrij: Open de bovenklep van de finisher en verwijder vastgelopen papier. Sluit de bovenklep.
Pagina 137
Vastgelopen papier verwijderen Open de klep van het nietapparaat. Verwijder vastgelopen papier uit de accumulator. Accumulatorknop Draai de accumulatorknop tegen de wijzers van de klok in om het papier naar beneden te leiden. 200 Papier vast <x> pagina's vastgelopen (Controleer gebieden A-F, T1-5, MPF)
Pagina 138
Vastgelopen papier verwijderen Sluit de klep van het nietapparaat. Schuif de finisher naar de printer totdat de finisher aan de pinnen van de montageplaat zit. Er is een klik te horen als de finisher stevig op zijn plaats zit. Druk op U dient eventuele papierstoringen te verhelpen voordat de printer door kan gaan met afdrukken.
Vastgelopen papier verwijderen 250 Papier vast Controleer U-lader Trek het vastgelopen papier langzaam en recht uit de universeellader, behalve als u bannerpapier (29,69 X 121,92 cm) hebt ingevoerd. Trek vastgelopen bannerpapier altijd in dezelfde richting als de invoerrichting van het papier. Als het papier niet naar buiten komt, gaat u verder met stap 2.
Vastgelopen papier verwijderen 24<x> Papier vast Controleer lade <x> Het bericht 24<x> Papier vast wordt weergegeven voor papierstoringen op vijf plaatsen (de x staat voor het ladenummer van de lade waar de storing is opgetreden). Papierstoringsberichten 241–244 geven aan dat er een storing is opgetreden in een van de papierladen.
Pagina 141
Vastgelopen papier verwijderen Sluit de lade. Druk op Als het storingsbericht niet verdwijnt, dient u de papierbaan te controleren en volledig vrij te maken van papier. 24<x> Papier vast Controleer lade <x>...
Pagina 142
Vastgelopen papier verwijderen 249 Papier vast Controleer lade <x> Het bericht 249 Papier vast Controleer lade <x> geeft aan dat er een storing is opgetreden in de hoge- capaciteitslader. Opmerking: Als u een optionele printerkast hebt, zal de hoge-capaciteitslader worden aangegeven als lade 3. Open de bovenklep.
Vastgelopen papier verwijderen Sluit de bovenklep. Druk op Vastgelopen nietjes uit de optionele finisher verwijderen Als uw afdruktaak niet is geniet, dient u ervoor te zorgen dat de gewenste nietoptie in het menu Afwerking op het bedieningspaneel van de printer of in het printerstuurprogramma is geselecteerd. Als de juiste menuoptie is geselecteerd en de taak niet wordt geniet, of als het foutbericht 210 Nietjes vast, controleer gebied H wordt weergegeven, kunt u aan de hand van de volgende stappen het nietapparaat uit de printer nemen en de vastgelopen nietjes verwijderen:...
Pagina 144
Vastgelopen papier verwijderen Open de klep van het nietapparaat. Nietapparaat Duw de vergrendelingshendel van het nietapparaat omhoog. Draai het nietapparaat naar boven. Nietapparaat Vergrendelingshendel van nietapparaat Vastgelopen nietjes uit de optionele finisher verwijderen...
Pagina 145
Vastgelopen papier verwijderen Verwijder de nietjeshouder uit het nietapparaat. Til de arm van de nietjeshouder omhoog. Verwijder achtergebleven nietjes uit het uiteinde van de nietjeshouder. Vastgelopen nietjes uit de optionele finisher verwijderen...
Pagina 146
Vastgelopen papier verwijderen Laat de arm van de nietjeshouder zakken en zorg dat deze vastzit in de nietjeshouder. Plaats de nietjeshouder in het nietapparaat. Druk de nietjeshouder naar beneden totdat deze goed vastzit. Draai de nietjeshouder tot deze zich in de gesloten positie bevindt. Vastgelopen nietjes uit de optionele finisher verwijderen...
Pagina 147
Vastgelopen papier verwijderen Sluit de klep van het nietapparaat. Schuif de finisher naar de printer tot de finisher aan de pinnen van de montageplaat zit. Er is een klik te horen als de finisher stevig op zijn plaats zit. Druk op Vastgelopen nietjes uit de optionele finisher verwijderen...
Beheerdersondersteuning Helderheid en contrast op het bedieningspaneel aanpassen U kunt de helderheid en het contrast op het LCD-bedieningspaneel aanpassen via het menu Extra. Raadpleeg de Handleiding voor menu's en berichten voor meer informatie. De instellingen voor LCD-helderheid en LCD-contrast moeten afzonderlijk worden aangepast. De instellingen voor LCD- helderheid en LCD-contrast wijzigen: Controleer of de printer is ingeschakeld.
Beheerdersondersteuning Druk op totdat Config afsluiten verschijnt, en druk vervolgens op Menuwijzigingen worden geactiveerd verschijnt. De menu's zijn nu uitgeschakeld. Printer wordt opnieuw ingesteld wordt kort weergegeven, gevolgd door een klok. Het bedieningspaneel keert nu terug in de werkstand Gereed. Menu's op bedieningspaneel inschakelen Zet de printer uit.
Selectie verzenden wordt weergegeven. Opmerking: U kunt de instelling voor spaarstand ook aanpassen door een PJL-opdracht (Printer Job Language) te geven. Raadpleeg de Technical Reference voor meer informatie. Deze handleiding is beschikbaar op de website van Lexmark: www.lexmark.com. De schijf coderen Waarschuwing: Alle bronnen op de vaste schijf zullen worden verwijderd.
Beheerdersondersteuning Schijfcodering uitschakelen: Zet de printer uit. Houd ingedrukt terwijl u de printer aanzet. Laat beide knoppen los zodra op het display het bericht Zelftest wordt uitgevoerd wordt weergegeven. De printer voert de opstartcyclus uit en vervolgens verschijnt het menu Config op de eerste regel van het display. Druk op totdat Schijfcodering verschijnt, en druk vervolgens op...
Pagina 152
Beheerdersondersteuning SNMPv3 (Simple Network Management Protocol versie 3) ondersteunen Het SNMPv3-protocol zorgt voor gecodeerde en geverifieerde netwerkcommunicatie. Ook kan de beheerder via dit protocol het gewenste beveiligingsniveau selecteren. Voor gebruik moet er minstens één gebruikersnaam en wachtwoord zijn ingesteld via de pagina met instellingen U configureert als volgt voor SNMPv3 via de Embedded Web Server van de printer: Open uw webbrowser.
Beheerdersondersteuning Beveiligingsmodus gebruiken U kunt de TCP- en UDP-poorten configureren naar een van de volgende drie modi: • Uitgeschakeld—Staat geen netwerkverbindingen toe met deze poort. • Beveiligd en Onbeveiligd—Zorgt ervoor dat de poort open blijft, zelfs in Beveiligingsmodus • Alleen onbeveiligd—De poort kan alleen worden geopend als de printer zich niet in de Beveiligingsmodus bevindt.
Beheerdersondersteuning De menu's op het bedieningspaneel vergrendelen Bij vergrendeling van de menu's op het bedieningspaneel kunt u een PIN-code invoeren en specifieke menu's opgeven die u wilt vergrendelen. Telkens wanneer een vergrendeld menu wordt geselecteerd, wordt de gebruiker gevraagd de juiste PIN in te voeren op het bedieningspaneel.
Beheerdersondersteuning Snelle startmodus Door middel van de Snelle startmodus kan de printer al beginnen met afdrukken voordat het apparaat is opgewarmd tot de normale werktemperatuur. Via snelle start (als de printer in de stand-bymodus staat en een afdruktaak ontvangt) worden pagina's aanvankelijk langzaam afgedrukt en daarna sneller als de printer eenmaal is opgewarmd.
U kunt het serienummer ook vinden op de pagina met menu-instellingen. Raadpleeg Pagina met menu-instellingen afdrukken voor meer informatie. In de Verenigde Staten of Canada belt u voor technische ondersteuning 1-800-Lexmark (1-800-539-6275). Voor andere landen of regio's bezoekt u de website van Lexmark op www.lexmark.com Opmerking: Als u belt voor technische ondersteuning, moet u bellen vanaf de plaats waar de printer zich bevindt.
Problemen oplossen Meertalige PDF's afdrukken Symptoom Oorzaak Oplossing Sommige documenten De documenten bevatten 1 Open het document dat u wilt afdrukken in Adobe Acrobat. worden niet afgedrukt. lettertypen die niet 2 Klik op het printerpictogram. beschikbaar zijn. Het dialoogvenster Afdrukken verschijnt. 3 Schakel het vakje Print as image (Afdrukken als afbeelding) in.
Het bericht Fout lezen Uw USB-apparaat wordt Raadpleeg de website van Lexmark op www.lexmark.com voor USB-station wordt mogelijk niet informatie over geteste en goedgekeurde apparaten met USB- weergegeven wanneer u ondersteund of is defect.
Pagina 159
IEEE 1284-compatibele parallelle kabel gebruikt. U wordt aangeraden een Lexmark-kabel, artikelnummer 1329605 (3 m) of 1427498 (6 m), te gebruiken voor de standaard parallelle poort. De printer staat in de Als Hex gereed op het display wordt weergegeven, moet u de werkstand Hex Trace.
Problemen oplossen Problemen met opties oplossen Ga als volgt te werk als een optie niet goed functioneert nadat deze is geïnstalleerd, of als de optie niet meer functioneert: • Schakel de printer uit, wacht ongeveer 10 seconden en schakel de printer weer in. Als het probleem hierdoor niet verdwijnt, trekt u de stekker van de printer uit het stopcontact en controleert u de verbinding tussen de optie en de printer.
Problemen oplossen Problemen met de hoge-capaciteitslader oplossen Probleem Oplossing De papierlade komt niet omhoog als de Controleer of aan de volgende voorwaarden is voldaan: laadklep wordt gesloten, of de papierlade gaat • De printer is goed aan de hoge-capaciteitslader bevestigd. niet omlaag als de klep wordt geopend en de •...
Gebruik het aanbevolen papier en afdrukmateriaal. vast. is voor de printer. Raadpleeg voor meer informatie de Card Stock & Label Guide die u kunt vinden op de website van Lexmark: www.lexmark.com. Raadpleeg Papierstoringen voorkomen voor informatie over het voorkomen van papierstoringen.
Problemen oplossen Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen U kunt Testpagina’s afdrukken om problemen met de afdrukkwaliteit op te sporen. Zet de printer uit. Druk op . Houd deze ingedrukt terwijl u de printer aan zet, en tot het bericht Zelftest wordt uitgevoerd verschijnt.
Pagina 164
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Donkere strepen De tonercartridge, de Als het probleem zich voordoet op de photodeveloper, of de voorzijde (afdrukzijde) van de pagina: overdrachtband is defect. 1 Vervang de kleurencartridge die de ABCDE streep veroorzaakt. 2 Als het probleem niet is verholpen, ABCDE vervang dan de photodeveloper (zwart of alle andere kleuren ineen).
Pagina 165
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Afdruk is te licht • De instelling is te laag voor • Selecteer voordat u de afdruktaak tonerintensiteit, te helder verstuurt een andere instelling voor voor RGB-helderheid, of te tonerintensiteit, RGB-helderheid, of hoog voor RGB-contrast. RGB-contrast via het stuurprogramma van de printer.
Pagina 166
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Grijze achtergrond • De instelling voor • Selecteer een andere instelling voor tonerintensiteit is te hoog. tonerintensiteit met behulp van het printerstuurprogramma voordat u de • De tonercartridge is defect. ABCDE afdruktaak naar de printer stuurt. •...
Problemen oplossen Symptoom Oorzaak Oplossing Scheve afdruk • De papiergeleiders van de • Schuif de geleiders in de juiste positie geselecteerde lade staan voor het desbetreffende papierformaat. (Het beeld is scheef op de pagina niet in de juiste positie voor afgedrukt.) Raadpleeg Specificaties voor het geplaatste papier.
Pagina 168
Problemen oplossen Menu-item Doel Waarden Kleurcorrectie De afgedrukte kleur aanpassen Auto* Hiermee past u op elk object op de zodat deze meer overeenkomt afgedrukte pagina een andere met de kleuren van andere kleurconversietabel toe. De afdrukapparaten of toegepaste conversie hangt af van het standaardkleursystemen.
Pagina 169
Problemen oplossen Menu-item Doel Waarden Voor het instellen van sRGB-display Hiermee drukt u RGB-voorbeelden af Kleurvoorbeel- afdrukkleuren. Gebruikers kunnen met kleurconversietabellen voor een voorbeeldpagina's met kleuren sRGB-display. afdrukken voor elke RGB- en sRGB-levendig Hiermee drukt u RGB-voorbeelden af CMYK-kleurconversietabel die in met conversietabellen voor levendige de printer wordt gebruikt.
Pagina 170
Problemen oplossen Menu-item Doel Waarden Hiermee kunnen gebruikers de RGB-kleurbeeld sRGB-display*: Hiermee past u een Aangepaste RGB- of CMYK-kleurconversie kleurconversietabel toe om de kleur aanpassen die wordt gebruikt kleurenuitvoer op het voor ieder object op de afgedrukte computerscherm te benaderen. pagina.
Problemen oplossen Problemen met de kleurkwaliteit oplossen In dit gedeelte wordt antwoord gegeven op een aantal elementaire vragen over kleuren. Verder vindt u hier een beschrijving van de voorzieningen in het menu Kwaliteit waarmee u een aantal problemen met kleur kunt verhelpen. Opmerking: Raadpleeg ook de naslagkaart Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen voor oplossingen voor gebruikelijke problemen met afdrukkwaliteit, waaronder de kleurkwaliteit van de afgedrukte uitvoer.
Pagina 172
Problemen oplossen Een kleur op de afgedrukte pagina is te overheersend. Kan de kleur enigszins worden aangepast? Soms kan een gebruiker vinden dat een kleur op afgedrukte pagina's overheerst (bijvoorbeeld wanneer alle afdrukken te rood lijken). Dit kan te wijten zijn aan omgevingsomstandigheden, de gebruikte papiersoort, lichtomstandigheden of voorkeuren van de gebruiker.
Pagina 173
Problemen oplossen Welke pagina's met Kleurvoorbeelden u moet gebruiken bij een bepaald kleurprobleem, hangt af van de instelling bij Kleurcorrectie (Auto, Uit, Handinvoer), het type afdruktaak (tekst, grafische afbeeldingen of een ander type afbeelding) en hoe de kleur in het programma is gespecificeerd (RGB- of CMYK-combinaties). Als de Kleurcorrectie van de printer is ingesteld op Uit, is de kleur gebaseerd op de informatie van de afdruktaak.
Pagina 174
Problemen oplossen Als de gebruiker een kleurconversietabel selecteert en op de knop Afdrukken drukt, drukt de printer de standaardpagina's van de kleurvoorbeelden af. Als de gebruiker een kleurconversietabel selecteert en op de knop Gedetailleerd drukt, wordt een nieuwe interface beschikbaar. Met de interface kan de gebruiker afzonderlijke waarden invoeren voor R, G, en B, voor de specifieke gewenste kleur.
Start de cd met stuurprogramma's die bij de printer is geleverd en klik op Contact Lexmark als u in het bezit wilt komen van de broncodes van de door GNU in licentie gegeven software welke door Lexmark is aangepast.
Uit tests is gebleken dat de Lexmark C920 van type 5056 voldoet aan de normen voor digitale apparaten van klasse A, conform deel Japanse VCCI-verklaring 15 van de FCC-voorschriften.
Pagina 177
Kennisgevingen Verklaring van het Koreaanse Ministerie van Lexmark International, Inc. heeft in haar hoedanigheid van ENERGY STAR Partner vastgesteld dat dit product voldoet aan de Informatie en Communicatie ENERGY STAR-richtlijnen voor efficiënt energiegebruik. Als dit symbool op uw product staat, geldt de betreffende verklaring.
Een verklaring waarin staat dat het product voldoet aan de veiligheidseisen van de EG-richtlijnen kan worden verkregen bij de Director of Manufacturing and Technical Support, Lexmark International, S.A. in Boigny, Frankrijk. Dit product voldoet aan de eisen van EN 55022 (klasse A- producten);...
Mogelijk moet u het product disputes arising out of requirement of permissions from any local afleveren bij de leverancier of bij Lexmark of dit portovrij en op de authority, regulatory bodies or any organization, required by the juiste wijze verpakte opsturen naar een door Lexmark aangewezen end-user to install and operate this product at his premises.
Pagina 181
Deze beperking van verhaal is ook van toepassing op leveranciers van Lexmark. De beperking van verhaal van Lexmark en die van haar leveranciers zijn niet cumulatief. Dergelijke leveranciers zijn beoogde begunstigden van deze beperking.