2.2.3 Plaat-naar-plaat transfers
Door in het hoofdmenu op de Plate-to-Plate Transfer-knop te drukken, verschijnt het volgende scherm:
OPMERKING: Het protocol voor plaat-naar-plaat-overdracht bevat twee tabbladen: Algemene instellingen en het plaat-naar-plaat-protocol. Zie Tabel 5
voor meer details.
Als het niet mogelijk is om waarden aan te passen, is het scherm waarschijnlijk vergrendeld of uitgeschakeld, zodat u niet per ongeluk
belangrijke waarden of instellingen wijzigt. Om het scherm in te schakelen, klikt of tikt u op het vervolgkeuzemenu More Options (Meer
Tip
opties) en selecteert u op de protocolwerkbalk Edit User Program (Gebruikersprogramma bewerken). Nu zou u alle gewenste waarden
moeten kunnen aanpassen. Elke keer dat u een protocol opent of opslaat, wordt het scherm om veiligheidsredenen automatisch
uitgeschakeld.
Tabel 5. Tabblad Algemene instellingen: Plaat-naar-plaat-protocol
Menu-onderdeel
Beschrijving
Naam van het huidige protocol.
Gebruik om de snelheid van de aspiratie en de afgifte van de vloeistofkop in te stellen.
Gebruik Low Speed (Lage snelheid) voor viskeuze oplossingen en bij het werken met
cellen. Gebruik hogere snelheden bij gebruik van dunnere oplossingen of reagentia.
OPMERKING: Hoe hoger de snelheid, hoe sneller het protocol wordt voltooid.
Als dit vakje is aangevinkt, kan de gebruiker het volgende protocol specificeren
dat moet worden uitgevoerd nadat het huidige is voltooid. Zie informatie over
koppelbestand hieronder voor meer details.
Gebruik dit om het rek met tips te selecteren dat met dit protocol moet worden
gebruikt.
Als dit vakje is aangevinkt, pikt het instrument een nieuwe rij tips op telkens wanneer
een andere rij of kolom op de microtiterplaat wordt benaderd.
Gebruiksaanwijzing
|
17