Streepjescodegegevens bewerken
Ga als volgt te werk om de gegevens van een streepjescode te bewerken:
1. Plaats de cursor op de streepjescode. De streepjescodemodus wordt automatisch
ingeschakeld.
2. Wijzig de tekst van de streepjescode.
De streepjescodemodus wordt automatisch weer uitgeschakeld wanneer de cursor verplaatst wordt
voorbij het laatste teken van de streepjescode, of wanneer u op OK tikt voor een 2D-streepjescode.
Serialisering (sequentiële gegevens)
De toetst SERIAL voegt automatisch een serie opeenvolgende cijfers of letters toe aan de labels. De
seriefunctie plaats opeenvolgende het volgende cijfer of de volgende letter in een vooraf bepaalde
volgorde op aparte labels. Het aantal labels dat wordt gemaakt, wordt bepaald door de volgordewaar-
den die u opgeeft, en wordt rechtsboven op het aanraakscherm weergegeven. Gebruik afdrukvoor-
beeld om de volgorde vóór het afdrukken te bekijken. Zie
Serialisaties kunnen worden gecombineerd met andere tekst op een label. Alle gegevens op een label
met een serialisatie worden samen met de sequentiële gegevens herhaald op elk label.
Hoe serialisering werkt
Serialisering is alfanumeriek, met cijfers van 0 tot 9 en letters A-Z. Serialisering kan simpel zijn of
gekoppeld, met een maximum van twee series per label.
Opmerking: De geserialiseerde gegevens kunnen tevens in streepjescodes worden verwerkt.
Serialisering bestaat uit een startwaarde, de eindwaarde en de wijzigingswaarde. De startwaarde is
het cijfer, de letter of de combinatie van cijfers en letters waarmee de serie wordt gestart. De
eindwaarde vormt het afsluitpunt van de serie.
De wijzigingswaarde is de waarde die wordt toegevoegd aan het vorige getal in de volgorde om het
volgende getal in de serie te leveren. (De wijzigingswaarde kan niet op 0 worden ingesteld.) Als u
bijvoorbeeld de startwaarde instelt op 1, de eindwaarde op 25 en de wijzigingswaarde op 4, krijgt u:
1, 5, 9, 13, 17, 21, 25.
Voorbeelden van serialisering
Eenvoudig voorbeeld
Bij een eenvoudige serialisering loopt de volgorde door het hele bereik cijfers (0 tot 9) of letters (A-Z), met
één getal/letter per label.
Voorbeeld:
Startwaarde:1
Eindwaarde:10
Verhogen met:1
Levert:1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10
M710 Gebruikershandleiding
Labels op de printer bewerken
Serialisering (sequentiële gegevens)
"Voorbeeld" op pagina
37.
58