13 Meting uitvoeren
2
Meting starten:
Meetwaarde wordt weergegeven.
3
Meting beëindigen:
13.5.4 Roetgetal
De parameters
oliebrandstoffen. De met een roetpomp vastgestelde waarden kunnen
worden ingevoerd.
Waarden wijzigen
Onder alle waarden die gewijzigd kunnen worden, staat een
gestippelde lijn.
1
Functie oproepen:
2
Gewenste waarde aantippen.
Toetsenbord verschijnt.
3
Waarde invoeren.
Invoer bevestigen: ✓ aantippen.
4
5
Meetwaarden resetten:
13.5.5 Verschildruk
Voor dit soort meting beschikt u over de optie
waarde. Zie hoofdstuk Berekening gemiddelde waarde.
De verschildrukmeting kan ook met de Smart Probe testo 510i (0560
1510) uitgevoerd worden.
Er kunnen max. 4 Smart Probes testo 510i aangesloten worden.
66
aantippen.
aantippen.
Roetgetal
en
Oliederivaten
Roetgetal
|
aantippen.
zijn alleen beschikbaar bij
Berekening gemiddelde