WEERGAVE
BELANGRIJK!
• Door de helderheid van het beeld bij te regelen wordt
een nieuw beeld gecreëerd bij het nieuwe
helderheidsniveau. Het oorspronkelijke beeld blijft
ook in het geheugen.
• De helderheid van de volgende type beelden kan
niet worden bijgeregeld.
— Filmbeelden en de icoon voor
spraakopnamebestanden
— Beelden met MOTION PRINT (afdrukken van
bewegende beelden)
— Beelden die met een andere camera zijn
opgenomen
• U kunt de helderheid niet bijregelen wanneer er niet
genoeg vrij geheugen beschikbaar is om het
resulterende beeld op te slaan.
• Wanneer u een beeld met een bijgeregelde
helderheid weergeeft op het beeldscherm van de
camera, geven de datum en tijd aan wanneer het
beeld oorspronkelijk opgenomen was, niet wanneer
de helderheid bijgeregeld was.
Weergeven en bewerken van een film
Weergeven van een film
Gebruik de volgende procedure om een film weer te geven
die u opgenomen heeft met deze camera.
1.
Blader tijdens de PLAY
(weergavefunctie)
m.b.v [ ] en [ ] door
films op het
beeldscherm en toon
de gewenste film.
2.
Druk op [SET].
• Hierdoor wordt weergave van de film gestart.
• U kunt de volgende bewerkingen uitvoeren terwijl de
film wordt weergegeven.
162
Verstreken opnametijd
Filmicoon
Beeldkwaliteit