4.1
MC Cold
Het apparaat is af fabriek op een dusdanige temperatuur ingesteld dat het bij een
omgevingsconditie van 22ºC (71.6ºF) en een tocht van max. 0.05 m/s (0.16ft/sec)
een producttemperatuur van ≤7ºC mogelijk maakt.
Deze temperatuur is instelbaar tussen -2,5ºC en 2,5ºC (27.5ºF en 36.5ºF) voor het
bediende model en tussen -3ºC en 3ºC (26.6ºF en 37.4ºF) voor het zelfbediende
model.
Inschakelen
•
Schakel de koeling in.
•
Laat het apparaat ca. 30 minuten koelen.
•
Schakel de verlichting in.
Beladen
•
Plaats alleen producten waarvan de temperatuur maximaal 4ºC (39.2ºF) bedraagt.
•
Belaad het bovenste plateau maximaal 100 mm (4 inch) en de overige plateaus maximaal 150
mm (6 inch) hoog.
•
Het maximaal laadvermogen per plateau bedraagt 30 kg (66 lbs), bij gelijkmatige belading.
Controleer de temperatuur
•
Tijdens gebruik wordt op het display van de thermostaat de temperatuur in het apparaat
weergegeven. Deze mag maximaal 5ºC (41ºF) bedragen. Als de koel unit is ingeschakeld brandt
het indicatielampje.
Controleer de ingestelde temperatuur
•
Tijdens gebruik wordt op de display van de thermostaat de temperatuur in het vitrine
weergegeven.
•
Druk op eenmaal op de SET-toets. Op het display verschijnt de ingestelde temperatuur.
•
Na 20 seconden verschijnt weer de gemeten temperatuur in de vitrine.
Instellen van de temperatuur
•
Tijdens gebruik wordt op de display van de thermostaat de temperatuur in het vitrine
weergegeven.
•
Druk eenmaal op de SET-toets. Op het display verschijnt de ingestelde temperatuur.
•
Stel de gewenste temperatuur in met de OP-toets en NEER-toets.
•
Druk eenmaal op de SET-toets om de ingegeven temperatuur te bewaren.
Uitschakelen
•
Verwijder alle producten uit het apparaat en breng ze onmiddellijk over naar een andere koeling
om temperatuurstijging te voorkomen.
•
Schakel de koeling uit.
•
Schakel de verlichting uit.
Ontdooien
•
Zet het toestel elke 24 uur minimaal 3 uur uit om ijsvorming in het apparaat te voorkomen.
16/24
MC