ACCOUNTNUMMERCONTROLE
Dit programma wordt gebruikt om accountnummers in te voeren, te wissen en te wijzigen.
1
Na stap 1, 2 en 4 op pagina 61 - 62, drukt u
op de toets [
[4: CONTROLE ACC NR] verschijnt en
daarna drukt u op de [OK]-toets.
2 3
4
Een accountnummer invoeren
1
Selecteer "1. INGAVE ACCOUNT NR." met
de toets [
daarna op de [OK] toets.
2
Als er al 15 accounts zijn geprogrammeerd,
verschijnt er een waarschuwingsmelding.
Verwijder alle ongebruikte accounts en
programmeer daarna de nieuwe account.
2
Voer via de cijfertoetsen een 5-cijferig accountnummer (00000
tot 99999) in.
3
De key-operatorcode mag niet gebruikt worden als accountnummer.
3
Druk op de [OK] toets.
Als u een accountnummer invoert dat al geprogrammeerd is in stap 2,
verschijnt er een waarschuwingsmelding en keert u terug naar stap 2. Voer
een ander nummer in.
4
Herhaal de stappen 2 en 3 als u een ander accountnummer wilt
programmeren.
5
Druk herhaaldelijk op de [C] toets om het programma te
verlaten.
Het wissen van een accountnummer
1
Selecteer "2. WIS ACCOUNT NR." met de
toets [
] (
daarna op de [OK] toets.
2
3
4
2
Als u alle accountnummers wilt wissen, selecteert u "1. ALLE
ACC. WISSEN" en drukt u daarna op de [OK] toets.
3
Wanneer de melding "WISSEN?" verschijnt, selecteert u "JA" met de toets
[
] (
) of [
toets. Als u niet alle accountnummers wilt wissen, selecteert u "NEE" en
druk op de [OK] toets.
] (
) of [
] (
] (
) of [
] (
) of [
] (
) en druk
] (
) om alle accounts te wissen en drukt u op de [OK]
) tot
) en druk
ACC CONTROL INGAVE
4:CONTROLE ACC NR
OK
1,2,3,
ZOOM
1,2,3,
SP. FUNC
CONTROLE ACC NR
1:INGAVE ACCOUNT NR.
OK
1,2,3,
ZOOM
1,2,3,
SP. FUNC
CONTROLE ACC NR
2:WIS ACCOUNT NR.
OK
1,2,3,
ZOOM
1,2,3,
SP. FUNC
8
63