Veiligheid
Terugslagbeveiliging
De zaag is voorzien van de volgende
veiligheidsvoorzieningen:
■
Traagheids-kettingrem.
■
Wanneer u de kettingrem inschakelt,
wordt er een remband rondom de
gehele kettingaandrijving aangetrokken,
waardoor de ketting tot stilstand komt.
Wanneer er een plotselinge terugslag
optreedt, wordt de kettingrem automa-
tisch geactiveerd en stopt de ketting
onmiddellijk. De kettingrem kan ook
handmatig worden aangetrokken.
WAARSCHUWING!
Om het risico op terugslag te
verkleinen, moeten alle bovengenoemde
voorzieningen juist zijn geïnstalleerd en
in goede staat verkeren!
WAARSCHUWING!
De activering en werking van
de rem zijn afhankelijk van de goede
conditie van de kettingrem! Zie de
deel "Testen van de kettingrem" voor
het op de juiste manier testen en ins-
tellen van de kettingrem.
Veiligheidsmaatregelen tegen terugslag
Uw eigen reacties kunnen ervoor zorgen
dat u tijdens het werk de beheersing over
de zaag kwijtraakt, wat kan leiden tot ern-
stig letsel!
1.
Een terugslag kan optreden wanneer
de punt van het geleideblad in contact
komt met een voorwerp terwijl de zaag
is ingeschakeld. Door dit contact kan
het geleideblad bliksemsnel omhoog
en naar achteren, in de richting van de
gebruiker worden geworpen!
.
Het vastlopen van de zaag aan de boven-
zijde van het geleideblad kan ervoor
zorgen dat het geleideblad omhoog en
naar achteren, richting de gebruiker
wordt geworpen! Wanneer het hout de
draaiende ketting omsluit, kan de zaag
vastlopen!
CHN-16
Vertrouw niet uitsluitend op de veiligheids-
voorzieningen van de zaag zelf. Als gebrui-
ker van de kettingzaag moet u tevens de vol-
gende punten in acht nemen om ongevallen
of letsel tijdens het werk te voorkomen:
■
Een schrikreactie kan bijdragen aan
ongevallen! Wanneer u begrijpt wat terug-
slag is, kunt u een schrikreactie vermind-
eren of voorkomen.
■
Verwijder voor het zagen eventuele
obstakels uit het werkgebied. Verwijder
boomstammen, takken of andere obstakels
waarmee het geleideblad tijdens het zagen
in aanraking zou kunnen komen.
■
Houd de zaag stevig vast met uw rechter-
hand op de achterste handgreep en uw
linkerhand op de voorste handgreep. Zorg
dat uw duimen en vingers de handgrepen
omvatten wanneer de zaag draait. Laat
niet los: een stevige greep helpt u terug-
WAARSCHUWING!
Terugslag kan blik-
semsnel plaatsvinden
slag te verminderen en controle over de
zaag te houden.
■
Verhoog het toerental van de zaag voor-
dat deze het werkgebied raakt en houd
tijdens het zagen het toerental van de
motor hoog.
■
Reik niet te ver van u af en zaag niet boven
schouderhoogte.
■
Neem de instructies van de fabrikant
voor het slijpen en onderhouden van de
zaagketting in acht.
■
Gebruik alleen de door de fabrikant
voorgeschreven combinaties van vervan-
gende geleidebladen en kettingen.
■
Buig nooit direct over de zaag tijdens het
zagen!
■
Gebruik een lage-terugslagketting, ket-
tingremmen of speciale geleidebladen om
het risico op terugslag te verkleinen.
3