Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Hydraulische Aansluiting - REMKO WKF Series Bedienings- En Installatiehandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor WKF Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

n
De in het gebouw gemonteerde condensleiding
moet gelegd worden met een verval van min.
2%. Monteer eventueel dampdiffusiedichte iso-
latie.
n
Bij gebruik van het apparaat bij een buitentem-
peratuur onder 4 °C, moet de condensleiding
vorstvrij worden gelegd. Daarnaast moeten de
onderzijde van de bekleding van de behuizing
en de condensopvangbak vorstvrij worden
gehouden, om een doorlopende afvoer van
condens te waarborgen. Monteer eventueel
een lintverwarming langs de leiding.
Na het leggen controleren op een vrije afvoer
n
van het condens en zorgen voor een perma-
nente lekdichtheid.
Gewaarborgde afvoer bij lekkages
Met de REMKO olieafscheider OA 2.2 wordt vol-
daan aan de hieronder opgegeven eisen van de
lokale voorschriften en wetgeving.
AANWIJZING!
Regionale voorschriften of wetten betreffende
het milieu, bijv. wetgeving betreffende de water-
huishouding (WHG), kunnen bepalingen
bevatten dat ongecontroleerde afvoer bij lekken
voorkomen dient te worden, zodat uittredende
koelmachineolie of potentieel gevaarlijke koel-
middelen veilig afgevoerd kunnen worden.
AANWIJZING!
Bij aansluiting van een externe afvoer op de
olieseparator moet deze vorstvrij worden
gehouden.
5

Hydraulische aansluiting

De uitvoering van elke installatie apart dient op
de nominale volumestroom te worden afge-
stemd (zie bijlage: Technische gegevens).
n
Om de verwarmingscircuits hydraulisch te
kunnen ontkoppelen adviseren we een buffer-
reservoir als hydraulische wissel te gebruiken.
Een hydraulische ontkoppeling is noodzakelijk
indien: - verschillende aanvoertemperaturen
moeten worden gerealiseerd, bijv. vloerverwar-
ming/radiatoren - het drukverlies van het ver-
warmingsverdeelsysteem is groter dan 80 kPa,
bij het gebruik van overige warmtegeneratoren,
zoals bijv. een verbrandingsketel vaste stoffen,
zonne-energie of bivalente systemen.
Voordat de warmtepomp wordt geïnstalleerd,
n
moet een leidingberekening worden uitge-
voerd. Nadat de warmtepomp is geïnstalleerd,
moeten de verwarmingscircuits opnieuw
hydraulisch worden ingeregeld.
n
Een vloerverwarming moet tegen te hoge aan-
voertemperaturen worden beschermd.
De leidingdiameter van de voorloop- en retour-
n
aansluitingen van de warmtepomp mag voor
de aansluiting op een bufferreservoir niet
worden verkleind.
n
Op geschikte plaatsen moeten ontluchtings-
ventielen en aftapkranen worden aangebracht.
Het gehele leidingnet van de installatie moet
n
voor het aansluiten van de warmtepomp
worden doorgespoeld.
In het ontwerp moeten één of meerdere expan-
n
sievaten voor het gehele hydraulisch systeem
worden voorzien.
De installatiedruk van het hele leidingnetwerk
n
moet worden aangepast aan de hydrauliek en
worden gecontroleerd bij een warmtepomp in
rusttoestand. Pas ook de voordruk aan de
pompopvoerhoogte aan.
n
De meegeleverde veiligheidsmodule bestaat
uit een manometer, een ontluchter en een vei-
ligheidsklep. De module wordt op de betref-
fende leidingaansluiting bovenop de binnenunit
gemonteerd.
n
Het gebruik van een systeemscheiding is ver-
eist, als er geen zuurstofdiffusiedichte leiding is
gebruikt of bij installaties waarbij reeds veront-
reinigingen aanwezig zijn.
67

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Wkf-compact seriesWkf 70Wkf 70 compactWkf 120Wkf 120 compactWkf 120 duo ... Toon alles

Inhoudsopgave