Onderhoud van de verticale transportband
Onderdeel
Klembus voor aandrijftandwiel.
Bekabeling
Stelringen van de geleider
Stelringen van het spanwiel
Borgringen van de trolleys.
7.2.5
Halfjaarlijks onderhoud
/i
Onderdeel
Motorreductor
Volg de instructies in de hand-
leiding van de fabrikant van de
motorreductor.
Alle boutverbindingen
7.2.6
Tweejaarlijks onderhoud
/i
Onderdeel
Motorreductor
Volg de aanwijzingen in de
handleiding van de fabrikant
van de motorreductor.
1
Of na 10.000 bedrijfsuren, afhankelijk van wat zich als eerste voordoet.
62
Taak
Controleer of de inbusschroe-
ven zijn vastgezet.
Controleer of alle kabels goed
vastzitten.
Controleren of de stelringen
goed zijn vastgezet en controle-
ren op zichtbare beschadigin-
gen.
Controleren of de stelringen
goed zijn vastgezet en controle-
ren op zichtbare beschadigin-
gen.
Controleren of de borgringen
op hun plaats zitten en goed
zijn vastgezet.
Taak
Controleer het oliepeil.
Controleer de olie op vervuiling. Vervang de olie.
Controleer de luchtopening van
de rem.
Controleer alle boutverbindin-
gen.
1
Taak
Vervang de olie.
Handeling indien vereist op
basis van de controle
Zet de inbusschroeven vast
met de volgende aanhaalmo-
menten:
asdiameter ≤ 40 mm:
•
17 Nm
asdiameter ≤ 65 mm:
•
41 Nm
asdiameter ≤ 95 mm:
•
83 Nm
Sluit de kabels indien nodig
opnieuw aan.
De stelring vervangen. Zie
paragraaf 7.8.4.
De stelring vervangen. Zie
paragraaf 7.8.2.
De borgring (Starlock) vervan-
gen. Zie paragraaf 7.8.2.
Actie als de controle dit ver-
eist
Vul olie bij.
Stel de luchtopening af.
Draai bouten aan met het juiste
gereedschap en het juiste aan-
haalmoment.
Handeling indien vereist op
basis van de controle
UM-PRORUNNER_Mk5-1.2-NL