Inhoudsopgave
Advertenties
6.2
Storingsanalyse
De ultrasoongenerator is robuust geconstrueerd en ontworpen voor een hoge mate
van betrouwbaarheid.
Toch is bedrijfsstoring door een defect onderdeel nooit geheel uit te sluiten. Let bij storingen
op de volgende opmerkingen.
Let op!
Reparaties mogen uitsluitend door geautoriseerd vakkundig personeel worden uitgevoerd!
Bij eigenmachtige handelingen vervalt de garantie!
Alle generatorfuncties zijn door een programma gestuurd.
Aan het begin van het zoeken naar storingsoorzaken moeten ultrasound en netstroom
worden uitgeschakeld, na ongeveer 6 seconden moet de netstroom weer worden
ingeschakeld.
• Houd daarbij de led's van alle vermogensmodules in de gaten. Alle led's op alle
vermogensmodules moeten direct na inschakelen circa 4 s lang branden.
• Als dit bij een of meer modules niet het geval is, dan kan de communicatie van alle
modules bij gebruik met de PRO 3-moduleof PLC gestoord zijn.
Om het functioneren van de overige modules in de generator te garanderen, moeten
defecte modules uit de generator worden verwijderd.
Alleen ter controle - slots mogen niet permanent leeg blijven. - Geen continugebruik
toegestaan!
De oorzaak is meestal het uitvallen van een smeltzekering of een vermogenstransistor
op de desbetreff ende vermogensmodule.
1. Desbetreff ende M 1003- of M 1503-module uitbouwen
2. Zekeringen controleren
3. Transistors controleren:
Hiervoor de module met de printplaat naar boven zodanig neerleggen dat het zicht
op de frontplaat is (de transistoraanduidingen T_A tot T_D zijn dan leesbaar).
Met een diodetester een voor een alle vermogenstransistors tussen de middelste
en rechter aansluiting meten.
In een richting moet de gemeten spanning tussen 300 mV en 450 mV liggen. In de
andere richting is deze veel groter.
Is de spanning ongeveer nul, dan is de vermogenstransistor defect.
Bovendien moet worden gecontroleerd of alle ventilatoren werken.
Indien deze controles zonder afkeuringen zijn uitgevoerd, kunnen de storingen volgens de
tabel op de volgende bladzijde worden gecontroleerd.
Voorbereiding:
-
Druk op de HF-schakelaar of op de Start/Stop-toets van de bedieningsmodule om in
te schakelen.
-
ACTIVE op alle modules inschakelen. (Led moet groen branden.)
Indien de led niet brandt, moet de desbetreff ende module uit de generator worden
verwijderd.
20 / 30
1 electronic GmbH & Co. KG • Heinrichstraße 3-4 • 12207 Berlin • Deutschland • info@bandelin.com
23366b NL/2020-02
Advertenties
Inhoudsopgave
