3.10.2 Toegang krijgen tot het menu
1.
Druk op STOP.
2.
Voer de pincode in op het toetsenbord.
3.
Druk op de meerkeuzeknop.
3.10.3 De timerinstellingen uitvoeren
timer in als het werkgebied kleiner
Let op: Stel de
2
is dan 600 m
/0.15 acre om slijtage van het
gazon en het product te voorkomen.
3.10.3.1 De timer instellen
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 24 .
2.
Gebruik de meerkeuzeknoppen om de
menustructuur te doorlopen en
selecteren.
3.
Gebruik de meerkeuzeknoppen om
Werkuren 1 of Werkuren 2 te selecteren .
4.
Voer de tijd in met de cijfertoetsen.
OK .
5.
Druk op
6.
Gebruik de meerkeuzeknoppen om
Werkdagen te selecteren.
7.
Gebruik de meerkeuzeknoppen om de
dagen te selecteren waarop het product
werkt.
OK .
8.
Druk op
3.10.3.2 De timerinstelling berekenen
1.
Bereken de afmeting van uw gazon in m
2
2
2.
Deel de m
/ft
van het gazon door de
geschatte werkcapaciteit. Zie de
onderstaande tabel.
3.
Het resultaat is gelijk aan het aantal uren dat
het product elke dag moet werken. Het
aantal uren omvat zowel de maai-, zoek-, als
de oplaadtijd.
Let op: De werkcapaciteit is bij benadering en
wordt berekend voor vlakke en open
werkgebieden. Als het werkgebied veel hellingen
of obstakels bevat, moet u de
verhogen.
24 - Installatie
Toegang krijgen tot
Timer te
2
2
/ft
.
timerinstellingen
Model
Geschatte werkcapaciteit,
2
m
/u / ft
®
Automower
105
43 / 463
Voorbeeld: Een gazon van 500 m
gemaaid met een Automower
2
500 m
/43 ≈ 12 u.
2
5400 ft
/463 ≈ 12 u.
Dagen/
u/dag
week
7
12
3.10.3.3 De timerinstelling resetten
U kunt alle timerinstellingen verwijderen en de
fabrieksinstelling gebruiken. Met de
fabrieksinstelling voor de timer kunt u het product
elk uur van iedere dag van de week gebruiken.
Timer en Stand-by op pagina 30 .
Zie
1.
Voer stappen 1-3 uit in
het menu op pagina 24 .
2.
Gebruik de meerkeuzeknoppen om de
menustructuur te doorlopen en
Timer resetten te selecteren.
OK .
3.
Druk op
3.10.4 Installatie
In het menu Installatie kunt u de
instellingen van het product aanpassen
voor het beste maairesultaat.
3.10.4.1 Begeleidingsbreedte
De begeleidingsbreedte bepaalt hoe ver het
product zich van de geleidingsdraad af mag
bewegen bij het volgen van die draad van en
naar het laadstation. Het gebied naast de draad
dat het product gebruikt, wordt de corridor
genoemd.
Het product heeft een standaardinstelling voor
Midden . Om de kans op
corridors met breedte
spoorvorming verder te beperken, wordt
aangeraden een zo breed mogelijke corridor te
kiezen. Gebruik van de corridorinstelling
wordt gewoonlijk afgeraden, maar in een tuin met
een of meer smalle doorgangen kan een smalle
corridor de enige keuzemogelijkheid zijn. De
2
/u
2
2
/5400 ft
,
®
105.
Timerinstellingen
07:00-19:00 / 7:00
am-7:00 pm
Toegang krijgen tot
Timer >
Smalste
1285 - 004 - 16.04.2020