Achtste uitgave • Eerste druk
Als het scheefstandalarm klinkt terwijl de arm wordt
neergelaten: Schuif de arm niet uit en draai of hef
deze niet boven de horizontale lijn. Plaats de
machine op een stevige, horizontale ondergrond
voordat u het platform omhoogbrengt.
Als het scheefstandalarm klinkt bij geheven platform,
dient u uiterst voorzichtig te werk te gaan. Bepaal de
toestand van de arm ten opzichte van de helling
zoals hieronder weergegeven. Volg de stappen om
de arm neer te laten voordat u de machine verplaatst
naar een stevige, horizontale ondergrond. Draai de
arm niet terwijl deze wordt neergelaten.
Als het scheefstandalarm
klinkt met het platform
heuvelopwaarts:
1
Laat de primaire arm neer.
2
Laat de secundaire arm
neer.
3
Schuif de primaire arm in.
Als het scheefstandalarm
klinkt met het platform
heuvelafwaarts:
1
Schuif de primaire arm in.
2
Laat de secundaire arm
neer.
3
Laat de primaire arm neer.
Pas eindschakelaars niet aan en schakel deze ook
niet uit.
Rijd niet harder dan 0,7 mph/1 km/u als de primaire
arm geheven of uitgeschoven of de secundaire arm
geheven is.
Onderdeelnr. 1319006DUGT
Gebruik de platformbediening niet om een platform
vrij te maken dat is vastgeklemd of is blijven haken of
dat op andere wijze niet normaal kan bewegen
vanwege een aangrenzende constructie. Er mogen
zich geen personen op het platform bevinden als
geprobeerd wordt het platform met behulp van de
grondbediening vrij te maken.
Breng de arm niet omhoog wanneer er
windsnelheden hoger dan 28 mph/12,5 m/s kunnen
voorkomen. Als er windsnelheden hoger dan
28 mph/12,5 m/s optreden wanneer de arm
omhooggebracht is, breng de arm dan omlaag en zet
de machine stil.
Rijd niet met de machine op of nabij oneffen terrein
en oppervlakken die niet stabiel zijn of in andere
gevaarlijke omstandigheden als de arm geheven of
uitgeschoven is.
Z
®
-30/20N • Z
®
-30/20N RJ
Bedieningshandleiding
Veiligheid werkgebied
Werk niet met de machine
bij harde wind of bij
windstoten. Vergroot het
oppervlak van het platform
of de lading niet. Als u het
oppervlak vergroot dat aan
de wind is blootgesteld,
neemt de stabiliteit van de
machine af.
Wees uiterst voorzichtig en
houd een lage snelheid aan
wanneer met de machine in
de transportstand wordt
gereden over oneffen
terrein, puin, een onstabiele
of gladde ondergrond en
vlakbij gaten of afgereden
kanten.
13