29 Storing
Bij storingen kunt u de oorzaak m.b.v. het diagnose-
programma van de verwarmings- en warmtepompre-
gelaar uitlezen.
Installatie- en gebruikershandleiding van de ver-
warmings- en warmtepompregelaar
WAARSCHUWING
Onderhoud en reparatiewerkzaamheden
aan de componenten van het toestel mo
gen alleen door onderhoudspersoneel
worden uitgevoerd dat door de fabrikant
daartoe is geautoriseerd.
AANWIJZING
Wanneer
de
grenzer aan het elektrische verwarmingsele-
ment (afhankelijk van het type toestel) heeft
gereageerd, wordt geen storing aangegeven.
29.1 Veiligheidstemperatuurbegrenzer
ontgrendelen
Er is een veiligheidstemperatuurbegrenzer in het elek-
trische verwarmingselement ingebouwd (afhankelijk
van het type toestel). Bij een uitval van de warmte-
pomp of lucht in de installatie:
► Controleer of de resetknop (②) van de veiligheids-
temperatuurbegrenzer (①) uitgesprongen is (ca.
2 mm).
► Druk de uitgesprongen resetknop (②) weer in.
► Indien de veiligheidstemperatuurbegrenzer her-
haaldelijk reageert, dient de lokale partner van de
fabrikant of de klantenservice te worden geraad-
pleegd.
20
veiligheidstemperatuurbe-
30 Demontage
GEVAAR
Levensgevaar door elektrische stroom!
De elektrische installatie mag enkel door
gekwalificeerde elektromonteurs worden
uitgevoerd.
Schakel de installatie spanningsvrij en be
veilig deze tegen inschakelen, alvorens u
het apparaat opent!
WAARSCHUWING
Alleen gekwalificeerde verwarmings- of
koelingmonteurs mogen het apparaat uit
de installatie uitbouwen.
LET OP
Componenten, antivries en olie moeten
volgens de geldige voorschriften, normen en
richtlijnen worden gerecycled.
30.1 De bufferbatterij verwijderen
LET OP
Voordat de verwarmings- en warmtepomp-
regelaar tot schroot verwerkt wordt, moet de
bufferbatterij uit de processorplatine verwij-
derd worden. De batterij kan met een schroe-
vendraaier worden uitgeschoven. De batterij
en elektronische componenten milieuvrien-
delijk als afval verwijderen.
Technische wijzigingen voorbehouden | 83054200iNL | ait-deutschland GmbH