5.2
Controle voor elke inbedrijfstelling
Voor elke inbedrijfstelling alle punten van de checklist controleren.
Evt. vastgestelde gebreken op een veilige positie en in een veilige omgeving repareren.
Frontlader alleen gebruiken indien een correcte en veilige bediening verzekerd is.
Controle
Vóór de montage van de frontlader
Veiligheidsstickers op de tractor en de frontlader volledig en in orde?
Rempedalen verbonden?
Hydraulische olie: Oliepeil voldoende?
Voorasvering uitgeschakeld?
Afsluitkraan van de fronthefinrichting gesloten?
Bandenspanning voldoende voor frontladerwerking?
Juiste ballastgewicht aan het achtersteven gemonteerd?
Bevestigingsschroeven van de montage-onderdelen vast/aangetrokken?
Opnamepunten (lagers en glijvlakken) aan de montage-onderdelen schoon, verfvrij
en ingevet?
Frontlader-vergrendelingen gesmeerd?
Tijdens de montage
Hydraulische leidingen juist aangesloten?
Elektrische kabels van de frontlader aangesloten?
Frontlader-vergrendelingen goed ingesteld?
Na de montage
Parkeersteunen ingeklapt en beveiligd?
Frontlader-vergrendeling juist vergrendeld?
Werktuig-vergrendeling juist vergrendeld?
Spatbord voor frontladerwerking ingesteld?
Functiecontrole uitgevoerd?
(Basisfuncties en extra functies)
63
INGEBRUIKNAME
zie ook
uitgevoerd
Hoofdst. 2.10
"Veiligheidssticke
rs"
Hoofdst. 5.3.1
"Voorbereidingen
aan de tractor"
Gebruiksaanwijzi
ng van de tractor
Hoofdst. 5.3.2
"Toevoeging van
ballast"
Hoofdst. 5.1
"Eerste
inbedrijfstelling"
Hoofdst. 8.1.1
"Smeerpunten"
Hoofdst. 8.1.1
"Smeerpunten"
Hoofdst. 6.2
"Hydraulische
koppelingen
bedienen"
Hoofdst. 5.4.1
"Frontlader-
vergrendeling FS
en FZ 8 tot 50
instellen",
Hoofdst. 5.4.2
"Frontlader-
vergrendeling
"Dubbele
vergrendeling"
FZ 50 tot 100
instellen"
Hoofdst. 6.1
"Parkeersteunen
bedienen"
Hoofdst. 8.2.3
"Onderhoudsinstr
ucties frontlader-
vergrendeling"
Hoofdst. 4.1
Hoofdst. 3.8
"Bedieningselem
enten"
B58FZS 0000000078 NL 001