De remkracht kan worden ingesteld door de schroef (41) in de draadhaspelnaaf te verdraaien.
Stel de remkracht zo in, dat de draad niet te ver van de haspel afrolt nadat de aandrijfrollen tot
stilstand zijn gekomen. De remkracht hangt af van de draadaanvoersnelheid.
Wanneer men de rem te strak zet, wordt de motor onnodig belast.
2.11. WERKSTUKKABEL
Bevestig de klem van de werkstukkabel zorgvuldig, bij voorkeur direct op het te lassen werks-
tuk. Het contactoppervlak moet zo groot mogelijk zijn.
Maak de bevestigingspunten vrij van verf en roest!
Gebruik voor uw MIG-installatie kabels met een doorsnede van 50 mm
Te dunne kabels kunnen oververhitting van de aansluitingen en van de isolatie
veroorzaken.
Ga na of het gebruikte laspistool geschikt is voor de max. lasstroom die u wenst
te gebruiken!
2.12. BESCHERMGAS
Gasfl essen zijn hogedrukvaten. Zij kunnen ontploffen als het gevolg van
(om)vallen!
Voor het lassen van roestvrij staal, worden normaal gesproken gemengde gassen gebruikt. Cont-
roleer of de afsluiter van de gasfl es geschikt is voor het gas. De hoogte van de lasstroom is gezet
overeenkomstig de lasstroom gebruikt in het werk. Een geschikte lasstroom is normaal gesp-
roken 8 - 10 l/min. Indien de gasstroom niet geschikt is, wordt de lasverbinding poreus. Neem
contact op met uw lokale Kemppi-dealer voor het kiezen van gas en equipement
2.12.1. Installeren van gasfl es
Plaats de gascylinder altijd verticaal op een plaats of onderwagen die daar
speciaal voor ingericht is. Sluit de afsluiter van de cylinder na het lassen.
A
C
F
12 – Kempomig Feed 420R, 120R / 0429
Onderdelen van gasstroming
regulator
A Gasfl es afsluiter
B Druk regulatie schroef
C Verbindingsmoer
G
D Slangspil
E Hulsmoer
B
F Gasfl es drukmeter
G Gasslang drukmeter
E
D
2
.
©
COPYRIGHT KEMPPI OY