5.2.6 Sirene programmeren
5.2.7 Afstandsbediening programmeren
5.2.8 Bedieningspaneel programmeren
Terug naar inhoudsopgave
Hoofdstuk 5.2 Admin-gedeelte Componenten
Plussymbool
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl
de instellingen.
Druk daarna op 'Volgende'
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was,
drukt
u
op
programmeertoets aan de achterzijde van de sirene.
Hoofdstuk 5.2 Admin-gedeelte Componenten
Plussymbool
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de component
wordt gemonteerd. Druk op de pijl
de instellingen.
Druk daarna op 'Volgende'
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet succesvol was,
drukt u op 'Programmeren' en 5 seconden op de
camera-hotkey van de afstandsbediening.
Hoofdstuk 5.2 Admin-gedeelte Componenten
Plussymbool
Voer de naam van de component in.
Open de ruimtelijst en kies een ruimte waarin de
component wordt gemonteerd. Druk op de pijl
te gaan naar de instellingen.
Druk daarna op 'Volgende'
Volg de instructies in de app en sluit het proces af.
De gelukte programmering wordt door 5 signaaltonen
door het bedieningspaneel bevestigd.
Aanwijzing
Als het programmeerproces niet gelukt is, verwijdert
u een batterij (en / of de netkabel), drukt u nog een
keer op 'Programmeren' en plaatst de batterij weer
terug.
57
om terug te gaan naar
'Programmeren'
en
om terug te gaan naar
Terug naar inhoudsopgave
Nederlands
op
de
om terug