Beschrijving van het apparaat
NL
Plaats het ongeperforeerde stoombakje met het
X
bak- en grillrooster op een van de plaatniveau in
de ovenruimte.
Haal beide ovenplaten tegelijk uit de oven.
X
Ovenplaat plaatsen/verwijderen
Afb. 5.7 Ovenplaat plaatsen
Plaats de ovenplaat voedselrekje op de linker- en
X
rechterrails van het betreffende plaatniveau en
duw deze zo ver mogelijk in de ovenruimte.
De ovenplaten zijn voorzien van een
uittrekbeveiliging die voorkomt dat ze naar voren
uit de rails glijden als ze slechts gedeeltelijk zijn
geplaatst of uitgetrokken.
Til ovenplaten op om ze te verwijderen uit de
X
ovenruimte.
5.4
Kernthermometer
Met de vierpuntskernthermometer bepaalt u op een
betrouwbare wijze de kerntemperatuur van voedsel.
De thermometer bevindt zich aan de bovenzijde van
de ovenruimte
en is door middel van een kabel met het apparaat
verbonden. De kernthermometer moet in het
te bereiden voedsel worden gestoken. De 4 de
meetpunten zijn langs de sensor gemonteerd. Zij
detecteren altijd de koudste plek in het voedsel.
Zodra het gerecht de vooraf ingestelde temperatuur
heeft bereikt, stopt het gaarproces.
Haal de kernthermometer uit de houder.
X
254
Steek de kernthermometer in het dikste deel van
X
het voedsel.
Als het voedsel botten bevat, plaats de
O
thermometer dan vlak in de buurt van het bot.
Steek bij heel gevogelte de thermometer langs het
O
borstbeen, zodat de borst en de poot sappig zijn.
Plaats na de bereiding de gereinigde
X
kernthermometer terug in de houder en doe de
kabel om de kabelhouder.
5.5
Aanraakscherm
Het apparaat kan worden bediend via het
aanraakscherm. Het aanraakscherm reageert net zo
op aanrakingen als een smartphone.
Het scherm kan traploos naar boven worden
geklapt, bijvoorbeeld voor eenvoudige bediening als
de oven lager is gemonteerd.
Pak met twee handen het scherm aan beide
X
zijkanten vast.
Klap het scherm naar boven of beneden.
X
i
Er kunnen door puntige of scherpe
voorwerpen krassen ontstaan op het
gevoelige oppervlak van het aanraakscherm.
Raak het scherm alleen met uw vingers aan.
X
Zorg dat u schone en droge vingers heeft.
X
Zorg ervoor dat u de bal van uw hand niet op het
X
scherm legt terwijl u het bedient.
Houd het contactoppervlak zo klein mogelijk
X
wanneer u de aanraakvlakken aanraakt.
Let erop dat er geen water of vuil achter het
X
display terechtkomt.
Het aanraakscherm reageert op vingercontact.
Het scherm herkent verschillende
aanraakopdrachten:
www.bora.com