UMA — unified memory allocation (verenigde geheugentoewijzing) — Systeemgeheugen dynamisch toegewezen aan video.
UPS — uninterruptible power supply (continue stroomvoorziening) — Een reservestroombron die wordt gebruikt wanneer de stroom uitvalt of daalt tot een
onacceptabel voltageniveau. Met een UPS blijft de computer een beperkte tijd werken wanneer er geen stroom meer is. UPS-systemen bieden doorgaans
piekonderdrukking en soms ook spanningsregeling. Kleine UPS-systemen zorgen ook voor batterijstroom gedurende een aantal minuten om u in staat te
stellen de computer uit te schakelen.
USB — universal serial bus (universele seriële bus) — Een hardware-interface voor een langzaam apparaat, zoals een toetsenbord, muis, joystick, scanner,
luidsprekerset, printer, breedbandapparaat (DSL en kabelmodems), imaging- of opslagapparaat dat compatibel is met USB. Apparaten worden direct via een
4-pins contact verbonden met de computer of via een multi-porthub die op de computer wordt aangesloten. USB-apparaten kunnen wordt gekoppeld en
ontkoppeld terwijl de computer wordt ingeschakeld en kunnen ook worden.
UTP — unshielded twisted pair (onafgeschermde gevlochte paren) — Beschrijft een kabeltype dat gebruikt wordt bij de meeste telefoonnetwerken en een
aantal computernetwerken. Paren van onafgeschermde kabels zijn gevlochten om te beschermen tegen elektromagnetische storing, in plaats van te
vertrouwen op een metalen huls rondom elk paar.
UXGA — ultra-extended graphics array — Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1600 x 1200.
V
V — volt — De eenheid van elektrisch vermogen of elektromotieve kracht. Eén V verschijnt over een weerstand van 1 ohm wanneer een stroom van 1 ampère
door die weerstand stroomt.
vernieuwingsfrequentie — De frequentie in Hz waarmee de horizontale lijnen op het beeldscherm opnieuw worden geladen (ook wel de verticale frequentie
genoemd). Hoe hoger de vernieuwingsfrequentie, des te minder knipperingen er door het menselijk ook gezien kunnen worden.
videocontroller — De circuits op een videokaart of op de systeemkaart (op computers met een ingebouwde videocontroller) die voor de videomogelijkheden
zorgt—in combinatie met de monitor—van uw computer.
videogeheugen — Geheugen dat bestaat uit geheugenchips speciaal voor videofuncties. Videogeheugen is gewoonlijk sneller dan systeemgeheugen. De
hoeveelheid videogeheugen die geïnstalleerd is, beïnvloedt voornamelijk het aantal kleuren dat een programma kan weergeven.
videomodus — Een modus die beschrijft hoe tekst en afbeeldingen op een monitor worden weergegeven. Grafische software, zoals de Windows-
besturingssystemen, wordt weergegeven in videomodi die gedefnieerd kunnen worden als x horizontale pixels bij y verticale pixels bij z kleuren.
Tekengebaseerde software, zoals teksteditors, wordt weergegeven in videomodi die gedefinieerd kunnen worden als x kolommen bij y rijen van tekens.
videoresolutie — Zie resolutie.
virus — Een programma dat ontworpen is om u last te bezorgen of om gegevens op uw computer te vernietigen. Een virusprogramma verplaatst zich van de
ene naar de andere computer via een geïnfecteerde schijf, software gedownload van het internet of e-mailbijlagen. Wanneer een geïnfecteerd programma
wordt gestart, wordt ook het ingesloten virus gestart.
Een opstartvirus is een algemeen type virus, dat is opgeslagen in de opstartsectoren van een diskette. Als u de diskette in het station laat zitten, wanneer de
computer wordt uitgeschakeld en weer ingeschakeld, raakt de computer geïnfecteerd wanneer deze opstartsectoren leest van de diskette en verwacht het
besturingssysteem te vinden. Als de computer is geïnfecteerd, kan het opstartvirus zichzelf kopiëren naar alle diskettes die in die computer worden gelezen of
geschreven totdat het virus wordt vernietigd.
W
W — watt — De eenheid van elektrische stroom. Eén W is 1 ampère van stroom die met 1 volt stroomt.
WHr — wattuur — Een eenheid die vaak wordt gebruikt om de geschatte capaciteit van een batterij aan te duiden. Een batterij van 66-WHr kan bijvoorbeeld
66 W vermogen bieden voor 1 uur of 33 W voor 2 uur.
WLAN — wireless local area network (draadloze LAN). Een reeks verbonden computers die met elkaar communiceren via de luchtgolven waarbij gebruik wordt
gemaakt van toegangspunten of draadloze routers om internettoegang te bieden.
WWAN — wireless local area network (draadloze WAN). Zie Mobiel breedband.
WXGA — wide-aspect extended graphics array — Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1280 x 800.
X
XGA — extended graphics array — Een videostandaard voor videokaarten en -controllers die resoluties ondersteunt van maximaal 1024 x 768.
Z
ZIF — zero insertion force — Een type socket of connector waarmee een computerchip kan worden geïnstalleerd of verwijderd zonder dat er druk wordt
uitgeoefend op de chip of de socket.
Zip — Een populaire gegevenscompressie-indeling. Bestanden die zijn gecomprimeerd met de Zip-indeling worden Zip-bestanden genoemd en hebben
gewoonlijk de bestandsnaamextensie .zip. Een speciaal type zipbestand is een zelfuitpakkend bestand, met de bestandsnaamextensie .exe. U kunt een
zelfuitpakkend bestand uitpakken door erop te dubbelklikken.
Zip-station — Een diskettestation met hoge capaciteit ontwikkeld door Iomega Corporation die uitneembare 3,5-inch schijven gebruikt die zipdiskettes