OPNAMESTANDEN (A/B/C/D/E)
Pas opname-instellingen aan.
Het opnamemenu wordt weergegeven
wanneer u drukt op MENU/OK in de opna-
mestand. Kies uit de tabbladen A, B,
C, D of E.
N
De beschikbare opties verschillen per geselecteerde opnamemodus.
A
ONDERWERPPROGRAMMA
Kies een scène voor de SP-stand (
d GEAVANC. FILTER
Kies een geavanceerde fi lter voor de Adv.-stand (
F
AF/MF INSTELLINGEN
Pas de scherpstelinstellingen aan.
6
SCHERPSTELGEBIED
SCHERPSTELGEBIED
Kies het scherpstelgebied voor de automatische scherpstelling,
handmatige scherpstelling en scherpstelzoom (
SCHERPSTELMODUS
SCHERPSTELMODUS
Kies hoe de camera scherpstelt (
SCHERPSTELLING
SCHERPSTELLING
Kies de scherpstelling voor de scherpstelmodi l en k
P
(
80).
102
VERLATEN
P
62).
P
78).
OPNAMESTANDEN
PROGRAMMA AE
AF/MF INSTELLINGEN
TYPE ONTGRENDELEN
ISO
BEELDGROOTTE
BEELDKWALITEIT
DYNAMISCH BEREIK
P
65).
P
82).