Gebruiksduur van de batterijen verlengen
• Door uitvoering van een van de volgende handelingen terwijl u geen foto's maakt, kan de
batterijvoeding uitgeput raken.
• Het herhaaldelijk half indrukken van de ontspanknop.
• Herhaaldelijk zoomen.
• Om het energieverbruik te minimaliseren, zet u [POWER SAVE] op [ON] en schakelt u de camera uit
als deze niet wordt gebruikt.
g "POWER SAVE De camera instellen op standby-modus" (Blz. 28)
Functies die niet vanuit menu's geselecteerd kunnen worden
• Sommige functies kunnen met de pendelknop niet vanuit de menu's geselecteerd worden.
• Functies die niet ingesteld kunnen worden met de huidige stand Fotograferen.
• Functies die niet ingesteld kunnen worden vanwege een functie die al is ingesteld: [%] en [#],
enz.
• Functies die niet ingesteld kunnen worden, omdat u probeert beelden te bewerken die met een
andere camera zijn gemaakt.
• Sommige functies kunnen niet worden gebruikt als er geen kaartje in de camera zit.
[PANORAMA], [PRINT ORDER], [FORMAT], [BACKUP]
De optimale beeldkwaliteit instellen
Beeldkwaliteit is een combinatie van gewenste resolutie en compressieniveau. Gebruik de volgende
voorbeelden om de optimale beeldkwaliteit te bepalen tijdens het fotograferen.
Voor het printen van grote beelden op een groot papierformaat /
Voor het bewerken van beelden op een computer
• [SHQ] of [HQ]
Om beelden op A4 / Ansichtkaartformaat te printen
• [SQ1]
Voor het versturen als bijlage bij een e-mail of voor het plaatsen op een website
• [SQ2]
Om de weidsheid van onderwerpen zoals bijvoorbeeld landschappen te benadrukken /
Om beelden op een breedbeeldtelevisie te bekijken.
• [16:9]
g "IMAGE QUALITY Beeldkwaliteit wijzigen" (Blz. 19)
Voor het herstellen van de standaardinstellingen af fabriek van functies
• Voor het terugzetten van de gewijzigde functies naar de standaardinstellingen af fabriek tijdens het
fotograferen, zet u [RESET] op [YES].
g "RESET De standaardinstellingen af fabriek van fotografeerfuncties herstellen" (Blz. 19)
• Alle instellingen voor het fotograferen, behalve de functie P, keren in de standaardinstellingen terug
als de camera uitgeschakeld wordt.
Help bij het weergeven en tips voor het opheffen van storingen
Onscherpe beelden kunnen niet gestabiliseerd worden.
• Zelfs als [DIS EDIT] geselecteerd is, kunnen niet alle onscherpe beelden gestabiliseerd worden.
• Als de sluitertijd lang is en / of het digitale beeld erg bewogen is: De gemaakte foto kan niet
gestabiliseerd worden of kan het juiste stabilisatie-effect niet bereiken.
• Bewegend onderwerp: Het beeld kan het juiste stabilisatie-effect niet bereiken.
• Bovendien kan de modus Digitale beeldstabilisatie niet geactiveerd worden als:
• de opslagcapaciteit van het interne geheugen of van het kaartje onvoldoende is,
• er een video, een beeld dat op een PC bewerkt is of een foto die met een andere camera is
genomen geselecteerd is.
Het onderdrukken van rode ogen kan niet worden vastgezet
• Afhankelijk van de foto is het mogelijk dat het onderdrukken van rode ogen niet wordt vastgezet.
Gedeeltes behalve de ogen kunnen vastgezet worden.
46
NL