Inhoudsopgave
Advertenties
Menu Geavanceerd
BEELD
De projector is met enkele vooraf gedefinieerde beeldmodi gepreset, zodat u er
één kunt kiezen die bij uw bedrijfsomgeving en het beeld van het type ingangssignaal
past.
• Helder: maximaliseert de helderheid van het geprojecteerde beeld. Deze modus
is geschikt voor omgevingen waar extra hoge helderheid wordt vereist, zoals
wanneer de projector in goed verlichte ruimtes wordt gebruikt.
• Presentatie: is ontworpen voor presentaties. De helderheid wordt in deze
modus benadrukt om op de kleuring van de pc en het notebook aan te passen.
• sRGB: in deze modus worden de RGB-kleuren zo zuiver mogelijk weergegeven,
waardoor de beelden levensecht worden, ongeacht de helderheidinstellingen. Het
is vooral geschikt om foto's te bekijken die met een sRGB compatibele en juist
gekalibreerde camera zijn gemaakt en om pc-afbeeldingen en tekentoepassingen te
bekijken, zoals AutoCAD.
• Infographic: is perfect voor presentaties met een combinatie van tekst en
afbeeldingen omwille van zijn hoge kleurhelderheid en een betere kleurgradatie
om details duidelijker te zien.
Beeldmodus
• Video: is geschikt voor video's in een omgeving met omgevingslicht. Dynamische
kleurdetails blijven behouden dankzij de BenQ-technologie voor kleurverbetering.
• Golf: Ontworpen voor golfsimulators optimaliseert de blauwe lucht en de groene
graskleur.
• 3D: is geschikt voor 3D-beelden en 3D-videofragmenten. Deze modus is
uitsluitend beschikbaar als de 3D-functie is ingeschakeld en 3D-beeldmateriaal
wordt gedetecteerd.
• HDR10: levert HDR-effecten (High Dynamic Range) met meer helderheid en
hoger contrast voor kleuren. Deze modus is uitsluitend beschikbaar Instell. >
HDR is ingesteld op Auto of HDR10 en HDR-beeldmateriaal wordt
gedetecteerd.
• HLG: levert HDR-effecten (High Dynamic Range) met meer helderheid en hoger
contrast voor kleuren. Deze modus is uitsluitend beschikbaar Instell. > HDR is
ingesteld op Auto of HLG en HLG-beeldmateriaal wordt gedetecteerd.
• Gebruiker 1/Gebruiker 2: Roept de aangepaste instellingen op, gebaseerd op
de momenteel beschikbare beeldmodi. Raadpleeg
Er zijn twee door de gebruiker definieerbare modi als de huidige beschikbare
beeldmodi niet aan uw behoefte voldoen. U kunt als startpunt een van de
beeldmodi gebruiken (met uitzondering van de Gebruiker 1/Gebruiker 2) en de
instellingen aanpassen.
1. Ga naar BEELD > Beeldmodus.
Referentie-
2. Druk op
modus
3. Druk op
4. Druk op
/
om Gebruiker 1 of Gebruiker 2 te selecteren.
om Referentiemodus te selecteren en druk op
beeldmodus te selecteren die het beste aan uw behoeften voldoet.
om een menu-item te selecteren die moet worden gewijzigd en stel
de waarde af. De afstellingen definiëren de geselecteerde gebruikersmodus.
Referentiemodus op pagina
/
om een
Menubewerkingen
39.
39
Advertenties
Inhoudsopgave
