Probleemoplossing
Symptoom
Bovendraad breekt. De machine is niet juist ingeregen (verkeerde
kloshouder, kloshouder zit los, draad heeft
inrijger naaldstang niet gepakt enz.)
U gebruikt draad die in de knoop zit.
Spanning bovendraad is te hoog.
Draad zit verstrikt.
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. Vervang de naald.
Naald is niet juist geplaatst.
Er zitten krassen rond het gat in de borduurvoet. Vervang de borduurvoet of neem contact op
Er zitten krassen op het spoelhuis.
Ongeschikte naald of draad voor gekozen stof.
Tijdens het borduren is de draad in de knoop of
verstrikt geraakt.
U gebruikt niet een van de spoelen die speciaal
voor deze machine is ontworpen.
Bovendraad is niet juist ingeregen.
De draad zit verstrikt
aan de achterkant
van de stof.
Ongeschikte naald of draad voor gekozen stof.
De onderdraad is onjuist geplaatst.
De bovendraad is
te strak.
Onderdraad breekt. Spoel is niet juist geplaatst.
Onderdraad onjuist opgewonden.
Er zitten krassen op de spoel of de spoel draait
niet goed.
Draad zit verstrikt.
U gebruikt niet een van de spoelen die speciaal
voor deze machine is ontworpen.
De boven- of onderdraad is verkeerd ingeregen. Raadpleeg de stappen voor het inrijgen van de
Stof rimpelt.
Kloshouder is niet juist aangebracht.
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. Vervang de naald.
Overgeslagen steken De machine is onjuist ingeregen.
Naald is verdraaid, verbogen of de punt is stomp. Vervang de naald.
Naald is niet juist geplaatst.
De naald is versleten/beschadigd.
Stof of pluisjes onder de steekplaat.
A-8
Waarschijnlijke oorzaak
Remedie
Rijg de naaimachine juist in.
Verwijder knopen, ontwar de draad.
Pas de draadspanning aan.
Knip bijvoorbeeld met een schaar de verstrikte
draad af en haal deze uit de grijper enz.
Plaats de naald opnieuw op de juiste wijze.
met uw erkende Brother-dealer.
Vervang het spoelhuis of neem contact op met
uw erkende Brother-dealer.
Controleer de informatie over de te gebruiken
naald en draad.
Rijg de boven- en onderdraad opnieuw in.
Onjuiste spoelen werken niet goed. Gebruik
alleen spoelen die voor deze machine zijn
ontworpen.
Raadpleeg de stappen voor het inrijgen van de
naaimachine en rijg de machine juist in. Let op
dat de borduurvoet omhoog staat wanneer u de
machine inrijgt, zodat de bovendraad de juiste
spanning krijgt.
Controleer de informatie over de te gebruiken
naald en draad.
Plaats de onderdraad op de juiste wijze.
Plaats de spoel opnieuw, op de juiste wijze.
Gebruik een spoel die juist is opgewonden.
Plaats de spoel opnieuw.
Knip bijvoorbeeld met een schaar de verstrikte
draad af en verwijder deze uit de grijper enz.
Onjuiste spoelen werken niet goed. Gebruik
alleen spoelen die voor deze machine zijn
ontworpen.
naaimachine en rijg de machine juist in.
Raadpleeg de methode voor het bevestigen van de
kloshouder en bevestig de kloshouder opnieuw.
Raadpleeg de stappen voor het inrijgen van de
naaimachine en rijg de machine juist in.
Plaats de naald opnieuw op de juiste wijze.
Vervang de naald.
Verwijder stof of pluisjes met het
schoonmaakborsteltje.
Pagina
B-19
–
E-26
A-2
B-23
B-23
A-5
A-2
B-23
B-17, B-19
B-14
B-19
B-23
B-17
B-17
B-17
B-14
A-2
B-14
B-19
B-14
B-23
B-19
B-23
B-23
B-23
A-2