Kleurmarkering: Hier kunt u de kleur en de letter voor het itemsymbool opgeven.
Dit symbool wordt weergegeven na de tekst van het item in alle
weergaven. Wanneer u agenda-items controleert in Weekplanner of
Jaarplanner, wordt de kleur gebruikt voor de balk die het item aanduidt.
De letter wordt gebruikt om agenda-items te filteren in Jaarplanner.
Voorlopig: Geeft aan of een item is bevestigd. Naast een voorlopig item wordt een
pictogram
weergegeven.
Geschrapt: Geeft aan of een item al dan niet is voltooid. Als een item wordt
geschrapt, wordt dit item niet automatisch uit de agenda verwijderd.
Synchronisatie: Geeft aan of de items in de agenda aan anderen worden getoond
als u een verbinding maakt met het netwerk en u de agenda
synchroniseert. U kunt kiezen uit: Openbaar, Persoonlijk en Geen
synchronisatie. Zie de Gebruikershandleiding voor PC Suite op de cd-rom
voor meer informatie over het synchroniseren.
Items wijzigen
1 Selecteer het item in de weergave.
2 Druk op Enter. Er wordt een dialoogvenster met details voor het item geopend.
Bewerk de details op de verschillende tabbladen.
Nu kunt u bijvoorbeeld het alarm opnieuw instellen, of opnieuw opgeven hoe
het item moet worden herhaald in de agenda. Zie 'Gegevens toevoegen aan een
item in de agenda' op pagina 129.
Tip: Met behulp van kleur
kunt u items op handige
wijze indelen. Zo kunt u
gemakkelijker zien hoe de
beschikbare tijd is
onderverdeeld.
Voorbeeld: Als u niet zeker
weet of een item zal
plaatsvinden, kunt u dit
markeren als Voorlopig.
Copyright © 2000-2003 Nokia. All rights reserved.
133