Laden configureren
Het apparaat haalt standaard papier uit de voorrangsinvoersleuf. Wanneer de voorrangsinvoersleuf
leeg is, haalt het apparaat papier uit lade 1. Wanneer u lade 1 van dit apparaat configureert, worden
de warmte- en snelheidsinstellingen gewijzigd voor de beste afdrukresultaten voor de gebruikte
papiersoort. Als u speciaal papier voor alle of bijna alle afdruktaken op dit apparaat gebruikt, wijzig
dan deze standaardinstelling.
In de volgende tabel vindt u verschillende manieren waarop u de lade-instellingen aan uw
afdrukwensen kunt aanpassen.
Papierverbruik
Beide laden met hetzelfde soort papier
vullen en het apparaat papier uit een
lade laten gebruiken wanneer de
andere lade leeg is.
Af en toe speciaal papier, zoals zwaar
papier of briefhoofdpapier, gebruiken uit
een lade waarin normaal gesproken
standaardpapier is geplaatst.
Regelmatig speciaal papier, zoals
zwaar papier of briefhoofdpapier,
gebruiken vanuit één lade.
De lade configureren
1.
Controleer of het apparaat aan staat.
2.
Voer een van de volgende taken uit:
●
Bedieningspaneel: open de menu's Systeeminstellingen en Papierinstell.. Selecteer de
lade die u wilt configureren.
●
Geïntegreerde webserver: klik op het tabblad Instellingen en klik vervolgens in het
linkerdeelvenster op Papierverwerking.
3.
Wijzig de gewenste lade-instelling en druk vervolgens op de knop
Toepassen.
NLWW
Het apparaat configureren
●
Plaats papier in de
voorrangsinvoerlade of lade 1.
Configuratie is niet nodig indien de
standaardinstellingen voor het
formaat en de papiersoort niet zijn
gewijzigd.
●
Plaats speciaal papier in lade 1.
●
Plaats speciaal papier in lade 1 en
configureer de lade voor de
papiersoort.
Afdrukken
Druk de taak af vanuit het
softwareprogramma.
Kies voor u de afdruktaak start in het
afdrukdialoogvenster van het
softwareprogramma de papiersoort die
overeenkomt met het in de lade
geplaatste speciale papier en selecteer
lade 1 als papierbron. Zorg ervoor dat
er zich geen papier in de
voorrangsinvoersleuf bevindt.
Kies voor u de afdruktaak start in het
afdrukdialoogvenster van het
softwareprogramma de papiersoort die
overeenkomt met het in de lade
geplaatste speciale papier en selecteer
lade 1 als papierbron. Zorg ervoor dat
er zich geen papier in de
voorrangsinvoersleuf bevindt.
OK
of klik op de knop
Laden configureren
61