Menuoptie
Indien zeer laag
Gebr.bep. Bijna
op
Lettert. Courier
Stille modus
Menu Service
Menuoptie
Faxservice
16
Hoofdstuk 2 Menu's van het bedieningspaneel
Submenuoptie
Submenuoptie
Zwarte
Stoppen/
printcassette
Vervangen
Prompt
Doorgaan
Zwart
(bereik: 1-20)
Standaard
Donker
Aan
Uit
Submenuoptie
Wis opgsl. faxen
Faxtest uitvoeren
Afdrukken T.30
Nooit
Trace
Bij fout
Einde oproep
Nu
Foutcorrectie
Log faxservice
Beschrijving
Instellen hoe het apparaat reageert wanneer wordt
vastgesteld dat de printcartridge leeg is.
Het percentage instellen waarbij er een bericht op het
bedieningspaneel verschijnt dat de toner bijna op is.
Courier-lettertypen instellen.
De stille modus voor het apparaat instellen.
Beschrijving
Alle faxen in het geheugen wissen. Dit zijn onder
andere alle ontvangen faxen (zoals niet-afgedrukte,
niet-verzonden PC upload, en niet-doorgestuurde
faxen), niet-verzonden faxen (zoals vertraagde
faxen), en alle afgedrukte faxen die nog in het
geheugen aanwezig zijn. Verwijderde faxen kunnen
niet worden hersteld. Telkens wanneer een item
wordt verwijderd, wordt de faxactiviteitenlog
bijgewerkt.
Een faxtest uitvoeren om te controleren of de
telefoon op de juiste aansluiting is aangesloten en
of er een signaal is op de telefoonlijn. Een
faxtestrapport met resultaten wordt afgedrukt.
Een rapport afdrukken of plannen voor het oplossen
van transmissieproblemen bij het faxen.
Dankzij de foutcorrectiemodus kan het
verzendapparaat opnieuw gegevens verzenden als
het een foutsignaal detecteert. De
standaardinstelling is Aan.
De faxservice drukt de laatste 40 vermeldingen in
het faxlogbestand af.
NLWW