Wanneer de slaapstand wordt beëindigd, gaan de aan/uit-lampjes branden en verschijnt uw werk
op het punt waar u was gestopt met werken en de slaapstand werd geactiveerd.
OPMERKING:
moet u uw Windows-wachtwoord invoeren voordat uw werk weer op het scherm verschijnt.
Hibernationstand activeren of beëindigen
Standaard is het systeem zo ingesteld dat de hibernationstand wordt geactiveerd als de computer 1.080
minuten (18 uur) minuten inactief is geweest en op accuvoeding werkt, als de computer 1080 minuten
(18 uur) minuten inactief is geweest en op een externe voedingsbron werkt of als de accu een kritiek
laag ladingsniveau bereikt.
U kunt de instellingen voor energiebeheer en de wachttijden wijzigen in het onderdeel Energiebeheer
van het Configuratiescherm van Windows.
U activeert als volgt de hibernationstand:
1.
Klik op Start en klik vervolgens op de pijl naast de knop Vergrendelen.
2.
Klik op Sluimerstand.
U beëindigt als volgt de hibernationstand:
Druk kort op de aan/uit-knop.
▲
De aan/uit-lampjes gaan branden en uw werk verschijnt op het scherm op het punt waar u was gestopt
met werken en de hibernationstand werd geactiveerd.
OPMERKING:
beëindigen, moet u uw Windows-wachtwoord invoeren voordat uw werk weer op het scherm verschijnt.
Energiemeter gebruiken
De Energiemeter bevindt zich in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk. Met de
Energiemeter heeft u snel toegang tot Energiebeheer, kunt u de acculading bekijken en een ander
energiebeheerschema selecteren.
●
Beweeg de cursor over het pictogram van de Energiemeter om de acculading en het huidige
energiebeheerschema weer te geven.
●
Klik op het pictogram van de Energiemeter en selecteer een item in de lijst om toegang te krijgen
tot Energiebeheer.
Aan de verschillende pictogrammen van de Energiemeter kunt u zien of de computer op accuvoeding
of op externe netvoeding werkt. Als de accu een kritiek laag ladingsniveau heeft bereikt, geeft het
pictogram ook een bericht weer.
Ga als volgt te werk om het pictogram van de Energiemeter te verbergen of weer te geven:
1.
Klik met de rechtermuisknop op de taakbalk en klik op Eigenschappen.
2.
Klik op het tabblad Systeemvak.
3.
Schakel onder Systeempictogrammen het selectievakje Energie uit om het pictogram van de
Energiemeter te verbergen, of schakel het selectievakje Energie in om het pictogram van de
Energiemeter weer te geven.
4.
Klik op OK.
Als u heeft ingesteld dat een wachtwoord nodig is om de slaapstand te beëindigen,
Als u heeft ingesteld dat een wachtwoord nodig is om de hibernationstand te
Opties voor energiebeheer instellen
75