Problemen met reisverbinding oplossen
Als u problemen ondervindt met de modemverbinding bij gebruik van de computer buiten het land waarin
u de computer hebt aangeschaft, probeert u de volgende suggesties:
●
Controleer het type telefoonlijn.
Het modem vereist een analoge en geen digitale telefoonlijn. Een lijn die omschreven wordt als
een PBX-lijn is gewoonlijk een digitale lijn. Een telefoonlijn die omschreven wordt als een datalijn,
faxapparaatlijn, modemlijn of standaard telefoonlijn is gewoonlijk een analoge lijn.
●
Controleer op puls- of toonkeuze.
Een analoge telefoonlijn ondersteunt een van twee kiesmodi: puls- of toonkeuze. Deze opties voor
de kiesmodus worden geselecteerd in de instellingen Telefoon- en modemopties. De
geselecteerde optie voor de kiesmodus moet overeenkomen met de kiesmodus die ondersteund
wordt door de telefoonlijn in uw locatie.
Doe het volgende om de kiesmodus te bepalen die ondersteund wordt door een telefoonlijn: kies
enkele cijfers op de telefoon en luister vervolgens naar kliktonen (pulsen) of pieptonen. Kliktonen
wijzen erop dat de telefoonlijn pulskeuze ondersteunt. Pieptonen wijzen erop dat de telefoonlijn
toonkeuze ondersteunt.
Ga als volgt te werk om de kiesmodus in uw huidige modemlocatie-instelling te wijzigen:
1.
Selecteer Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Telefoon- en
modemopties.
2.
Klik op het tabblad Kiesregels.
3.
Selecteer uw modemlocatie-instelling.
4.
Klik op Bewerken.
5.
Klik op Toon of Puls.
6.
Klik twee keer op OK.
●
Controleer het telefoonnummer dat u kiest en de respons van het externe modem.
Kies een telefoonnummer, controleer of er een respons is van het externe modem en haak
vervolgens in.
●
Stel het modem zodanig in dat kiestonen genegeerd worden.
Indien het modem een kiestoon ontvangt die het niet kan herkennen, kiest het modem niet en
verschijnt een foutbericht "Geen kiestoon".
Ga als volgt te werk om het modem zodanig in te stellen zodat alle kiestonen worden genegeerd
alvorens te kiezen:
1.
Selecteer Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > Telefoon- en
modemopties.
2.
Klik op het tabblad Modems.
3.
Klik op de vermelding van het modem in de lijst.
4.
Klik op Eigenschappen.
Modem gebruiken (alleen bepaalde modellen)
35