Wateraansluiting
Wateraansluiting
Watertoevoer aansluiten
Het water in de automaat is geen
drinkwater!
De automaat moet overeenkomstig
de voorschriften van het waterleiding-
bedrijf worden aangesloten.
Een terugstroomklep in de leiding is
niet nodig vanwege de standaard-
voorziening in de machine.
De waterdruk moet minimaal 50 kPa
overdruk bedragen (100 kPa = 1 bar).
Is de waterdruk lager dan 200 kPa
dan wordt de waterinstroomtijd auto-
matisch langer.
De maximaal toelaatbare stat. druk
bedraagt 1000 kPa (overdruk).
Wanneer de waterdruk buiten het be-
reik van 50-1000 kPa ligt, raadpleeg
dan de Technische Dienst van Miele
Nederland B.V. omtrent de maatrege-
len die moeten worden genomen
(eventueel brandt het controlelampje
p / 6, foutcode "F2E").
Deze automaat is standaard ge-
schikt voor aansluiting op koud wa-
ter (blauwe markering) en warm wa-
ter (rode markering) tot max. 70 °C.
De toevoerslangen dienen aan de
kranen voor koud en warm water te
worden aangesloten. Is er geen
warmwaterleiding, dan moet de toe-
voerslang met de rode markering
ook op koud water worden aangeslo-
ten. In dit geval worden dus beide
toevoerslangen op koud water aan-
gesloten.
48
Voor de aansluiting zijn kranen met
3/4" schroefkoppeling vereist. U
moet gemakkelijk bij de kranen kun-
nen, aangezien de watertoevoer af-
gesloten moet worden als de machi-
ne niet wordt gebruikt.
De toevoerslangen zijn ca. 1,7 m
lang (DN 10 met 3/4" schroefkoppe-
ling). De zeven in de schroefkoppe-
lingen mogen niet worden verwijderd.
Installeer de pilaarzeven (deze wor-
den standaard bijgevoegd) tussen
de afsluitkraan en de toevoerslang.
(Voor een afbeelding zie het hoofd-
stuk "Reiniging en onderhoud").
De toevoerslangen mogen niet be-
schadigd zijn en niet worden inge-
kort (zie afbeelding).