All manuals and user guides at all-guides.com
Nauwkeurigheid v.d.
Meetbereik Resolutie
meting bij 5 V
4 kHz
1 Hz
± (0,01 % meetwaarde + 1 digit)
40 kHz
10 Hz
± (0,01 % meetwaarde + 1 digit)
400 kHz
100 Hz
± (0,01 % meetwaarde + 1 digit)
4 MHz
1 kHz
± (0,01 % meetwaarde + 1 digit)
40 MHz
10 kHz
± (0,01 % meetwaarde + 1 digit)
7.9 Temperatuurbereik °C
Met temperatuursensor type K en sensoradapter.
Meetbereik
Nauwkeurigheid v.d. meting
- 20 °C tot ca. 0 °C
± (2 % meetwaarde + 4 °C)
1 °C tot ca. 100 °C
± (1 % meetwaarde + 3 °C)
101 °C tot ca. 500 °C
± (2 % meetwaarde + 3 °C)
501 °C tot ca. 800 °C
± (3 % meetwaarde + 2 °C)
7.10 Temperatuurbereik °F
Met temperatuursensor type K en sensoradapter
Meetbereik
Nauwkeurigheid v.d. meting
- 4 °F tot ca. 32 °F
± (2 % meetwaarde + 8 °F)
33 °F tot ca. 212 °F
± (1 % meetwaarde + 6 °F)
213 °F tot ca. 932 °F
± (2% meetwaarde + 6 °F)
501 °C tot ca. 800 °C
± (3 % meetwaarde + 2 °C)
7.11 Peak Hold
DC/ AC V Meetbereik
400 mV
4 V
40 V
400 V
1000 V/ 750 V
DC/ AC A Meetbereik
40 mA
400 mA
10 A
8.
Meten met de BENNING MM 7
8.1 Voorbereiden van metingen.
-
Gebruik en bewaar de BENNING MM 7 uitsluitend bij de aangegeven werk-
en opslagtemperaturen. Niet blootstellen aan direct zonlicht.
-
Controleer de gegevens op de veiligheidsmeetsnoeren ten aanzien van
nominale spanning en stroom. Origineel met de BENNING MM 7 mee ge le-
verde snoersets voldoen aan de te stellen eisen.
-
Controleer de isolatie van de veiligheidsmeetsnoeren. Beschadigde meet-
snoeren direct verwijderen.
-
Veiligheidsmeetsnoeren testen op correcte doorgang. Indien de ader in het
snoer onderbroken is, het meetsnoer direct verwijderen.
-
Voor dat met de draaischakelaar een andere functie gekozen wordt,
dienen de meetsnoeren van het meetpunt te worden afgenomen.
-
Storingsbronnen in de omgeving van de BENNING MM 7 kunnen leiden tot
instabiele aanduiding en/ of meetfouten.
8.2 Spannings- en stroommeting
Let op de maximale spanning t.o.v. aarde.
Gevaarlijke spanning!
De hoogste spanning die aan de contactbussen
-
COM-bus
BENNING MM 7
11/ 2008
Minimale ingangs-
Minimale
max.
frequentie
gevoeligheid
eff
20 Hz
100 mV
200 Hz
100 mV
2 kHz
100 mV
20 kHz
250 mV
200 kHz
Beveiliging tegen overbelasting
600 V
eff
600 V
eff
600 V
eff
600 V
eff
Beveiliging tegen overbelasting
600 V
eff
600 V
eff
600 V
eff
600 V
eff
Nauwkeurigheid v. d. meting
niet gespecificeerd
± (1,5 % meetwaarde + 300 digits)
± (1,5 % meetwaarde + 60 digits)
± (1,5 % meetwaarde + 60 digits)
± (1,5 % meetwaarde + 60 digits)
Nauwkeurigheid v. d. meting
± (3,0 % meetwaarde + 60 digits)
± (3,0 % meetwaarde + 60 digits)
± (1,5 % meetwaarde + 60 digits)
eff
eff
eff
eff
1 V
eff
79