2
Bak instellen: plaats de lege extractiereagensbak in het station. Doe 100 mL
gedeïoniseerd water (kamertemperatuur) in de wasbak in de vierde positie van links of
in de tweede positie van rechts.
3
Pipettip instellen: zorg ervoor dat in alle pipettipstations volle dozen met tips staan.
Gebruik indien nodig Configuration/Maintenance > Tools > Manage Consumables >
Reset Tip Counters (Configuratie > Hulpmiddelen > Verbruiksmaterialen beheren >
Tiptellers opnieuw instellen) om na het vervangen van alle tipdozen door volle
tipdozen alle tellers op vol in te stellen (zie paragraaf 6.2.4.3).
4
Start de Volume QC-procedure zoals hiervoor beschreven ("Volume QC openen").
5
Wanneer het instrument de vloeistof heeft gepipetteerd, wordt de status rechts van de
menuoptie weergegeven.
6
Haal voorzichtig alle met een dop afgesloten monsterbuisjes uit het instrument en
weeg die buisjes opnieuw. Weeg elk buisje binnen 30 minuten na de afgifte opnieuw.
Noteer het uiteindelijke gewicht in het logboek zoals hiervoor beschreven.
7
Trek voor ieder buisje het aanvankelijke gewicht af van het uiteindelijke gewicht.
8
Beoordeel de geslaagde/mislukte test op basis van de specificaties in het logboek.
•
Als er een kolom buiten de specificaties valt, moet de hele test opnieuw worden
uitgevoerd.
•
Voer de test opnieuw met nieuwe, gewogen buisjes uit.
•
Als de Volume QC-procedure opnieuw niet goed wordt getest, neemt u contact op
met BD voor onderhoud.
indicator voor "gelukt" /
"voltooid"
indicator voor "mislukt"/
"afgebroken"
6 - Onderhoud
189