Functies met hun oorspronkelijke instelling, waarnaar ze terugkeren als de
herstelfunctie wordt uitgevoerd
Functie
#
&
F
Y
IMAGE QUALITY
f
PICTURE + SOUND
MOVIE W / SOUND
4
f(Motiefprogramma)
Het instelmenu voor motiefprogramma's toont voorbeeldbeelden en de stand
Fotograferen die het best bij de situatie past. Dit kan alleen worden ingesteld als de
functieknop op f staat.
• Door naar een ander motiefprogramma om te schakelen worden de meeste
instellingen teruggezet op de standaardinstellingen van elk motiefprogramma.
g "f Fotograferen door een motiefprogramma te selecteren afhankelijk van
de situatie" (Blz. 11)
5
SILENT MODE
OFF
/ ON
Met deze functie kunt u bedieningsgeluiden tijdens het fotograferen en weergeven
(bijv. waarschuwingspiepen, sluitergeluiden enz...) uitschakelen.
6
PICTURE + SOUND
OFF
/ ON
Als de camera geactiveerd is [ON] neemt deze ongeveer 4 seconden audio op
nadat de foto is gemaakt.
Richt de microfoon van de camera tijdens het opnemen op de geluidsbron die u wilt
opnemen.
7
MOVIE W / SOUND
OFF / ON
• Als [ON] (geluid wordt opgenomen) wordt geselecteerd, kan de optische zoom niet
worden gebruikt tijdens de video-opname. Alleen de digitale zoom kan worden
gebruikt.
20
NL
Standaardinstellingen af fabriek
AUTO
OFF
0.0
OFF
HQ
j SPORT
OFF
ON
Fotograferen door een motiefprogramma te
selecteren afhankelijk van de situatie
Geluid opnemen bij stilstaande beelden
Videobeelden opnemen met of zonder geluid
Blz. 14
Blz. 13
Blz. 13
Blz. 13
Blz. 18
Blz. 11
Blz. 20
Blz. 20
Bedieningsgeluiden uitschakelen
Zie Blz.