Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

I
NRIJDEN
De eerste 1600 km (1000 mijl) zijn de belangrijkste
voor de levensduur van uw scooter. Mede door het
juist inrijden gedurende deze periode zal uw
nieuwe scooter zijn maximale levensduur en
prestatie behouden. Door de scooter op de juiste
manier in te rijden zullen de bewerkte
oppervlakken elkaar polijsten waardoor ze soepel
gaan samenlopen.
De betrouwbaarheid en prestatie van een scooter
hangt af van de speciale zorg en terughoudendheid
die worden betracht tijdens de inrijperiode. Het is
in het bijzonder belangrijk dat u de motor niet
dusdanig belast dat de onderdelen ervan niet
oververhit kunnen raken.
Volg de hierna beschreven richtlijnen voor de juiste
inrijmethodes.
Aanbevolen maximum gashendelbediening
gedurende de inrijperiode:
Eerste 800 km: minder dan ½slag;
Tot 1600 km: minder dan ¾ slag.
Varieer de motorsnelheid
De motorsnelheid dient gevarieerd en niet constant
te zijn. Hierdoor kunnen de onderdelen "geladen"
worden met druk en vervolgens ontladen,
waardoor ze kunnen afkoelen en beter gaan
samenlopen. Het is belangrijk dat er enige kracht
wordt uitgevoerd op de motordelen gedurende het
inrijden om dit samenlopen te bewerkstelligen. U
dient echter de motor niet te zwaar te belasten.
Vermijd een constante lage snelheid.
Als de motor op een constante lage snelheid rijdt
(lichte belasting) kan dit verglazing van de delen
tot gevolg hebben, waardoor ze zich niet zetten.
Laat de motor vrij accelereren via de versnelling,
zonder de aanbevolen maximumsnelheden te
overschrijden.
Geef echter geen vol gas gedurende de eerste
1600 km.
53

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave