MINI 60 S en MAXI 120 S/150 S
8
Gebruik
De MINI 60 S en MAXI 120 S/150 S mag alleen door een door de
ondernemer aangewezen en bevoegde persoon worden bediend. Deze
persoon moet met de bedieningsinstructies vertrouwd zijn, over
voldoende ervaring beschikken en over de bestaande gevaren in de
omgang met de hijs- en hefwerktuigen zijn geïnstrueerd.
(zie hoofdstuk 1.7 Reglementair gebruik, Pagina 17)
Bedieningspersoneel (zie hoofdstuk 1.9 Bedieningspersoneel,
Pagina 18)
8.1
Veiligheid tijdens het gebruik
Levensgevaar door vallende last!
Niet op/onder zwevende last verblijven.
Last alleen aan de aanslagpunten hijsen.
Alleen geschikte aanslagmiddelen/lastopnamemiddelen
gebruiken.
Het is verboden vastzittende/geklemde lasten op te tillen.
Het is verboden lasten onder een hoek te trekken.
Het transport van personen is verboden!
• Gevarenzone van de lift afzetten en breng een waarschuwingsbord
aan.
• De lift moet buiten de gevarenzone worden bediend.
• Maak u voor het begin van de werkzaamheden op de bouwplaats
vertrouwd met de werkomgeving, bijv. obstakels in het werk- en
verkeersgebied en de noodzakelijke bescherming van de
bouwplaats tegen openbaar wegverkeer.
• De bediener moet altijd goed zicht hebben op het lastopnamemiddel
en moet het lastopnamemiddel tijdens het rijden in de gaten houden.
• Beveilig de lift altijd tegen onbevoegd gebruik! - Bewaar de
handbediening aan het einde van het werk of tijdens pauzes op een
veilige plaats of schakel de sleutelschakelaar op de handbediening
uit en verwijder de sleutel.
• Als het lastopnamemiddel tijdens het gebruik door een storing stopt,
is de bediener verplicht de lading terug te halen.
- - Laat een beladen lastopnamemiddel nooit onbeheerd achter!
• Aanslagmiddelen/lastopnamemiddelen niet aan één zijde beladen.
• Niet onder de lading blijven staan of werken.
• Ten minste eenmaal per dag controleren op zichtbare
beschadigingen en gebreken. Rapporteer veranderingen of
storingen onmiddellijk aan de bedrijfsleiding of hun
BL068 NL 2022-10
GEVAAR
Gebruik
63