Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inhoudsopgave ....................... 3 Algemeen ........................ 5 Toelichtingen bij de bedrijfshandleiding ............... 5 Afkortingen ........................7 Gegevens over de machine ..................8 Naam en adres van de fabrikant ................. 8 Aanwijzingen omtrent auteurs- en beschermingsrechten ..........9 Aanwijzingen voor de expoitant ................... 9 Reglementair gebruik ....................
Pagina 4
Inhoudsopgave 4.4.12 Montagebrug ........................40 4.4.13 Heftraverse ........................40 Bedrijf ........................41 Veiligheid tijdens het bedrijf ..................41 Inbedrijfstelling ......................43 5.2.1 Veiligheidscontroles vóór werkbegin ..................43 Bediening van de liftkooitoegangen ................44 5.3.1 Schuifdeuren bij het bodemstation en de liftkooi ..............44 5.3.2 Etageschuifdeur ........................
Algemeen Algemeen Toelichtingen bij de bedrijfshandleiding Deze bedrijfshandleiding is een belangrijke hulp voor de succesvolle en gevaarloze werking van de machine. De bedrijfshandleiding bevat belangrijke aanwijzingen om de machine veilig, deskundig en economisch te gebruiken. De inachtneming helpt erbij om gevaren te vermijden en de betrouwbaarheid en levensduur van de machine te verhogen.
Pagina 6
Algemeen De in de bedrijfshandleiding gebruikte structuurelementen zien er als volgt uit en hebben de hierna vermelde betekenis Symbool voor veiligheid op de werkplek Dit symbool treft u aan bij alle veiligheidsinstructies die wijzen op gevaar voor leven en welzijn van personen. Neem deze voorschriften in acht en wees voorzichtig! Waarschuwingsniveau Gevolg...
Algemeen Afkortingen De volgende afkortingen kunnen in de handleiding gebruikt worden. max. maximaal Newtonmeter min. minimaal km/h kilometer per uur min. minuten mijl per uur enz. enzovoort incl. inclusief evt. eventueel evt. eventueel bijv. bijvoorbeeld d.w.z. dat wil zeggen milliliter m.b.t.
Vervangings- en slijtageonderdelen die gebruikt worden moeten voldoen aan de door de firma GEDA vastgelegde technische eisen. Dit is bij originele vervangingsonderdelen gewaarborgd. Belast alleen gekwalificeerd en/of opgeleid personeel met de in deze handleiding beschreven werkzaamheden.
Algemeen Reglementair gebruik De GEDA Multilift P18 is een tandheugellift voor tijdelijke inzet op bouwplaatsen, • die alleen door geïnstrueerd en bevoegd bouwplaatspersoneel mag worden bediend. • die bedoeld is voor het transport van materiaal en personen, die op geïnstalleerde en beveiligde plaatsen (etagebeveiligingsdeuren) de liftkooi kunnen verlaten.
• nationale voorschriften in acht nemen. • beschadigingen of storingen onmiddellijk aan de beheerder melden. 2.7.3 Gebruik in strijd met de voorschriften • De GEDA MULTILIFT P18 is niet ontworpen voor permanente opbouw. • De GEDA MULTILIFT P18 mag niet vrijstaand (zonder verankering) opgebouwd worden.
Algemene veiligheidsinformatie Algemene veiligheidsinformatie De machine is conform de actuele stand van de techniek en andere erkende veiligheidstechnische regels geconstrueerd en gebouwd. Ondanks dat kunnen er bij gebruik gevaren voor het personeel of derden resp. schade aan de machine en andere materiële zaken optreden, bijv.
Algemene veiligheidsinformatie Veiligheidsaanwijzingen voor het bedieningspersoneel De bedrijfshandleiding moet altijd op de plaats van gebruik van de machine klaar liggen. De machine mag alleen in een technisch onberispelijke toestand en doelmatig en rekening houdend met alle mogelijke veiligheids- en gevaaraspecten met inachtneming van deze bedrijfshandleiding worden gebruikt.
Algemene veiligheidsinformatie Veiligheidsinstructies voor het transport Meld transportschade en/of ontbrekende onderdelen onmiddellijk aan de leverancier. Draag tijdens de transportwerkzaamheden veiligheidshelm, veiligheidsschoenen en veiligheidshandschoenen! Kom nooit onder zwevende lasten! Gebruik voor het transport naar de opstelplaats uitsluitend geschikte, genormde en gekeurde hijswerktuigen (heftruck, hijskraan) en aanslagmiddelen (stroppen, riemen, aanslagtouwen, kettingen).
Algemene veiligheidsinformatie Veiligheidsinstructies voor de werking De machine alleen gebruiken als deze zich in een technisch onberispelijke staat bevindt, rekening houden met alle mogelijke veiligheids- en gevaaraspecten en de instructies in de bedrijfshandleiding naleven. Bij een werkonderbreking de machine uitschakelen met de hoofdschakelaar en met een hangslot tegen inschakelen beveiligen.
Algemene veiligheidsinformatie Veiligheidsinstructies onderhoud, instandhouding en verhelpen van storingen Het bedieningspersoneel moet vóór het begin van de uitvoering van speciale en instandhoudingswerkzaamheden worden geïnformeerd. Voorgeschreven of in de bedrijfshandleiding vermelde intervallen voor periodiek uit te voeren keuringen/inspecties moeten nageleefd worden. De instandhoudingszone moet, indien noodzakelijk, royaal beveiligd worden! Principieel moet de machine vóór alle onderhoudswerkzaamheden...
Pagina 17
Algemene veiligheidsinformatie De machine, en in dit geval vooral aansluitingen en boutverbindingen, moet aan het begin van het onderhoud / de reparatie van olie, bedrijfsstoffen, vervuilingen en verzorgingsmiddelen worden gereinigd. Er mogen geen agressieve reinigingsmiddelen gebruikt worden. Bij onderhouds- en instandhoudingswerkzaamheden moeten losgedraaide boutverbindingen altijd met de noodzakelijke momenten weer vastgedraaid worden! Het is niet toegestaan om veiligheidsinrichtingen te veranderen, te...
Algemene veiligheidsinformatie Veiligheid bij werkzaamheden aan de elektrische voorzieningen Bij storingen aan de elektrische installatie van de machine moet deze onmiddellijk met de hoofdschakelaar uitgeschakeld en met een hangslot beveiligd worden! Werkzaamheden aan elektrische voorzieningen van de machine mogen uitsluitend door elektromonteurs conform de elektrotechnische regels worden uitgevoerd! Alleen elektromonteurs mogen toegang krijgen tot de elektrische installatie van de machine en er werkzaamheden aan uitvoeren.
Algemene veiligheidsinformatie Controles De GEDA MULTILIFT P18 is een machine volgens de EG- machinerichtlijn 2006/42/EG. Een kopie van de conformiteitsverklaring is afgedrukt in deze bedrijfshandleiding. Inspecties na de opbouw → Montagehandleiding De volgende inspecties werden reeds in de fabriek uitgevoerd: •...
Technische beschrijving Technische beschrijving Functiebeschrijving De GEDA MULTILIFT P18 is een verticaal opgebouwde tandheugellift die voor de tijdelijke inzet, voor het transport van materiaal en max. 20 personen op bouwplaatsen wordt gebruikt. Op beveiligde overgangen kan de liftkooi betreden en verlaten worden.
Pagina 21
Voor de vangproef is alleen de vangproefbesturing actief, alle andere besturingsplaatsen zijn uitgeschakeld, alleen de NOOD-UIT-toetsen blijven werken. De MULTILIFT P18 kan met of zonder afstand tot de muur worden opgebouwd, al naargelang welke schuifdeuruitvoering (met of zonder hellingbaan) aan de etagekant van de liftkooi gemonteerd is. Deze liftkooideur bepaalt ook welke etage-inrichtingen (met schuifdeur of vleugeldeuren) moeten worden ingezet.
Technische beschrijving 4.2.3 Besturing bij de etages Met de NOODSTOP-toets (1) kan de liftkooi op elk moment gestopt worden. De liftkooi kan met deze besturing tot het grondstation worden bewogen. 1 = NOODSTOP-toets (vergrendelt niet) 2 = OMHOOG-toets 3 = OMLAAG-toets 4 = Etagestoptoets (liftkooi stopt bij de volgende etage) 5 = Contactdoos [rood / 7-polig] voor daarboven...
Technische beschrijving 4.2.6 Alarminrichting De alarminrichting bestaat uit een spreekmodule bij de grondbesturing en een spreekmodule bij de liftkooibesturing. Indien er personen in de liftkooi zijn ingesloten, dan kan via dit intercomsysteem contact worden opgenomen met het personeel op de grond.
Technische beschrijving 4.2.7 Liftkooiverlichting De liftkooiverlichting (1) brandt altijd, zolang de hoofdschakelaar is ingeschakeld. 4.2.8 Dakluik Voor het transport van materiaal dat langer is dan de liftkooi (bijv. buizen), kan bij het dak van de liftkooi een luik worden geopend. ...
Technische beschrijving 4.2.9 Deuren van de liftkooi / grondkooi Schuifdeuren kunnen alleen geopend worden als de liftkooi (gestopt door etage-eindschakelaar) voor de etage-inrichting staat of bij het grondstation (gestopt door de Omlaag-eindschakelaar) op de grond staat. Er kan altijd alleen die schuifdeur worden geopend, die voor de toegang van de grondkooi of voor een etagebeveiligingsdeur staat.
Technische beschrijving Noodontgrendeling schuifdeur van de grondkooi Voor de noodontgrendeling de driekantsleutel (1) door de opening aan de buitenkant van de schuifdeur steken en naar rechts draaien. De sleutel na de ontgrendeling terugdraaien. De driekantsleutel zit in de documenten- en gereedschapsbox. 4.2.10 Documenten- en gereedschapsbox De documenten- en gereedschapsbox (1)
Technische beschrijving Constructiedelen als toebehoren 4.3.1 Schuifdeur met elektrische hellingbaan De elektrische hellingbaan wordt geactiveerd via een binnen- en buitenbesturing. 1 = Draaischakelaar besturing AAN/ UIT 2 = Sluiten-toets 3 = Openen-toets 4.3.2 Heftraverse Heftraverse om de basiseenheid met een kraan op te tillen. Draagvermogen = max.
Technische beschrijving 4.3.3 Koudepakket Bij temperaturen onder – 20 °C mag de machine niet meer worden ingezet. Het koudepakket bewaakt de omgevingstemperatuur en schakelt bij lagere temperaturen de beweging OMHOOG uit, zodat alleen de rit naar het grondstation nog mogelijk is. 4.3.4 Vangproefbesturing De vangproefbesturing mag niet gebruikt...
Technische beschrijving Technische gegevens 4.4.1 Bedrijfs- en omgevingsvoorwaarden De machine mag alleen worden ingezet als aan de volgende bedrijfs- en omgevingsvoorwaarden is voldaan: Temperatuurbereik: minimaal -20 °C maximaal +40 °C Windsnelheid: Bedrijf / Onderhoud / Instandhouding maximaal 72 km/h Montage maximaal 45 km/h Weersomstandigheden:...
Technische beschrijving 4.4.2 Snelheden Hijssnelheid In bedrijf max. 40 m/min. Bij montage 10 m/min. Vanginrichting FV45 (MULTILIFT P18 P tot 2000 kg) Reactiesnelheid ca. 55 m/min. Valversnelling in de liftkooi bij NOOD-UIT < 1 g 4.4.3 Elektrische aansluitwaarden Basiseenheid Bedrijfsspanning...
Technische beschrijving 4.4.4 Opbouwhoogte Verticale opbouw max. 100 m Grotere hoogten dienen bij de fabrikant te worden opgevraagd. 4.4.5 Instaphoogte (drempelhoogte) Instaphoogte 0,45 m Instaphoogte met kabelwagen 0,87 m 4.4.6 Emissie Geluidsdrukniveau < 78 L 4.4.7 Trillingen in de liftkooi Formuletekens = effectieve waarde van de ongewogen versnelling = effectieve waarde van de frequentiegewogen versnelling volgens...
Technische beschrijving 4.4.8 Mast Er mogen uitsluitend originele GEDA mastdelen gebruikt worden. Lengte 1,5 m Gewicht 44,4 kg Aandraaimoment 150 Nm (sleutelwijdte 24 mm) (oogbouten) Eerste mastverankering ≤ 8 m Verticale afstand mastverankeringen ≤ 10 m Verticale afstand ≤ 6 m sleepkabelgeleiding Max.
Pagina 37
Technische beschrijving Mast inclination Assembly height (H) max. when erected vertically in X and Y direction Example 1 Example 2 Assembly height = 50 m Assembly height = 100 m 50 m 100 m = 0.1 m = 0.2 m ...
Technische beschrijving 4.4.9 Gegevens met liftkooi 2,0m x 1,4m Draagvermogen Bedrijf 2000kg / 14 personen 1920 kg + 1 1840 kg + 2 1760 kg + 3 1680 kg + 4 1600 kg + 5 1520 kg + 6 ...
Technische beschrijving 4.4.10 Gegevens met liftkooi 2,6m x 1,4m Draagvermogen Bedrijf 2000kg / 18 personen 1920 kg + 1 1840 kg + 2 1760 kg + 3 1680 kg + 4 1600 kg + 5 1520 kg + 6 ...
Technische beschrijving 4.4.11 Gegevens met liftkooi 3,2m x 1,4m Draagvermogen Bedrijf 2000kg / 20 personen 1920 kg + 1 1840 kg + 2 1760 kg + 3 1680 kg + 4 1600 kg + 5 1520 kg + 6 ...
Bedrijf Bedrijf De liftmag alleen door een door de ondernemer aangewezen, bevoegde persoon worden bediend. Deze persoon moet met de bedrijfshandleiding vertrouwd zijn, over voldoende ervaring beschikken en over de bestaande gevaren in de omgang met de hijswerktuigen geïnformeerd zijn. Bedieningspersoneel zie hoofdst.
Pagina 42
Bedrijf GEVAAR Levensgevaar Lift bij brand niet gebruiken. GEVAAR Levensgevaar Verdrukken door liftkooi. Tijdens werking nooit in de grondkooi verblijven. Bij werkzaamheden binnen de grondkooi de hoofdschakelaar uitschakelen en beveiligen tegen inschakelen. WAARSCHUWING Val- en struikelgevaar Bij het betreden / verlaten van de liftkooi op verhogingen en voorwerpen op de grond letten.
Bedrijf Inbedrijfstelling Hoofdschakelaar (op de schakelkast grondstation) op stand “I” [ON] draaien. Sleutelschakelaar op de grondbesturing op stand “1” draaien. Sleutelschakelaar op de liftkooibesturing op bedrijf schakelen. Schuifdeuren van de liftkooi en de grondkooi moeten gesloten worden.
Bedrijf Bediening van de liftkooitoegangen 5.3.1 Schuifdeuren bij het bodemstation en de liftkooi Schuifdeuren van de grondkooi resp. van de liftkooi mogen alleen geopend kunnen worden wanneer de liftkooi bij het grondstation of voor een etagebeveiligingsdeur staat. Verticale schuifdeur met tegengewicht Openen ...
Pagina 45
Bedrijf Verticale schuifdeur met hellingbaan Openen/sluiten van binnen: Deur aan de greeplijst (2) voorzichtig openen of sluiten. Hellingbaan beweegt automatisch omhoog / omlaag. Openen/sluiten van buiten: Schuifdeur aan hendel (3) openen of sluiten. Controle Hellingbaan moet veilig op de bodem van de etage resp. op de overgangsplaat van de etagebeveiligingsdeur liggen.
Pagina 46
Bedrijf Optie voor schuifdeur met hellingbaan De schuifdeur met hellingbaan bij de liftkooi kan worden geleverd met een elektrische aandrijving. De elektrisch aangedreven schuifdeur kan vanuit de liftkooi en vanaf de etage worden bediend. Beide bedieningsplekken kunnen gescheiden van elkaar actief resp. uitgeschakeld worden.
Bedrijf 5.3.2 Etageschuifdeur Etagebeveiligingsdeuren met schuifdeur mogen alleen na het volledige uitklappen van de hellingbaan worden geopend. Openen De hendel (1) in de richting van de pijl drukken en schuifdeur (2) open schuiven. Sluiten Schuifdeur (2) dicht schuiven, tot de hendel (1) naar beneden vergrendelt.
Bedrijf Bediening van de besturingen 5.4.1 Besturing bij het grondstation 1 = NOOD-UIT- toets Stijgen Toets OMHOOG (2) indrukken. De liftkooi beweegt direct tot aan de bovenste etage en stopt daar. Dalen Toets OMLAAG (3) indrukken en loslaten. De liftkooi beweegt vanuit elke etage naar beneden tot aan het grondstation.
Bedrijf 5.4.3 Liftkooibesturing 1 = NOOD-UIT-toets 2 = Sleutelschakelaar (moet voor bedrijf naar rechts geschakeld zijn) Stijgen Toets OMHOOG (5) indrukken en loslaten. De liftkooi beweegt automatisch tot aan de bovenste etage en stopt daar. De etage-indicatie (13) laat de bewegingsrichting zien en bij etagestop de actuele etage Dalen ...
Bedrijf 5.4.4 Liftkooibesturing met etagekeuze (optie) 1 = NOOD-UIT-toets 2 = Sleutelschakelaar (moet voor bedrijf naar rechts geschakeld zijn) Naar etage 1 tot 9 Door kort een bestemmingstoets voor etage 1 tot 9 (5 / 8) in te drukken de gewenste halte kiezen.
Bedrijf Stilzetten in noodgeval In situaties die een gevaar vormen voor het personeel of voor de lift kan de liftkooi door indrukken van een NOOD-UIT-toets worden stilgezet. Een NOOD-UIT-toets (1) bevindt zich op de besturing van het grondstation en op de liftkooibesturing. ...
Bedrijf Werkonderbreking - einde van het werk Liftkooi naar het grondstation verplaatsen en lossen. Bij kans op vorst liftkooi iets omhoog bewegen, zodat de OMLAAG-eindschakelaar vrij is. Sleutelschakelaar op de besturing van het grondstation uitschakelen en sleutel uittrekken. ...
Storingen – diagnose - reparatie Storingen – diagnose - reparatie WAARSCHUWING Opsporing en verhelpen van storingen alleen laten uitvoeren door speciaal daarvoor geschoold en geautoriseerd personeel. Voordat een storing wordt opgespoord, de liftkooi indien mogelijk aan de grond brengen en de lading lossen! Zet de lift onmiddellijk stil als er storingen optreden, die de bedrijfsveiligheid van de lift in gevaar brengen! GEVAAR...
Storingen – diagnose - reparatie Diagnosesysteem (optie) Het diagnosesysteem (1) dient voor de 1 = M A X . 2 0 0 0 k g / 2 0 snelle en gemakkelijke identificatie van 0 = M A X . 1 0 0 0 k g / schakeltoestanden van de eindschakelaars.
Storingen – diagnose - reparatie Storingstabel Hier volgend vindt u mogelijke storingen en de bijhorende oplossing. Storing Oorzaak Oplossing Groene Netstekker uitgetrokken Netstekker insteken controlelamp (1) uit Netzekeringen Netbeveiligingen controleren, evt. vervangen/inschakelen Fase-uitval Fasen meten / correctie Fasevolgorde verkeerd Correctie van de fasevolgorde bij de fase-inverter (zie hoofdstuk 6.3.1) Hoofdschakelaar uit...
Pagina 56
Storingen – diagnose - reparatie Storing Oorzaak Oplossing Groene Vetreservoir van de Vetreservoir vullen (zie controlelamp (1) smeerinrichting is leeg onderhoudshandleiding) knippert langzaam Groene Overtemperatuur van de Wachten tot de controlelamp (1) aandrijfmotoren aandrijfmotoren zijn afgekoeld knippert snel en liftkooi uitladen. Overtemperatuur van de Last verminderen remweerstanden...
Gebruik bij de fase-inverter een schroevendraaier en draai de twee contact- pennen (1) 180°. De MULTILIFT P18 heeft een rechts draaiveld nodig 6.3.2 Motoren leveren niet het volle vermogen: • Spanningsdaling van meer dan 10% van de nominale spanning.
Storingen – diagnose - reparatie 6.3.4 Liftkooideur resp. grondkooideur/etagedeur kan niet geopend worden De liftkooideur resp. grondkooideur/etagedeur kunnen niet geopend worden als de liftkooi niet voor de grondkooideur resp. een etagedeur staat of de liftkooi niet van spanning wordt voorzien. Mogelijke oorzaak: •...
Storingen – diagnose - reparatie 6.3.6 Liftkooi te laag gereden De Nood-eindschakelaar van de liftkooi kan de onderste NOOD- eindschakelaarbeugel bereiken, als • de luchtspleet van de remmen te groot is, • de OMLAAG-eindschakelaar aan de onderste halte defect is, •...
Storingen – diagnose - reparatie 6.3.7 Frequentieomvormer is uitgeschakeld Aanwijzing bij de Reset-toets Een geactiveerd rijcommando wordt verwijderd door een geopende veiligheidskring (bijv. NOOD-UIT-toets; NOODSTOP-toets aan de etagebesturing enz.). Na het opnieuw inschakelen van een NOOD-UIT- toets volgt er geen nieuwe start van de liftkooi. Als er een rijcommando wordt gegeven hoewel de frequentieomvormer op storing staat, dan beweegt de liftkooi niet.
Storingen – diagnose - reparatie Reset-toets voor de frequentieomvormer Toets (3) op de liftkooibesturing heeft een dubbele functie: • → Etagestoptoets als de liftkooi in beweging is. • → Reset-toets voor de frequentieomvormer als de liftkooi stilstaat. Reset-toets (3) kort indrukken om de frequentieomvormer te resetten.
Storingen – diagnose - reparatie 6.3.9 Vanginrichting heeft gereageerd De lift is uitgerust met een vanginrichting die de liftkooi bij te hoge snelheden afremt. Nadat de vanginrichting heeft gereageerd, is het niet mogelijk om verder te gaan. WAARSCHUWING Levensgevaar Alle personen moeten de liftkooi verlaten. Oorzaak voor het activeren van de vanginrichting opsporen, de liftkooi borgen en schade repareren voordat de vanginrichting wordt vrijgemaakt!
Pagina 63
Storingen – diagnose - reparatie Borgmoer (1) bij de vanginrichting losdraaien. Beschermkap (2) van de vangvoorziening zo ver naar links draaien, totdat het lipje van de eindschakelaar (3) in de groef van de beschermkap (2) vastklikt. Borgmoer (1) weer vastdraaien. ...
Storingen – diagnose - reparatie Berging van personen / liftkooi Een berging kan noodzakelijk worden bijv. • bij stroomuitval. • bij storingen van de elektrische installatie van de lift. • door de uitval van aandrijvingen. • door activeren van de vanginrichting. WAARSCHUWING Indien de liftbediener zich bij de organisatie en uitvoering van de bergingswerkzaamheden niet zeker en gekwalificeerd voelt, dan...
Storingen – diagnose - reparatie 6.4.2 Berging van de liftkooi In geval van nood kan de volgende lagere etage door openen van de motorremmen worden bereikt. Hierdoor kunnen ingesloten personen evt. zelf evacueren. WAARSCHUWING Triggeren van de vanginrichting door te snel dalen. Liftkooi wordt daardoor geblokkeerd en moet vervolgens eerst omhoog rijden.
Pagina 66
Storingen – diagnose - reparatie VOORZICHTIG De rem wordt erg heet. Daalsnelheid ca. 1 m/min – 1,5 m/min. Afdalen ten laatste om de 3-4 meter 2 minuten onderbreken. Als oriëntatiepunt kan de lengte van een mastelement worden gebruikt. Als de volgende etage is bereikt beide hendels (1) loslaten. ...
Storingen – diagnose - reparatie 6.4.3 Bergen van ingesloten personen Laten zakken van de liftkooi door ontluchten van de motorrem is niet mogelijk als bijv. de vangrem gereageerd heeft. WAARSCHUWING Controleer nu of delen van het aandrijfsysteem gebroken, beschadigd of niet meer operationeel zijn. In dit geval mag de vanginrichting niet geopend worden.
Storingen – diagnose - reparatie 6.4.4 Verlaten van de liftkooi via de montagebrug. Voor noodberging kan de montagebrug (naast de mast) van buiten ontgrendeld worden. Veiligheidsvergrendeling (1) tegen de klok in naar beneden klappen. Montagebrug van binnen openen. Met de rechterhand de montagebrug in zijn greeplijst (3) naar zich toe trekken en met de linkerhand de pal (2) openen.
Het typeplaatje bevindt zich in de liftkooi. Vervangingsonderdelen moeten voldoen aan de technische eisen van de fabrikant! Gebruik alleen originele vervangingsonderdelen van GEDA. Neem voor service- of reparatiewerkzaamheden contact op met onze klantenservice: Voor distributie en klantenservice zie hoofdstuk 2.4...