Pagina 1
Temperatuurregelaar zonder hulpenergie Temperatuurregelaar Type 1 en type 1u Type 4 en type 4u Type 1 in mof- en flensuitvoering Type 4 Type 4u Temperatuurregelaar type 1 en type 4 Inbouw- en bedieningsvoorschrift EB 2111/2112/2113/2121/212 N 3 Uitgave Maart 2014...
Pagina 2
Betekenis van de aanwijzingen in dit inbouw- en bedieningsvoorschrift WAARSCHUWING! PAS OP! Waarschuwing voor gevaarlijke situa- Waarschuwing voor materiële schade. ties die tot de dood of tot ernstig letsel kunnen leiden. Aanwijzing: Aanvullende uitleg, informatie en tips. EB 2111/2112/2113/2121/2123...
Inhoudsopgave Algemene veiligheidsaanwijzingen ..............4 Te regelen medium, toepassingsgebied ............5 Opslag en transport ..................5 Opbouw en werking ..................5 Installatie ......................8 Het ventiel installeren ..................8 4.1.1 Vuilfilter ......................9 4.1.2 Extra componenten ..................9 De thermostaat installeren ................10 4.2.1 Staafsensor – type 2231 en 2232 – ..............10 4.2.2 Luchtsensor – type 2233, 2234 en 2235 – .............11 4.2.3...
− De veiligheidsaanwijzingen in deze handleiding, met name voor de installa- tie, de inbedrijfstelling en het onderhoud, moeten beslist worden nageleefd. − In dit inbouw- en bedieningsvoorschrift worden met vaklui personen bedoeld die het werk dat ze opgedragen krijgen, op grond van hun vakopleiding, hun kennis en ervaring en hun kennis van de toepasselijke normen, kunnen beoordelen en die mogelijke gevaren herkennen. − De apparaten voldoen aan de eisen uit de Europese richtlijn betreffende drukapparatuur 97/23/EG. Bij een apparaat dat is voorzien van een CE- merk, geeft de conformiteitsverklaring informatie over de gebruikte methode om de conformiteit te beoordelen. We stellen de toepasselijke conformiteitsverklaring desgewenst ter beschikking. − Zorg er voor een juist gebruik voor dat de temperatuurregelaars alleen worden ingezet waar de bedrijfsdruk en -temperatuur niet hoger zijn dan de ontwerpcriteria waarop de bestelling is gebaseerd. − SAMSON is niet verantwoordelijk voor schade door krachten of andere in- vloeden van buiten. − De gevaren die van het medium, de bedrijfsdruk of van bewegende delen rond de temperatuurregelaar kunnen uitgaan, moeten door passende maat- regelen gemitigeerd worden. − Het is een randvoorwaarde dat de temperatuurregelaar vakkundig wordt vervoerd en opgeslagen tijdens de montage en installatie, en zorgvuldig wordt bediend en onderhouden. Aanwijzing: De niet-elektrische ventieluitvoeringen met ventielhuizen zonder iso- lerende bekleding hebben op grond van de beoordeling van explosiegevaar over- eenkomstig EN 13463-1 2009 paragraaf 5.2, ook bij zelden voorkomende be- drijfsstoringen, geen eigen potentiële ontstekingsbronnen en vallen daarom niet onder richtlijn 94/9/EG. Bij het aansluiten aan aarde dient paragraaf 6.3 van EN 60079-14 VDE 0165-1 2009 deel 1 in acht te worden genomen. EB 2111/2112/2113/2121/2123...
2.1 Opslag en transport De temperatuurregelaars moeten zorgvuldig worden behandeld, opgeslagen en vervoerd. De temperatuurregelaar dient voor de installatie beschermd te worden tegen invloeden van bui- ten zoals vuil, vochtigheid en vorst. Opbouw en werking Zie ook “Afbeelding 2: Opbouw en werking, weergave regelaar” op pagina 7. Type 1 / type4: Het ventiel sluit, als de temperatuur van het medium toeneemt en de ingestel- de gewenste waarde wordt overschreden. Type 1u / type 4u: Het ventiel opent, als de temperatuur van het medium toeneemt en de in- gestelde gewenste waarde wordt overschreden. De temperatuurregelaars bestaan uit het ventiel (1), de thermostaat (temperatuursensor) (19) en de verbindingspijp (11). Het ventiel bestaat in essentie uit het huis met de zitting (2), klep (3) en klepsteel (5). Deze zijn gecombineerd met de verschillende thermostaten.
Pagina 6
Opbouw en werking Tabel 1: Opbouw type 1 en type 4 volume in de sensor (19) doorloopt de klep, overeenkomstig de ingestelde gewenste waar- Temperatuur- Ventiel Thermostaat regelaar de, zijn slag binnen een hoger of lager bereik Type 1 Type 2111 van de temperatuur die de sensor meet. Type 1u Type 2121 Type 2231 Legenda bij Afbeelding 2 Type 4 Type 2114 type 2235 Ventiel Regelthermostaat Type 2114 met Type 4u Ventielhuis Moer omkeerstuk Zitting Werkzaam element...
Pagina 7
Opbouw en werking Type 1 – ventiel type 2111 – Mofbehuizing CC491K/499K Flensbehuizing Flensbehuizing 1.0619, 1.4581 EN-JS1049, EN-JL1040 Type 1u – ventiel type 2121 – Mofbehuizing CC491K/499K Flensbehuizing EN-JS1049 Thermostaat type 2231 (staafsensor) Type 4 / type 4u – ventiel type 2114 – Flensbehuizing EN-JL1040, EN-JS1049, 1.0619, 1.4581, 1.4408 Omkeerstuk bij type 4u Afbeelding 2: Opbouw en werking, weergave regelaar EB 2111/2112/2113/2121/2123...
Gevaar voor letsel en schade. Bouw voor de regelaar daarom een vuil fi lter De behuizing is pas afgesloten als de in (zie “4.1.1 Vuilfilter” op pagina 9), thermostaat is gemonteerd. Schroef omdat anders afdichtingsdeeltjes, lasresten het werkzame element vast aan het of andere verontreinigingen in het medium, ventiel.
Installatie 4.1.1 Vuilfilter Aanwijzing: Installeer het ventiel in een horizontaal Bouw een vuilfilter in vóór de temperatuur- lopende pijpleiding met het werkzame regelaar. element loodrecht naar beneden. − De pijl op het huis moet overeenkomen Bij type 1u en bij type 4u (hier max. met de doorstroomrichting.
Installatie 4.2 De thermostaat installeren Aanbevelingen voor de installatie Kies de inbouwplaats zodanig, dat de sensor Zie ook “Afbeelding 2: Opbouw en werking, zo dicht mogelijk bij de warmtebron zit. Let er weergave regelaar” op pagina 7. daarbij op dat er op deze plaats geen plaat- selijke oververhitting kan optreden. 4.2.1 Staafsensor – type 2231 Installeer de sensor in het geval van een boi- en 2232 – ler normaal gesproken in het bovenste derde deel. Staafsensoren worden gebruikt om vloeistof- fen te regelen. Ze zijn bedoeld om ingebouwd Installeer de sensor in het geval van een tegen- te worden in pijpleidingen, warmtewisselaars, stroomapparaat in een bocht direct achter de boilers, baden, tanks enz.
Installatie 1. Las op de inbouwplaats een aansluitpijp wordt. Houd daarbij rekening met de tempe- van ca. 40 mm (met binnendraad). Dit ratuursafhankelijke uitzetting van het vulmid- geldt ook als er een thermowell wordt ge- del en vul de vrije ruimte niet geheel op of bruikt. draai de moer van de sensor niet geheel vast, zodat de druk kan ontsnappen. 2. Maak het koppelstuk (17) of de thermo- well (indien beschikbaar) los van de sen- sor (19) en draai hem in de aangelaste 4.2.2 Luchtsensor – aansluiting. type 2233, 3. Stel de schaal van de gewenste waarde 2234 en 2235 – (13) met de sleutel (12) in op de hoog- ste waarde. Type 2233 en 2234 worden toegepast in luchtverwarmers, luchtkanalen, droogkasten 4. Plaats de sensor met de afdichtring in het enz. De sensor wordt van buiten af in de des-...
Het dynamische gedrag van de regelaar moet zich in een omgeving met een zo con- hangt vooral af van de reactiesnelheid van tant mogelijke temperatuur bevinden. de sensor, aangegeven met de karakteristie- Type 2235 is voorzien van een temperatuur- ke tijdconstante. Hieronder vindt u de tijdcon- sensor die ter plaatse wordt opgebouwd. stanten van SAMSON-thermostaten met de Hierdoor kunnen vrijwel alle temperatuurbe- verschillende werkingsprincipes, gemeten in reiken worden gemeten. Bij deze uitvoering water. moet de setpoint-insteller buiten de te rege- len ruimte op een gemakkelijk bereikbare plek Tabel 2: Tijdconstanten van thermostaten...
Zie ook “Afbeelding 2: Opbouw en werking, de gewenste waarde. Als u tegen de wij- weergave regelaar” op pagina 7. zers van de klok in draait (), verlaagt u de temperatuur. 5.1 Inbedrijfstelling Aanwijzing: WAARSCHUWING! U kunt een hogere temperatuur instel- Als de installatie in gebruik wordt ge- len in vrij te kiezen stappen. Een la-...
Extra onderdelen inbouwen Vooraanzicht, behuizing schaalverdeling bo- Werkwijze ven. Een verdraaiing van 360° komt overeen 1. Stel de gewenste temperatuur in op de met een verandering van de gewenste waar- hoogste waarde, zodat de pin van het de van ongeveer 1,5 °C. werkzame element vrijkomt van het ven- 3. Draaien met de wijzers van de klok tiel. mee : Gewenste waarde wordt hoger 2. Schroef het werkzame element eraf. − Draaien tegen de wijzers van de klok 3. Schroef het verlengstuk op het ventielhuis in : Gewenste waarde wordt lager en bevestig het werkzame element weer. 4. Gewenste waarde instellen volgens “5.1 Inbedrijfstelling” op pagina 13.
Pagina 15
– Druk – ventiel worden bevestigd als de stang (3) volledig naar binnen geschoven is. Bij aflevering is de veer (8) van het omkeer- stuk voorgespannen via de hendel (4), door met afdichtingsringen met balg een houten klos (5) met ring (6) en moer (7). Werkwijze Dubbele aansluiting 1. Voorgespannen omkeerstuk aan het on- derste deel van het ventiel schroeven. 2. Draai de moer (7) vanwege de voorspan- ning voorzichtig los en neem hem samen met de houten klos en de ring van het om- keerstuk af. Bewaar de onderdelen (om opnieuw te gebruiken). Met deze onder- delen kan het omkeerstuk bijvoorbeeld weer worden voorgespannen als deze...
Als de temperatuur hoger is dan de ingestel- 2. Verwijder het werkzame element nadat de de waarde, dan kan dit de volgende oorza- moer is verwijderd. ken hebben: 3. Schroef de ventielflens met het onderste − Zitting en klep van het ventiel zijn vuil. deel (4) van het ventielhuis en trek hem er naar beneden uit. − Zitting en klep sluiten niet meer goed af vanwege natuurlijke slijtage. 4. Maak de zitting en de klep schoon of ver- vang ze zo nodig. − De thermostaat is defect ten gevolge van oververhitting. Maatregelen 1. Een defecte thermostaat moet worden vervangen. Als de thermostaat in orde is, stel dan de gewenste waarde in op de hoogste waarde, zodat de pin van het werkzame element (9) vrijkomt van de klepsteel van het ventiel. EB 2111/2112/2113/2121/2123...
Serienummer-index Inbedrijfstellingsnummer/-datum -waarde Doorlaat Nominale druk Max. verschildruk Δp Max. temperatuur Materiaal huis Bij ANSI-uitvoering Doorlaat Max. verschildruk Δp Max. temperatuur (°F) Materiaal huis -waarde (K x 1,17) ANSI-Class (nominale druk) Afbeelding 6: Typeplaat voor flensventielen Service Als er een storing of een defect is, biedt de klantenservice van SAMSON ondersteuning. Richt u voor aanvragen aan de klantenservice via e-mail tot: service@samson.de. U vindt meer adressen van SAMSON AG en zijn dochterondernemingen, agentschappen en servicediensten op Internet www.samson.de, in SAMSON-productcatalogi en op de achter- kant van deze handleiding. De volgende informatie (zie “Afbeelding 6: Typeplaat voor flensventielen”) maakt het gemak- kelijker om de fout op te sporen. − Type en doorlaat van het ventiel, type thermostaat ... − Serienummer met index − Voordruk en reduceerdruk − Temperatuur en regelmedium −...
Afmetingen en gewicht 10 Afmetingen en gewicht Tabel 3: Maten in mm en gewichten in kg Type 1 Doorlaat G G ¾ G 1 Lengte L EN-JS1049, – EN-JL1040, CC491K/499K – Gewicht, ca. 10 – 1.0619, 1.4581 – Gewicht, ca. – 4 kg 11,5 13,5 Lengtewijziging met tussenstuk: +55 mm en met verlengstuk: +140 mm/180 mm voor PN 16; bij PN 25/40: +15 %...
Pagina 19
Afmetingen en gewicht Type 1 en type 4 Type 1 Ventiel type 2111 type 2114 Flensbehuizing Mofbehuizing EN-JS1049, EN-JL1040 CC491K/499K Ø25 Flensbehuizing type 1: 1.0619, 1.4581 Ø25 type 4: EN-JL1040, EN-JS1049, 1.0169, 1.4581 Type 4u Ventiel typ 2114 met omkering Thermostaat type 2232/34 met gescheiden setpoint-insteller Type 1u Ventiel type 2121 Ø25 Flensbehuizing Flensbehuizing Mofbehuizing EN-JL1040, EN-JS1049, 1.0169, 1.4408 EN-JS1049 CC491K/499K Afbeelding 7: Afbeelding met maten · Alle maten in mm...
Afmetingen en gewicht 10.1 Accessoires ∙ Afmetingen en gewicht Type 2232/2233/2234/2235 · dragerelement en afdekkap voor bevestiging aan de muur SAMSON biedt diverse bevestigingsbeugels aan om de set- point-insteller en de sensor aan de muur te bevestigen (zie foto). In de afdekkappen zijn de bevestigingsbeugel voor de sensor al ingebouwd. Bevestigingsbeugel met console voor setpoint-insteller Artikelnr.: 8395.-0039 voor sensor Artikelnr.: 8395.-0037 Verlengstuk/tussenstuk Verlengstuk Standaarduitvoering L = ca. 140 mm, ca. 0,5 kg met afdichtingsbalg (bijzondere uitvoering) L = ca. 180 mm, ca. 0,6 kg Tussenstuk met afdichtringen L = ca. 55 mm, ca. 0,2 kg Als deze accessoires worden gebruikt worden H en H1 verhoogt met L Afbeelding 8: Afmetingen van de accessoires · maten in mm EB 2111/2112/2113/2121/2123...
Pagina 21
Afmetingen en gewicht Type 2231/2232 · thermowell Thermostaat Type 2231 2232 Inbouwdiepte T2 Type 2231/2232 · thermowell voor brandbare gassen (PN 100) Thermostaat Type 2231 2232 Lengte L1 Lengte L2 Type 2233 / type 2234 · flens Flens PN 6; 140 buiten-Ø Flens PN 40/DN 32 (maten tussen haakjes) Afbeelding 9: Afmetingen van de accessoires · maten in mm EB 2111/2112/2113/2121/2123...
Omzetten van verchromen naar iriserend passiveren De productie van SAMSON is bezig met het wijzigen van de oppervlaktebehandeling van gepassiveerd stalen onderdelen. Als gevolg hiervan kunt u een apparaat ont vangen wat is samengesteld uit delen die zijn onderworpen aan verschillende oppervlakte...