19.3 Checklist voor de inbedrijfstelling
19.4 Proefdraaien
FXFN50~112A2VEB
CO₂ Conveni-Pack: binnenunit
4P677925-1 – 2021.07
WAARSCHUWING
Als de panelen van de binnenunits nog niet geïnstalleerd zijn, moet u de voeding na
het proefdraaien uitschakelen. Schakel hiervoor het systeem UIT via de
gebruikersinterface. Leg de unit NIET stil met de stroomonderbrekers.
1 Controleer na de installatie van de unit de hierna vermelde punten.
2 Sluit de unit.
3 Schakel de unit in.
Lees de volledige instructies voor installatie en gebruik, zoals beschreven in de uitgebreide
handleiding voor de installateur en de gebruiker.
De binnenunit moet juist gemonteerd zijn.
De buitenunit moet juist gemonteerd zijn.
Controleer of de afvoerleiding goed is geïnstalleerd, geïsoleerd en het afvoerwater goed
kan wegstromen. Controleer op waterlekken.
Mogelijk gevolg: Er kan condenswater naar beneden druppelen.
De koelmiddelleidingen (gas en vloeistof) zijn goed geïnstalleerd en thermisch geïsoleerd.
Er zijn GEEN koelmiddellekkages.
Er zijn GEEN ontbrekende fasen of omgekeerde fasen.
Het systeem is goed en op de juiste manier geaard en de aardingsklemmen zijn goed
aangehaald.
De zekeringen of lokaal geïnstalleerde beveiligingen zijn overeenkomstig dit document
geïnstalleerd en zijn NIET overbrugd.
De voedingsspanning komt overeen met de spanning op het identificatieplaatje van de
unit.
Er zijn GEEN losse aansluitingen of verbindingen of beschadigde elektrische onderdelen in
de schakelkast.
Er zijn GEEN beschadigde onderdelen of buizen die tegen de binnenkant van de binnen- of
buitenunit gedrukt worden.
De afsluiters (gas en vloeistof) op de buitenunit staan volledig open.
INFORMATIE
▪
Voer het proefdraaien uit zoals beschreven in de handleiding van de buitenunit.
▪
Het proefdraaien is alleen voltooid als er geen storingscode op de
gebruikersinterface of het 7-segmentendisplay van de buitenunit staat.
▪
Zie de servicehandleiding voor de volledige lijst met foutcodes en een
gedetailleerde uitleg voor het opsporen en oplossen van elke fout.
OPMERKING
Onderbreek het proefdraaien NIET.
19
Inbedrijfstelling
|
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
77