Download Print deze pagina

Bosch Compress 3400i AWS CS3400iAWS 10 B Installatiehandleiding pagina 23

Binneneenheid voor lucht-water

Advertenties

6.4
Werkingscontrole
▶ Neem de installatie in bedrijf conform de handleiding van de bedie-
ningseenheid.
▶ Ontlucht de installatie conform hoofdstuk 6.2.
▶ Actieve componenten van de installatie conform de handleidingen
van de bedieningseenheid testen.
▶ Controleer of aan de startvoorwaarden voor de buiteneenheid is vol-
daan.
▶ Controleer of er een verwarmings- of warmwatervraag aanwezig is.
-of-
▶ Warm water aftappen of de stooklijn verhogen, om een vraag te gene-
reren (eventueel de instelling voor CV-bedrijf uit bij hogere buiten-
temperatuur veranderen).
▶ Controleer, of de buiteneenheid start.
▶ Waarborg, dat geen actuele alarmen aanwezig zijn (zie handleiding
van de bedieningseenheid).
-of-
▶ Storingen conform de handleiding van de bedieningseenheid oplos-
sen.
▶ Controleer de bedrijfstemperaturen conform de handleiding van de
bedieningseenheid.
6.4.1
Bedrijfstemperaturen
Controleer de bedrijfstemperaturen tijdens cv-bedrijf (niet in warmwa-
terbedrijf).
Voor optimale werking van de installatie moet het debiet in de warmte-
pomp en de cv-installatie worden gecontroleerd. Voer de controle uit na
10 minuten warmtepompbedrijf bij hoog compressorvermogen.
Het temperatuurverschil voor de warmtepomp moet voor de verschillen-
de cv-installaties worden ingesteld.
▶ Bij vloerverwarming 5 K als temperatuurverschil aanhouden.
▶ Bij radiatoren 8 K als temperatuurverschil aanhouden.
Deze instellingen zijn voor de warmtepomp optimaal.
Controleer het temperatuurverschil bij hoog compressorvermogen:
▶ Open het diagnosemenu.
▶ Monitorwaarden kiezen.
▶ Selecteer de warmtepomp.
▶ Kies de temperaturen.
▶ Aanvoertemperatuur primair (warmtegeleidende vloeistof uit, sen-
sor TC3) en retourtemperatuur (warmtegeleidende vloeistof in, sen-
sor TC0) in cv-bedrijf aflezen. De aanvoertemperatuur moet hoger
zijn dan de retourtemperatuur.
▶ Bereken het verschil TC3–TC0.
▶ Controleer, of het verschil overeenkomt met de voor cv-bedrijf inge-
stelde deltawaarde.
Bij te hoog temperatuurverschil:
▶ Cv-installatie ontluchten.
▶ Reinig de filter/zeef.
▶ Controleren buisafmetingen.
Temperatuurverschil in de cv-installatie
▶ Vermogen op de cv-pomp PC1 zodanig instellen, dat het volgende
verschil wordt bereikt:
▶ Bij vloerverwarming: 5 K.
▶ Bij radiatoren: 8 K.
Compress 3400i AWS – 6721827821 (2023/08)
Bedrijf zonder buiteneenheid (standalone bedrijf)
7
Bedrijf zonder buiteneenheid (standalone be-
drijf)
De binneneenheid kan zonder aangesloten buiteneenheid in bedrijf wor-
den genomen, bijvoorbeeld wanneer de buiteneenheid pas later wordt
gemonteerd. Dit wordt standalone-bedrijf genoemd.
In standalone-bedrijf gebruikt de binneneenheid uitsluitend de externe
bijverwarming voor het verwarmen en voor de warmwaterbereiding.
Bij inbedrijfname in standalone-bedrijf:
▶ Kies in het servicemenu "Warmtepomp" de optie "Standalone-be-
drijf" ( handleiding van de bedieningseenheid).
8
Onderhoud
GEVAAR
Gevaar voor elektrische schokken!
▶ Schakel, voordat werkzaamheden aan de elektrische installatie wor-
den uitgevoerd, de hoofdvoeding uit.
GEVAAR
Risico door elektrische schok!
Openen van de installatiemodule kan lichamelijk letsel door elektrische
schokken veroorzaken.
▶ Open de installatiemodule niet voor het vervangen van een compo-
nent. Wanneer de installatieprintplaats of één van de componenten
daarvan moet worden vervangen, verwijder dan de installatiemodule
compleet en vervang deze door een nieuwe.
OPMERKING
Vervormingen door warmte!
Bij te hoge temperaturen vervormt het isolatiemateriaal (EPP) in de bin-
neneenheid.
▶ Bescherm bij soldeerwerkzaamheden in de warmtepomp het isola-
tiemateriaal met warmtebestendig materiaal of vochtige doeken.
▶ Maak enkel gebruik van originele onderdelen!
▶ Bestel reserveonderdelen conform de reserveonderdelenlijst.
▶ Vervang gedemonteerde dichtingen en O-ringen door nieuwe exem-
plaren.
Bij een inspectie moeten de hierna beschreven werkzaamheden worden
uitgevoerd.
Geactiveerde alarmen weergeven
▶ Controleer het alarmprotocol (handleiding voor de besturing).
Werkingscontrole
▶ Functietest uitvoeren ( hoofdstuk 6.4).
Stroomkabel leggen
▶ Controleer de stroomkabel op mechanische beschadiging. Bescha-
digde kabel vervangen.
23

Advertenties

loading